Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Audi et alteram partem

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Audi et alteram partem

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

»Hoor ook de tegenpartij” is een bekende rechtsregel. Het is eisch voor ieder, die de waarheid wil, op elk gebied niet te veroordeelen voor het pro en contra is gehoord. Elk rechter zou zich grootelijks bezondigen, indien hij zonder dat een oordeel uitsprak. Wij hebben daarom, als wij de bekende stellingen van Dr. Kuyper bestreden, nooit gewaarschuwd tegen het lezen zijner geschriften, integendeel er meermalen in geschrift en woord toe opgewekt. Wij zouden ons in onze overtuiging al zeer zwak moeten gevoelen, indien wij voor de beoefening van bovenstaanden regel vreesden.
Anders was het bij onze tegenpartij. »De Wekker« stond op de lijst van de verboden lectuur bovenaan. Wij werden beschuldigd van scheeve voorstelling, of men maakte de gemeenteleden wijs, dat wij veel te dom waren om de geleerde schriften van Dr. K. en de zijnen te begrijpen. Menig predikant der Gereformeerden bestrafte leden der gemeente, omdat zij van eenig schrijven onzerzijds kennis namen.
Nu echter kan men in de Geref. kerken een woord uit eigen boezem vernemen. H. Huisman, oud-ouderling en lid der Geref. gemeente te Appingedam heeft in druk doen verschijnen: »Eenige grondwaarheden der Christelijke godsdienst in overeenstemming met Gods Woord, de Belijdenisschriften, Calvijn en andere onzer Geref. vaderen, en daarmede vergeleken de beschouwingen van Dr. Kuyper.”
De schrijver laat u de woorden der schrijvers zelve lezen en stelt daarnevens die van Dr. K., zoodat gij zelf oordeelen kunt of laatstgenoemde beantwoordt aan hetgeen waarvoor hij wil gehouden worden en de bij uitstek Gereformeerde is.
Achtereenvolgens behandelt hij deze tien stukken: voorbereidende genade, de roeping, de wedergeboorte, het geloof, rechtvaardigmaking, heiligmaking, de bekeering, de sacramenten, de heilige Doop en het heilig Avondmaal.
Elk eenigszins ontwikkeld gemeentelid kan nu uit de stukken zelve zien, dat »De Wekker« geene onwaarheid heeft medegedeeld en niets verdraaid of uit zijn verband gerukt heeft medegedeeld.
Natuurlijk bevelen wij de lezing ernstig aan zoowel aan onze leden als aan de Gereformeerden, doch — die mogen »De Wekkers niet lezen en dus ook het bovenstaande niet.
Één ding verwondert ons, dat de schrijver nog niet gebroken heeft met de kerken, waarop hij toch niet kan toepassen wat onze belijdenis onder de kenmerken noemt van de ware Kerk.


Na het schrijven dier regelen komt mij in handen »de Bazuin« van 30 Maart. Ik kon mijne oogen nauwelijks gelooven, toen ik daarin eene warme aanbeveling las van het boek van br. Huisman. Hoewel de Redactie zegt »niet alle bezwaren te deelen”, verklaart ze toch: »dat ieder, die de bezwaren van den heer Huisman onbevangen onderzoekt en toetst aan schrift en belijdenis vele er van in hun billijkheid en rechtmatigheid zal erkennen”. Niet zoo vreemd was ons, die ons niet meer verwonderen over hetgeen de »hoogere politiek” zeggen doet, wat »de Bazuin« in den aanvang der recensie zegt: »Dr. Kuyper zelf noemde dit een welkom geschrift, sprak er openlijk zijne ingenomenheid mede uit en rekende het voor onze kerken een eere, dat een »leek«, geen theoloog, zulk een geschrift opstelde.”
Om het ijzer en leem bij elkaar te houden, ten einde op die voeten het beeld met het gouden hoofd opgericht blijve, moet veel worden gedaan. De bedoeling is zeker juist gevat en uitgesproken in deze woorden van »de Bazuin”: »Dr. Kuyper is er ver van af, om het recht van bestaan aan deze voorstelling (door den heer Huisman voorgestaan) in de Gereformeerde kerken te betwisten.”
Derhalve ééne Kerk of liever eene vereeniging van »kerken« met tweeërlei belijdenis. Dat is zeker naar Art. 29 onzer belijdenis? Hoe twee zóó lijnrecht tegenover elkander staande overtuigingen, niet omtrent één leerstuk, maar omtrent alle punten onzer geloofsleer nog als vereenigbaar kunnen worden voorgesteld begrijp ik niet. Daartoe moet men zeker philosoof zijn, want een theoloog is er niet toe in staat.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 april 1900

De Wekker | 4 Pagina's

Audi et alteram partem

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 april 1900

De Wekker | 4 Pagina's