Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Aan een vriend te Ulrum - 181

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Aan een vriend te Ulrum - 181

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Waarde Vriend!

De oorlogen en geruchten van oorlogen houden aan.
Zijn de geruchten waar, dan staat China op ’t oogenblik in lichterlaaie en wordt het door het oorlogsvuur geblakerd. En dan woedt er nog wel een binnenlandsche oorlog.
China denkt van eeuwen her tot dezen dag alleen haar kracht te mogen zoeken in afzondering.
Wat vreemdeling is, of uit den vreemde komt, beschouwt de Chinees met afschuw. Honderden jaren lang was alle toegang tot het Hemelsche rijk, zooals de Chineezen hun land noemen, afgesloten.
Wie als vreemdeling een voetstap in China durfde te zetten, verkeerde dadelijk in levensgevaar en mocht zich gelukkig prijzen, als hij heelhuids weer over de grenzen kwam.
Wat buiten China voorviel, bleef voor den Chinees verborgen, en wat in China geschiedde, kwam niemand er buiten te weten.
Voor eeuwen hadden zij veel te lijden van wilde horden, die in het rijk indrongen, en roofden en moordden op grooten schaal.
Meestal drongen de Barbaren van het Noorden uit het rijk binnen.
Tot bescherming tegen die invallen bouwden de Chineezen een ontzaglijk dikken en grooten muur, waarvan thans de overblijfselen nog ruimschoots voorhanden zijn.
Een paar jaar geleden is men begonnen dien muur af te breken. Die afbraak kan wel als symbool op twee wijzen dienen voor hetgeen er met China en het Chineesche volk gebeurt.
De volkomen afzondering houdt op en mag verbroken genoemd worden.
Maar ook staat van dat oogenblik af het rijk aan verbrokkeling bloot. Als hongerige gieren richtten dadelijk de Europeesche mogendheden hun oogen op het Hemelsche Rijk. Vooral Engeland.
Slim als altijd zond het er zendelingen heen, knoopte er handelsrelaties aan en zette het voor den keizer zijn beste beentje voor.
Ook Rusland, aan China grenzende, begreep, dat de tijd gekomen was voor uitbreiding van zijn macht in het Oosten.
Duitschland, dat koloniën zoekt, liet er zich niet onbetuigd.
Frankrijk en Italië trachtten er een gedeelte van den uitvoer heen te richten.
En aller bedoeling was: ieder wat en zooveel mogelijk van de vette kluif.
Als tot hun oordeel zijn alle vorsten en grooten van Europa en Amerika in de laatste jaren door een landhonger aangetast. Immer meer, en toch steeds onverzadigd kan op hen toegepast worden.
’t Vloeit alles voort uit de grootschheid des levens, uit de zucht naar aardsche schatten.
Eerst zullen alle Transvaalsche en Vrijstaatsche Boeren daarvoor vermoord worden en wie weet of wij m de naastte maanden in China niet een bloedbad zullen te aanschouwen krijgen, waarbij het lijden der Boeren in het niet verzinkt.
Want in China wonen wel drie honderd millioen menschen. Een deel, onder den naam van Boxers, heeft de wapenen gegrepen. Zij doorzien, waar het met China heengaat.
Alle voorvaderlijke gebruiken, alle voorvaderlijke zeden, ook de godsdienst hunner vaderen en de hun dierbare grond zal hun ontroofd worden door vreemde indringers.
China voor de Chineezen, dat is hun onverbreekbare leuze.
Daarvoor zullen ze hun leven opofferen.
Japan slokte reeds een stuk van hun vaderlandschen bodem in en Rusland naastte Liaotung en Port-Arthur. Tot in de binnenlanden van China drongen mannen van allerlei nationaliteiten door, pioniers, zoo het heet der beschaving, in de werkelijkheid verkenners om hun regeeringen in te lichten. En hoeveel buitgrage mogendheden op China loeren, zou u een blik op de haven Takoe kunnen laten zien, waar zich de oorlogsschepen der Europeanen en Amerikanen verzamelen.
De Boxers dooden elken uitlander, dien zij machtig worden, en woeden niet minder hevig tegen hun landgenooten, van wie zij weten, dat zij den alouden godsdienst ontrouw werden.
In ’t begin dezer week waagden zij het zelfs den kanselier der Japansche legatie als ’t ware onder de oogen der Keizerin te vermoorden.
Met tweeduizend man vielen zij de Britsche patrouille mariniers aan en in dan nacht van Zondag op Maandag staken zij het zomerverblijf van den Britschen gezant te Peking in du bergen in brand.
’t Was een oude Boeddhistische tempel door monniken gekocht en aan den Engelschman verhuurd.
Ook in China tracht Engeland het hoogste woord te voeren en wil overal haantje de voorste wezen.
De nieuwsbladen schrijven in gansch Europa: de verdeeling van China is begonnen; wij zeggen: „de dieven zijn aan het werk”.
Wat zal het baren?
Engelschen, Duitschers, Russen, Franschen, Japanners, Italianen en Oostenrijkers hebben hun soldaten al aan wal gezet en ze tegen do Boxers op doen trekken. Die houden evenwel keep.
Vooral omdat zij heimelijk door alle Chineezen en niet het minst door de Keizerin-Weduwe, die regeert, gesteund worden.
Groote dingen staan waarschijnlijk voor de deur.
En Engeland?
Zal het Afrika er aan moeten geven, vraagt u?
Wij gelooven het niet.
De diamantmijnen van Kimberley en de goudmijnen van Johannesburg zijn een geheel China waard.
Hoe treurig de tijden ook zijn, het strekt ons tot troost en bemoediging, dat de Heere regeert en op Zijn tijd Zijn volk verlost en Zijn vijanden verdelgt. Onder alle beroering, onder alle bederf, dat de grooten der aarde aantastte, klinkt het troostvolle woord voor ’s Heeren volk:
„Godvruchte schaar! houd moed”.
Naar Hem dan het oog gewend.

t.t.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 juni 1900

De Wekker | 4 Pagina's

Aan een vriend te Ulrum - 181

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 juni 1900

De Wekker | 4 Pagina's