Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Onmiddelijke wedergeboorte

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Onmiddelijke wedergeboorte

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

In de Geref. Kerkbode van Kerk A te ’s Gravenhage verklaart een inzender, naar aanleiding van den strijd over het uitzenden van een colporteur door de Theologische School te Kampen, dat de eenheid van de Geref. Kerk te s, Gravenhage onmogelijk schuilt is en niet mag worden voortgezet. Wij zouden eer die conclusie trekken uit de tweeërlei belijdenis in de Geref. Kerken omtrent de wedergeboorte. De Vrije ze Universiteit staat daarin lijnrecht over tegen het volk, dat zich nog aan de oude vasthoudt, en de ijdele philosophie verwerpt. Verschilt men in een zoo cardinaal punt, dan moet bij consequent doorgaan in alle punten verschil zijn en dus een geheel ander standpunt zijn ingenomen. Omtrent de wedergeboorte schrijft Prof. Bavinck eene reeks van artikelen, welke wel afzonderlijk mochten worden, uitgegeven en verspreid. In No. 21 wordt medegedeeld wat daarover werd geschreven door J. Hillenius, predikant te Drachten, in zijn werk; »de mensch beschouwd in den staat der ellende, der genade en der heerlijkheid”. Wij achten dit zoo duidelijk en overtuigend, dat wij het ook onder de oogen onzer lezers meenen te moeten brengen.
„Op de vraag: of in alle uitverkoren van het eerste begin van hun leven een zaad der wedergeboorte is, dat op den bestemden tijd komt uit te spruiten” antwoordt hij:
1. dat zekerlijk de uitverkorenen voor hunne wedergeboorte eenige voorrechten hebben boven de verworpenen, als dat God hen aanmerkt als zoodanigen, voor welke Zijn Zoon voldaan heeft en voor hen het recht ten leven verworven heeft. Dat God hen aanmerkt als Zijne uitverkorenen, dien Hij de middelen der zaligheid verleent, met het oogmerk, om hen daaronder ter bepaalder tijd krachtdadig te veranderen. Dat Hij hen bewaart, dat zij zich niet schuldig maken aan de onvergeeflijke zonde tegen den Heiligen Geest, en wat dies meer mag zijn.
2. Dat ook eenige uitverkorenen wedergeboren worden vóór het gebruik van hun verstand door de almachtige kracht Gods, willen wij niet betwisten. Maar dat alle de uitverkorenen van het eerste begin huns levens een zaad der wedergeboorte hebben, oordeelen wij dat in het woord Gods niet geleerd wordt, maar veel eer het tegendeel.
Want a) de H. Schrift leert ons duidelijk,. dat zij dood zijn door de misdaden en de zonde gelijk Paulus van de bekeerde Efeziërs zegt, dat zij geweest waren en gewandeld hadden naar de eeuw dezer wereld, naar de overste der macht des luchts, des geestes, onder welken zij eertijds verkeerd hadden in de begeerlijk heden des vleesches, doende den wil des vleesches en der gedachten (Ezech. 2: 1—3). Wat zaad der wedergeboorte zal dan in hem kunnen geweest zijn? En van de bekeerde Korinthiërs zegt dezelfde Apostel: dit weet gij sommigen, te weten volgens het voorgaande vers, hoereerders, afgodendienaars, overspelers enz. Maar gij zijt afgewasschen, maar gij zijt geheiligd, maar gij zijt gerechtvaardigd in den naam des Heeren Jezus en door den geest onzes Gods (1 Kor. 6: 11 vgl Tit. 3: 3).Hoe kan men van dezulken zeggen dat zij een zaad der wedergeboorte gehad hebben?
b) Indien alle uitverkorenen van het eerste begin huns levens een zaad der wedergeboorte hadden, zoo kon van sommigen van hen niet gezegd worden, dat zij daarna eerst zijn wedergeborenen 1 Petr. 1: 23. Jak. 1: 18. Alzoo door de wedergeboorte de eerste beginselen van het geestelijk leven worden medegedeeld.
c. Dit zaad der wedergeboorte, wat kan het anders zijn dan een beginsel van het geestelijk leven? En dit zoo zijnde staan wij toe, dat het niet onmogelijk is, dat kinderen, die het gebruik der rede nog niet hebben dat beginsel bij wijze van vermogen hebben, zonder dat het dadelijk werkzaam is, omdat zij het redegebruik nog niet hebben, want er kan in het kind eene hebbelijke verdorvenheid zijn of een beginsel van een verdorven leven, gelijk er zedelijk in hetzelve is voordat het de rede gebruike kan, zoo kan er ook in hetzelve een beginsel van geestelijk leven zijn.
