De Oorlog

Laatstleden Zaterdag bracht de telegraaf bet volgende, voor de Zuid-Afrikaansche Boeren zoo gunstige bericht:
„LONDEN, 16 December. Een telegram van generaal Buller uit het kamp te Chieveley, gedagteekend Vrijdag 15 December. luidt:
Tot mijn leedwezen heb ik een ernstige nederlaag te melden. Ik trok uit met mijn geheele strijdmacht van het kamp bij Chieveley om 4 uur in den morgen. Er zijn twee doorwaadbare plaatsen in de Toegela en het was mijn plan, door een daarvan mij een doortocht te banen. De drifter zijn ongeveer twee mijlen van elkaar. Mijn plan was, de eene of de andere te forceeren met één brigade, gesteund door de centrale brigade. Generaal Hart moest de linker-drift aanvallen, generaal Hildyard den rechterweg, terwijl generaal Lyttelton in het centrum den een of den ander zou steunen.
Vroeg op den dag zag ik, dat generaal Bart niet in staat zou zijn, den doortocht te forceeren, en ik zond hem bevel, terug te trekken. Hij bad evenwel met grooten moed aangevallen en zijn voorste bataljon leed zeer veel. Kolonel Brooke was ernstig gewond,
Ik gal toen generaal Hildyard bevel, op te rukken, hetgeen hij deed, en zijn voorste regiment bezettte het station Colenso en de huizen bij de brug.
Op dat oogenblik hoorde ik, dat de geheele macht artillerie, die ik had gezonden om den aanval te steunen, nl. de 14e en de 66e batterij veldartillerie en zes twaalfponders snelvuurkanonnen van de marine, te dicht bij de rivier oprukten. Het bleek daar vol te zitten met vijanden, die eensklaps een moordend vuur openden van dichtbij, waardoor alle paarden gedood werden, en de artilleristen waren gedwongen, bij de kanonnen te blijven. Éenige der wagenbespanningen vonden beschutting voor de troepen in een donga (uitgedroogde rivierbedding), en wanhopige pogingen werden gedaan om de veldstukken weg te brengen, maar het vuur was te hevig en slechts twee kanonnen werden gered.
Daar het scheen, dat de troepen een doel-wit voor de granaten zouden zijn, en zij hun leven opofferden in de moedige poging om den doortocht te forceeren, zonder steun van de artillerie, gaf ik aan de troepen bevel, om terug te trekken, hetgeen zij in goede orde deden.
Den geheelen dag bestookte een aanzienlijke vijandelijke macht mijn rechterflank, maar zij werd teruggehouden door de bereden manschappen onder lord Dundonald en een deel van generaal Bartons brigade. Het was een snikheete dag, de hitte was zeer afmattend voor de troepen, wier houding uitmuntend was.
Wij hebben 10 kanonnen in den steek gelaten en er één door granaatvuur verloren. Ik vrees, dat de verliezen van Hart’s brigade zwaar zijn, ofschoon ik hoop, dat er naar verhouding niet veel ernstig gewond zijn. De 14e en 66e batterij hebben ook ernstige verliezen geleden.
Wij zijn naar ons kamp te Chieveley teruggetrokken.”
Uit dit bericht van den Engelschen hoofd-aanvoerder blijkt dus, welk een groote nederlaag de Engelschen geladen hebben.
Nog gaat men voort duizenden uit te rusten en naar Zuid-Afrika te zenden.
Tot hiertoe mogen de Boeren ondervinden: als God voor ons is, laat dan gebeuren wat wil.
Er is in geheel de wereldgeschiedenis geen tweede voorbeeld, dat zoo voor de gansche wereld getuigt, dat er een God in den hemel is, die den verdrukten recht doet en helpt.
Zijn Naam alleen de eere !
Intusschen is een nieuwe opperbevelhebber door de Engelschen benoemd. De 67-jarige Lord Roberts zal nu Buller vervangen. Lord Kuchen er wordt chef van zijn staf. Eerst Buller, nu weer Roberts de man, die de gehate Boeren zal verpletteren. En wie dan, als het Roberts gaat als Buller?
Vervloekt is de man, die op een mensch zijn vertrouwen stelt.
Geheel de Kaapkolonie komt in opstand. Menelik van Abessynië gaat in een ander oord de Engelschen bestoken.
Er loopen geruchten dat Kruger over vrede wil onderhandelen, ’t Ware te wenschen, dat Engeland nog in tijds bedacht, dat dit ook voor hem verreweg het beste was. Chamberlain begint men hier en daar al uit te fluiten.
Wat er reeds vóór het uitbreken van den oorlog heeft gebroeid, kan uit het volgende blijken.
Aan officieele Transvaalsche telegrammen is het volgende ontleend:
» Standard and Diggers News « meldt, Glencoe 28 October 1899 (van Reuter’s specialen correspondent bij Transvaalsche commandos): „De papieren, gevonden te Dundee door de onzen, bevatten een geheel doorwerkt schema omtrent aanval op de twee republieken en hare onafbankelijkheid, reeds aangevangen in 1896, niettegenstaande de gedurige verzekering van Engelsche zijde van gevoelens van vriendschap tegenover Oranje-Vrijstaat. Onder de papieren komen voor portefeuilles met militaire schetsen van verschillende wegen, om van Natal binnen Vrijstaat en Transvaal te vallen, samengesteld door maj. Crand, kapt. Melville en kapt. Gale, onmiddellijk na den Jameson Raid.
Een andere portefeuille,gemerkt » geheim «, is getiteld verkenningsrapport omtrent wegen van aanval en trekken door den Vrijstaat. Dit werd samengesteld door kapt. Wolley van afdeeling adres-kantoor van informatie van het Oorlogs-departement in 1897, en is vergezeld van speciaal memorandum, geteekend door sir Redvers Buller om het geheim te houden.
Behalve deze zijn er speciaal uitgevoerde kaarten van deze republiek en den Vrijstaat, aantoonende alle natuurlijke bijzonderheden; ook een verder geheim rapport van communicaties in Natal ten noorden van Ladysmith, insluitende memorandum over de hoogte, welke Langsnek zou bestreken. Verder een kort militair rapport over Transvaal, in Indië gedrukt in Augustus, hetwelk zeer belangrijk bleek. De blanke bevolking wordt daarin geschat op 288,000, waarvan de uitlanders 80,000 tellen, waaronder 30,000 van Britsche afkomst, welke cijfers de autoriteiten beschouwen als te zijn nader aan de waarheid dan de door Chamberlain medegedeelde in het Huis der Gemeenten. Een ander rapport schat, dat 4000 Kaapsche en Natalsche kolonisten in geval van oorlog de zijde der Republieken zullen kiezen. De kleine bewapening der Republiek zon bestaan uit 62,950 ge weren, terwijl de Boeren niet zoo strijdvaardig zouden blijken als in den Vrijheidsoorlog en niet zulke goede schutters zouden zijn. Omtrent Pretoria en Johannesburgforten wordt gezegd, dat de Britten daarvan weinig denken. Een ander geheim rapport, getiteld: » Militaire aanteekeningen over de Hollandsche Republieken in Zuid-Afrika”, alsmede vele andere papieren zijn gevonden, doch nog niet nagegaan; deze zullen worden opgezonden naar Pretoria. De Vrijstaatsche burgers zijn nu meer dan ooit overtuigd, dat het de juiste politiek voor ben is geweest, om thans met deze Republiek samen te vechten, en zij zeggen dat zij, na dit rapport te hebben gezien, indien mogelijk, met nog meer beslistheid zullen vechten.”

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen