Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De komedie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De komedie

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het is wel treurig, maar toch waar, dat het nog al te veel gebeurt, dat kinderen van geloovige ouders, ook zelfs die, welke nog in het ouderlijk huis wenen, de komedie bezoeken. Wij kennen jongelieden, die in stilte de avondbezigheden verzuimden, om eene voorstelling in den schouwburg bij te wonen. Verkeerde vrienden waren er dan wel te vinden, die bereid waren voor het daartoe benoodigde geld te zorgen. Het is waar, zulke uitstapjes blijven gewoonlijk niet verborgen. Het mag een enkele maal goed gaan, eene volgende gelegenheid komt het uit en een goed ouder verzuimt dan niet een woord van vermaning en bestraffing te spreken en het toezicht op zijn wereldschgezind kind te verscherpen. Doch heeft men daarmede genoeg gedaan? De zucht naar het verbodene is ieder mensch aangeboren. Wat geheimzinnig toeschijnt, wat geheel onbekend is, trekt juist aan. Menig geloovig ouder heeft de gewoonte tegen zijne kinderen van de wereldsche vermaken niet te spreken. En het is ook zeker beter dit niet te doen dan op zulk eene wijze, dat het kind er zich eer toe voelt aangetrokken dan afgestooten. Maar toch is een altijd voortdurend zwijgen ook niet verkeerd? Wij leven nu eenmaal — en vooral in eene groote stad — te midden van de ijdelheden der wereld. De zonde openbaart zich op allerlei wijzen. En als het kind den leeftijd heeft bereikt, dat het zijn eigen brood moet leeren verdienen, nu ja, dan kunnen wij er nog bijzonder acht op geven in welke omgeving het wordt geplaatst, maar toch, wij weten maar al te goed, dat het met de wereld in aanraking zal komen, die wereld zal leeren kennen en soms met menschen van allerlei slag omgaan. Ook een geloovig patroon heeft niet altijd geloovige ondergeschikten, menschen, die waarlijk Christenen zijn. Hij kan niet beletten, dat buiten zijn tegenwoordigheid allerlei gesprekken worden gevoerd en dingen gedaan, die door de jongeren eigenlijk niet moesten gehoord of gezien worden. Maar aan dit alles is nu eenmaal niets te veranderen. Ook de roeping van den Christen is inde wereld te zijn, te wonen en te werken, maar juist in die wereld te toonen, dat hij niet van de wereld is. Zenden wij nu ons kind de wereld in, omdat het moet, en houden wij niet op ons kind in den gebede Hem op te dragen, die alleen machtig is het te bewaren en voor de verleidingen van Satan te beschermen, toch dient ieder ouder zijn kind te wijzen op datgene in de wereld, waarvoor hij zich het meest te wachten heeft. En hiertoe behoort ook zeker de komedie. Het is goed dat wij het kind afschuw inprenten voor het gebruik van sterke dranken, maar elk dronken mensch, dat hij op den weg ontmoet, is hem een waarschuwend voorbeeld, waaraan hij den draak in zijne treurige gevolgen kan leeren kennen. Met de komedie is dit niet het geval. Komt een jongmensch in gestadige aanraking met personen, die gewend zijn den schouwburg te bezoeken, dan is alles, wat hij hoort, even bekoorlijk, even aantrekkend. De zinnen worden geprikkeld, de begeerte ontwaakt om dit alles ook eens te zien en zoo gemakkelijk vleit men zich met de gedachte, dat de komedie toch eigenlijk een onschuldig vermaak is, waar volstrekt geen kwaad in steekt, mits de stukken, die gespeeld worden, maar goed zijn. Zoo zouden wij zelfs op eene plaats kunnen wijzen niet zoover over de grenzen van ons land, waar men er eene Christelijke komedie op na houdt, opdat de menschen de wereldsche komedie zullen mijden. Neen, de komedie is geenonschuldig vermaak, de Christen is er in geen geval op zijne plaats. De hartstochten worden er geprikkeld, de zinnen begoocheld. God wordt er onteerd en met het heilige gespot! Waren er geene komedies er zouden ook geene komedianten zijn, in menig opzicht de meest beklagenswaardige menschen der maatschappij. Wie wel eens gehoord heeft van het leven en lot van velen derzulken, ziet hen met medelijdenden blik aan. Hoe fraai het tooneelpakje moge zijn, hoe vroolijk de lach als de komediant voor het publiek optreedt — als ge een blik werpt in de nederige woning, breekt wellicht het hart bij het zien van de ellende, waaraan hij met vrouw en kinderen ten prooi is. De huiselijke omstandigheden mogen nog zoo treurig zijn; vrouw of kind moge worstelen met den dood, het hart tot schreiens toe bewogen — de tooneelklok roept; het publiek wacht; en nu moet het gelaat vroolijk zijn, de schaterlach weerklinken en een vroolijk lied aangeheven! Arme mensch, die op zulk eene wijze de levensbaan moet afreizen, zonder God en zonder hoop voor de eeuwigheid! Arme mensch, die om anderen te vermaken het lichaam, den tempel des Heiligen Geest, op allerlei wijze bezoedelt, misbruikt en misvormt. Zelfs kleine kinderen doen reeds dienst op de planken, vertoonen allerlei kunsten, hoe wonderlijker en gevaarlijker hoe liever en dit alles, opdat de schouwburgbezoeker zich vermaken zal. Behoort een Christen zulks te doen? Kán hij het doen? Is dit naastenliefde betoonen? Leert Gods Woord ons dit? Nog eens, de komedie is geen onschuldig vermaak. Ook niet voor hen, die eenvoudig komen om het spel. Wij weten wel, dat er veel gebazeld wordt over den gunstigen in vloed, die het tooneel op de veredeling en ontwikkeling van den geest uitoefent, maar wie wel eens over het tooneel gelezen heeft, weet wel beter. Evenals in de nieuwe literatuur het lage en platte, het vuile en afschuwelijke wordt tentoongespreid, zoo is ook het tooneel diep gezonken en staat op een zeer laag peil van ontwikkeling en beschaving. Hoe kan men dan nog spreken van een veredelenden invloed op den menschelijken geest? In de komedie verkeert men in onzuivere atmosfeer, bezwangerd met allerlei bacillen en miasmen en microben, die de ziel verderven en rijp maken voor de hel. Ook eene zoogenaamde Christelijke komedie is niet anders dan eene vertooning, die de zinnen prikkelt, hoogmoed kweekt en gewent aan het klatergoud van den schijn. En wat het zwaarste weegt — hot tooneelspel is niet ter eere Gods en hiermede is het immers reeds veroordeeld? Het is een dartel spel van heidensche afkomst, grenzende aan afgoderij, hetwelk niet anders baart dan ellende en dood.
Spreekt hier dan over met de jongelieden, waarmede ge omgaat. Wijst hen op het zondige, wapent hen tegen de aanvallen van Satan onder biddend opzien tot den Heere. Vraagt hen, of zij in een schouwburg gezeten, zouden durven verschijnen voor Gods aangezicht en een voldoend antwoord zouden kunnen geven op de hoog ernstige vraag: „Vriend, waartoe zijt gij hier?” En hebt ge dit gedaan, houdt dan aan met waarschuwen en vermanen, let op hunne vrienden en op de wegen, welke zij bewandelen en geeft daarbij de zaak over aan Hem, Die machtig is ook dien jongelieden te schenken de hulp van Zijnen Geest.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 januari 1902

De Wekker | 4 Pagina's

De komedie

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 januari 1902

De Wekker | 4 Pagina's