Maar gelijk het beginsel van het verdorven leven in het kind zich openbaart, wanneer het tot het gebruik der rede gekomen is, zoo zal er ook desgelijks dat beginsel van het geestelijke zich alsdan openbaren, indien er ten minste zulk een beginsel in dat kind is. Het is eene onbegrijpelijke zaak, dat dit goede beginsel vele jaren werkeloos zou blijven, liggende begraven onder de verleidende begeerlijkheden des vleesches. Immers de ondervinding leert, dat menschen van een zeer ondeugend leven, nadat zij vele jaren in de zonden geleefd hebben en zelfs op godsvrucht en godvruchtigen gesmaad hebben en vijandig zich tegen deze verzet hebben, veranderd en bekeerd worden; maar zal in iemand het zaad der wedergeboorte kunnen zijn, zoolang hij ligt onder de heerschende macht der verdorvenheid. God en de godvruchtigen haat ? — Zal er in dezelfde plaats het zaad Gods en het zaad des duivels zijn en wel dat er zaad Gods in ’t verborgen schuilt en zich stil houdt, maar dat het zaad des duivels zijne kracht toont en geheel in den mensch heerscht? — Calvijn zegt; die droomen, dat in derzelver harten zelfs van de geboorte aan, ik weet niet wat zaad der verkiezing gelegd is, door welks kracht zij altijd tot de godsvrucht en de vreeze gods geneigd zijn, die worden niet geholpen door het gezag der schriftuur, en door de ervaring zelfs bestraft. — Wat den tijd der wedergeboorte betreft oordeelen ook wij, dat God geheel vrij is om weder te baren op welken tijd het Hem belieft. — De ondervinding leert, dat velen eerst in in hunne jongelingsschap of in hunne mannelijke jaren en eenigen zelfs in een hoogen ouderdom veranderd worden, nadat zij den voorgaanden tijd huns levens hebben doorgebracht in zonden en goddeloosheid, en hoe zoude het dan te begrijpen zijn dat zij reeds zoo vroeg waren veranderd, daar ze zoovele jaren als slaven van de zonde geleefd hebben?”
Hierbij zegt Prof. B. „Dezelfde gedachten over den tijd der wedergeboorte treffen wij aan bij Calvijn, Musculus, Beza, Ursinus, Alsted, de Brès, Alting, Acronius, Gomarus, Walaeus, Maccovius, Cloppenburg, Comrie en vele anderen, allen mannen van naam op het gebied van Gereformeerde kerk en theologie. — Zij hadden er bezwaar in de vervulling zijner belofte en de werking zijns Geestes te binden aan een tijdsmoment, dat niet uitdrukkelijk in zijn eigen woord was bepaald. En zij vatten daarom den doop op, miet als een teeken en bewijs, dat de wedergeboorte bij alle uitverkorenen alreede geschied was, maar als een zegel van Gods beloften aan de geloovigen en hun zaad, die Hij aan hen allen zekerlijk vervullen zou te Zijner tijd. — De doop behelst hoegenaamd geen bepaling van tijd, waarin deze belofte aan het uitverkoren zaad der geloovigen vervuld worden zal.”
Vergelijkt nu hiermede de leer door Dr. Kuyper voorgestaan, een onkruid zoo ver verspreid en diep ingeworteld: „volhardt nu iemand in de opinie, dat een kind zal mogen gedoopt worden zonder dat daarin zijne uitverkiezing ondersteld werd, dien zeggen wij dat bij met geen eerlijke conscientie in de Geref. kerken blijven kau, want onze Geref. kerken beleden en leden van ouds vlak het tegendeel (Heraut 666). Bij die allen, die nog alleen door Joh. gedoopt waren, was de doop onvolkomen gebleven ze hadden wel het teeken, maar nog niet de zaak ontvangen. — Van daar dat thans bij de H. doop iets anders plaats grijpt. Nu niet maar enkel de uitwendige doop met water door een mensch, maar gelijktijdig de inwendige doop met den Heiligen Geest door Christus uit den hemel” (Distel en mirt pag. 97).
Kunnen nu die twee zoo tegenstrijdige meeningen blijven samengaan? Daar moet strijd zijn en geen eenheid. Het moet barsten ook al wordt de quaestie » Vrije Universiteit-Theologische School“ opgelost.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 27 september 1901

De Wekker | 4 Pagina's

Onmiddelijke wedergeboorte

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 27 september 1901

De Wekker | 4 Pagina's