Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Iets uit de zendingsgeschiedenis (28)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Iets uit de zendingsgeschiedenis (28)

Beelden uit Nieuw-Caledonië (II)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Martelaars (9)

Er waren er onder de broeders, die voorstelden gezamenlijk met de vrouwen en kinderen hun intrek te nemen in het zendingshuis en daar de daden der vijanden af te wachten. Jozef was van een andere gedachte. „De stamgenooten, waaronder Samuel nu leeft, hebben mij gezegd,” sprak hij, „dat allen, die hier verdrukt worden, onder hen een schuilplaats zouden vinden, en daarom geloof ik, dat het ’t beste is, dat we trachten te ontkomen!”
„Maar, sprak een der anderen, hoe zullen we ontkomen? Onze vijanden zullen op ons loeren en alle moeite aanwenden, om ons te vangen!”
„Ik geloof,” zei Jozef, »dat we gezamenlijk moeten gaan. ’t Is wel waar, dat dan de aandacht der vijanden te meer op ons zal gevestigd zijn, maar ze zullen toch ook meer ontzag voor ons hebben. Vooral als de zendelingen ons zouden willen geleiden. Dat maakt indruk!”
Na nog het voor en het tegen te hebben overwogen, na nogmaals knielende den Heere om wijsheid zoowel als om bescherming te hebben gebeden, werd besloten het voorstel van Jozef op te volgen. Ieder ging naar zijn huis of hut en bracht zijn draagbare have bijeen, nam vrouw en kinderen mee en begaf zich weer naar ’t zendingshuis, zonder dat iemand eenig leed geschiedde. Maar pas was men bijeen en sprak de zendeling: „Broeders, laten wij nogmaals bidden en den Heere smeeken ons te geleiden op den gevaarvollen tocht,” of de storm brak los. De vijanden verzamelden zich rondom het zendingshuis en eischten de uitlevering van al de aanwezige broeders. Wat zou men doen? Blijven, en de zendelingen mede in gevaar stellen, of tezamen dadelijk naar buiten gaan en het wagen door den vijand heen te breken als dit kon. Tot het laatste werd besloten — ’t kon ook haast niet anders! De zendelingen traden vooruit, daarop volgden de weerlooze vrouwen en kinderen, de grijsaards en zwakken, en achteraan kwamen de krachtige mannon en jongelingen, gewa­pend met die wapenen die men had kunnen medenemen. De vijanden stonden een oogenblik versteld. Daar hadden zij niet op gerekend! Ze dachten tegenspraak te vinden en hoopten met geweld het zendingshuis te moeten indringen, dan konden ze daar ongestraft veel schade aanrichten, al moesten ze het leven der zendelingen sparen. En nu trad al wat zich daar binnen bevond, naar buiten en schenen ze een gemakkelijken prooi te zullen hebben! Maar nu moesten ze ook het zendingshuis onaangeroerd laten. Hun ontsteltenis duurde echter niet lang. Toch gingen ze even beraadslagen, wat hun nu te doen stond, en die beraadslaging duurde zoolang, dat de zendelingen met hun volgers tijd hadden om het bosch te bereiken. Resultaat van het overleg der heidenen was: doodslaan, die we kunnen! Vol woede begaven ze zich dan ook op weg, om dat doel te bereiken, maar toen ze aan den zoom van het woud gekomen waren, waren de broeders reeds daarin en aan hun oog onttrokken. Dan ook het bosch in! Maar langs welk pad? Het gewone groote pad of een der kleine? Ook daarover werd een tijd lang getwist en eindelijk werd besloten: men zou zich verdeelen en dan trachten de vluchtelingen te vinden, ’t Is te begrijpen, dat dit alles aan de broeders een grooten voorsprong gaf. Reeds meenden deze, dat ze behouden waren, toen een van de groepen der vervolgers hen bijna had ingehaald. De zendelingen, die begrepen, dat spreken evengoed bij den oorlog der heidenen hoort als vechten, kwamen naar voren en zeide zacht tot de anderen: langzaam achteruit trekken! Zij zelve spraken daarop de heidenen aan en vroegen: „Mannen, hoe zoo in oorlogsdosch?”
„Wij hebben met u niet temaken,” was ’t antwoord, „we willen allen die bij u zijn dooden en naar ons voorvaderlijk gebruik met hen doen!”
„Maar wat kwaad hebben deze menschen dan gedaan?”
„Ze zijn verraders van onzen stam geworden!”
„Verraders? Hoe weet gij dat?”
„Is niet hij, die zich Jozef noemt, enkele dagen geleden naar den vijandelijken stam geweest, en wat kon dan zijn doel zijn, als het niet was verraad tegen ons plegen?”
„Och mannen,” zeiden de zendelingen, „ge begrijpt dat niet goed. Ge weet dat Samuel is weggevlucht en alleen om hem te zien en te spreken is Jozef naar de andere zijde van het bosch gegaan. Volstrekt niet om uw stam aan de anderen te verraden. Wat weet hij nog van uwe beraadslagingen af. Hij komt immers nooit meer op uw feesten, waar de besluiten genomen zijn.”
„’t Kan wel zijn,”was ’t antwoord, „maar ons opperhoofd heeft vrijheid gegeven hen te dooden en daarom zullen we het doen. Ga wat uit den weg, anders zijn we niet zeker, dat we u ook niet treffen!”
„We gaan niet uit den weg. We zijn meegegaan tot bescherming van onze broeders en zullen dat doen zoolang wij kunnen!”
Onder dit gesprek waren de N. Caledonische Christenen langzamerhand den anderen zoom van ’t woud bijna genaderd. Het pad, waarop de zendelingen stonden, was een smal voetpad, waarop niet meer dan twee personen naast elkander konden loopen en alzoo vormden zij een goede wacht voor de broeders. Maar de heidenen werden ongeduldig en wierpen hunne spiezen over de hoofden der zendelingen heen, doch met weinig uitwerking, zooals we D.V. de volgende maal zullen zien.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 januari 1902

De Wekker | 4 Pagina's

Iets uit de zendingsgeschiedenis (28)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 januari 1902

De Wekker | 4 Pagina's