Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Avondgedachten

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Avondgedachten

Teksten van ’t Jaarboekje

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

5 Febr. Ware begeerte naar geestelijke zegeningen is uit God. Die haar in zijn hart gevoelt en blijvende gewaar wordt, heeft juist daarin grooten troost. De Heere zelf noodigt hem alle zijne begeerten met bidden Hem bekend te maken (Fil, 4 : 6), en Hij voegt er in Zijn Woord bijzondere beloften bij. Veel minder dan een zondig mensch zijn zoon de bede ontzegt zal de Heere zich afkeeren. Wij kunnen in onze dwaasheid vragen om hetgeen ons schaden zou en dan onthoudt de Heere het in Zijne wijsheid. Maar dat hebben wij niet te vreezen als wij om den Heiligen Geest bidden. Doet het zonder Zijne gaven te bepalen. De Heere weet het of het ons nut is den Geest te ontvangen, welke overtuigt, of die welke vertroost, of verlicht, of bekrachtigt tot geloof en werken. Kom, Heilige Geest! en doorwaai dezen hof!

6 Febr. De Heere trekt Zijne uitverkorenen met onweerstaanbare kracht. Nochtans is het de zondige natuur, welke de wereld vast houdt en eigen weg wil gaan. Paulus wist het, dat het vleesch begeerde tegen den Geest. Er zijn echter ook algemeene bedoelingen des Geestes Ook de wereld, de zondige wereld, wordt soms overtuigd van zonde, gerechtigheid en oordeel. Daarvan wil zij niet overtuigd worden. Bij onweder verbergen sommige angstvolle menschen het hoofd onder de dekens in hun bed. Zoo doet de wereld in den regel. Zij zoekt bij het flikkeren van Sinai’s bliksemstralen het bed der gerustheid of der wellusten op en wederstaat altijd den Heiligen Geest. Maar het zal niet baten. Hoe zouden zij de helsche verdoemenis ontvlieden? De dag der wrake komt. Medezondaar! verhard u niet, maar laat u leiden.

7 Febr. De Heilige Geest Gods leidt in alle waarheid (Joh. 16 : 13), verkondigt zelfs het toekomende. De profetie is voortijds niet voortgebracht door den wil eens menschen, maar de heilige menschen Gods, van den Heiligen Geest gedreven zijnde, hebben ze gesproken (2 Petr. 1 : 21). Hij leert alles (Joh. 14 : 25), niet alleen wat wij te gelooven en te doen hebben, maar ook hoe wij te spreken hebben. Met het vuur des altaars moeten de lippen zijn aangeraakt, opdat de gouden appelen op zilveren schalen worden aangeboden. Bij de geestelijke dingen moeten naar Gods wil ook geestelijke woorden worden gevoegd. Daarom beveelt de Apostel aan zijnen Titus (2 : 7 v.) in de leer deftigheid te betoonen en onverwerpelijke woorden te spreken, opdat de tegenstanders niets kwaads hebben te zeggen. Laat uwe rede dan ten allen tijde met zout besprengd zijn (Kol. 4 : 6).

8 Febr. Welk een groot voorrecht hebben de geloovigen. De Heere Jezus heeft hen met lichaam en ziel gekocht. Wij hebben het omkleedsel onzer ziel dan niet gering te achten. Het is Zijn eigendom. De Heilige Geest heeft het zelfs willen maken tot Zijne woning. Hoeveel dat beteekent leert het woord des Heeren (Matth. 23 : 21): „Wie zweert bij den tempel, die zweert bij Dien, die daarin woont”. Is nu ons lichaam een tempel des Heiligen Geestes, dan misdoet hij, die tegen zijn lichaam handelt, tegen den inwonenden Geest zelven. Welk eene ernstige roepstem alle begeerlijkheden des vleesches te dooden, het lichaam zoowel als de ziel rein te bewaren tot den dag der verschijning van onzen Heere Jezus. Verheerlijkt dan God in uw lichaam en in uwen geest welke Godes zijn.

9 Febr. Veel gaat van de lippen dat het hart niet raakt. Ook Gods kinderen spreken vaak over het hart heen. Ach, elke belijdenis is te koud; elke psalmtoon is of niet diep óf niet hoog genoeg gestemd. Maar zeggen met geheel onze ziel en met geheel ons verstand dat Jezus de Heere en Koning, dat Jezus is Jehovah, de Heiland, de Zaligmaker, heeft groote beteekenis. Toen Petrus had geantwoord: „Gij zijt de Christus, de Zoon des levenden Gods”, verklaarde de Heere: „Zalig zijt gij, want vleesch en bloed heeft u dat niet geopenbaard, maar mijn Vader die in de hemelen is” (Matth. 16 : 16 v.). De Schrift geeft tot vertroosting der kleine zielen zooveel. Eischt zij toenemen tot volmaaktheid, zij acht de dag der kleine beginselen niet gering en bluscht de rookende vlaswiek niet uit. Zoo weet dan: als uwe levendige overtuiging is, dat Christus de Heere is, zoo spreekt gij niet uit uzelven; de Heilige Geest is in u.

10 Febr. De verzekerdheid des geloofs is eene bijzondere gave. Welzalig hij, die niet zichzelven vergeven heeft, maar weet, dat de Heere alle zijne zonden achter den rug geworpen heeft. Wat van regeeringswege verzegeld is, is veilig onder de hoede van den zegel bewaarder. Welk eene zekerheid heeft dan het kind van God, welks schat door God den Vader zelven verzegeld is, terwijl hij in de kracht van God wordt bewaard. Dat zegel bestaat niet uit breekbaar lak, maar is de Heilige Geest zelf en dat zegel blijft totdat de groote dag des Heeren, den dag der eeuwige veugde daar is en de mensch alsdan in het volle bezit wordt gesteld. Doet dien Geest dan geen smart aan, en dat zoudt gij doen, zoo gij vuile rede uit uwen mond liet gaan, Laat liever worden gehoord wat stichten kan. De Heere zette een wachter voor onze lippen.

11 Febr. De Heilige Geest wordt nu eens met vuur, dan weder met water vergeleken. Zoo zegt de Dooper dat de Heere zou doopen met den Heiligen Geest en met vuur. Water en vuur hebben reinigende kracht. De Heilige Geest reinigt en heiligt, daarom wordt het ontvangen daarvan in zijne onmisbaarheid ook door den waterdoop afgebeeld. De Heere Jezus is gekomen om Zijn volk zalig te maken van hunne zonde,om door wegname der ongerechtigheid het volle geluk den mensch deelachtig te maken. Niets ter wereld kan het ledig in het binnenste vervullen. De wereld met al wat zij heeft is er te klein toe. Alleen de Geest des Heeren herstelt het verloren beeld en maakt waarachtig geluk. O, wonderbare barmhartigheid Gods! Eindeloos groote genade! En mag ik daaraan deel hebben?
van Lingen

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 februari 1898

De Wekker | 4 Pagina's

Avondgedachten

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 februari 1898

De Wekker | 4 Pagina's