Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Aan een vriend te Ulrum (214)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Aan een vriend te Ulrum (214)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Waarde Vriend!

Volgens belofte zou ik u eens schrijven over het verschil, dat er bestaat tusschen ons Chr. Gereformeerden en de richting, die wij als nieuwe theologie aanduiden, over de Roeping. Zooals u bemerkt, loopt het steeds over zeer gewichtige zaken. Het raakt niet zoo maar onbeduidende leeringen, maar de grondwaar heden der Heilige Schrift. Tot recht verstand van hetgeen wij bespreken, zij opgemerkt, dat (1) alle theologen op grond der Openbaring tweeërlei Roeping onderscheiden. Van den Heere gaat door middel Zijner dienaren in de verkondiging des evangelies een roepstem tot geloof en bekeering aan allen. Deze roeping is dus algemeen, en bij duizenden aan duizenden werkt zij niets ten voordeele uit, ja, voor dezulken ware het te wenschen, dat zij nimmer in deze roeping hadden gedeeld, want zij verzwaart hun oordeel. Zij hebben den weg geweten, dien niet bewandeld, en zullen dus dubbel geslagen warden. De algemeene roeping strekt daarom velen ten oordeel. (2) De uiterlijke prediking werkt bij hen niet tot zaligheid. Zij zijn dood en blijven dood.
Maar daar benevens en daartegenover onderscheidt men ook de bijzondere Roeping, uitgaande tot de uitverkorenen. De prediking des evangelies heeft voor hen andere gevolgen, dan voor degenen, die zich verharden. Bij de prediking werkt Gods Geest. Het zaad des evangelies valt bij hen in vruchtbare aarde, wijl de Heere in het zaad kiemkracht legt, en door en in de Voor bereiden de Genade (3) den akker des harten voor het zaad ontvankelijk maakte. De Hemelsche Landman strooit bij hen uit op gecultiveerde velden. De bijzondere Roeping is krachtdadig niet alleen, doch ook onwederstandelijk. Niet als gevolg van eene bijzondere gesteldheid des zondaars, (4) doch krachtens Gods eeuwige en vrije verkiezing, gelijk de apostel Paulus ons leert in Rom. 9 : 11, 12 en 13: „Want als de kinderen nog niet geboren waren, noch iets goeds of kwaads gedaan hadden, opdat het voornemen Gods, dat naar de verkiezing is, vast bleve, niet uit de werken, maar uit den Roepende; zoo werd tot haar gezegd: De meerdere zal den mindere dienen. Gelijk geschreven is: Jakob heb Ik liefgehad, en Ezau heb ik gehaat”.
Nu gevoelt ge wel het groote verschil tusschen de algemeeneen bijzondere Roeping. Ongeschiktheid, onbekwaamheid, onwilligheid, ziedaar de kenmerken van alle geroepenen. In dit opzicht geen onderscheid tusschen degenen, die zullen verloren gaan of behouden worden. Op aller voorhoofd staat in zwarte letters: »Dood in zonden en misdaden.De bijzondere zoowel als de algemeene Roeping gaat uit tot de dooden, niet tot de levenden. Nu zegt de nieuwe theologie: dan is alle roeping ijdel! Hoe zullen de dooden hooren? Ja, ook wij zeggen: hoe zullen de dooden hooren?
Ziedaar het wonder der Genade! De Heere spreekt tot de dooden, alsof zij leven. Hoe zou Lazarus hooren, die reeds vier dagen op den killen bodem der spelonk rustte: hij riekte al? En toch verrijst hij op het machtwoord des Heilands: Lazarus, kom uit! Hij verrijst, niettegenstaande het ongeloof der omstanders, de dwaze redeneeringen van Martha en Maria. O ja, hij verrijst! Diezelfde almacht des Heeren, nog onbegrijpelijker, nog wonderlijker, blinkt en schittert in de levendmaking eens dooden zondaars, als daar luide, of als op den adem eens zefirs gedragen, de liefelijke Roepstem komt: ontwaak, gij, die slaapt! en sta op uit de dooden! O, al roepen alle nieuwe, dwaze theologen uit één adem: de Roeping tot de dooden zou ijdel zijn — er is een Woord des Heeren, er is een ervaring van de Kerk des Heeren in alle eeuwen, dat Hij de dooden, de geestelijk dooden op Zijn Roepstem tot Zijn levend en onbeweeglijk Koninkrijk brengt.
Met onze vaderen leeren wij dus: de Roeping, zoowel de bijzondere als de algemeene, gaat uit tot de geestelijk dooden. Geen omkeering der door God gestelde orde, alsof de wedergeboorte aan de Roeping voorafgaat. Geen oorzaak en gevolg verwisseld, om het dwaze vernuft of een wijsgeerig stelsel te hulp te komen. Heel de zaligmaking is een wonder, waarin de almacht Gods op het luisterrijkst uitblinkt. Het past ons niet den luister te verdooven door wijsgeerige bespiegelingen. De Roeping, zegt b.v. b. Huisman zoo terecht, deze krachtdadige Roeping volgt niet op de wedergeboorte of eerste levendmaking, maar gaat daaraan vooraf, waardoor de Heere het hart van don zoodanigen geroepene opent, zoodat hij inwendig zich gedrongen gevoeld om acht te nemen op hetgeen door den Dienaar des Evangelies gesproken wordt.
D. V. kom ik op dit onderwerp terug. Ontvang mijn hartelijken groet.

t.t.
S.

P.S.
(1) De schrijver bedoelt kennelijk onze oude theologen.
(2) Niet de roeping als roeping, maar het ongehoorzaam zijn aan die roeping.
(3) Van de woorden „voorbereidende genade” wordt veel verkeerd gebruik gemaakt; daarom dient men, als men daar al van spreekt, goed toe te lichten, wat men daardoor verstaat.
(4) Er is dan wel een bijzondere gesteldheid, maar deze is bewerkt door den H. G., die het hart vatbaar en ontvangbaar maakt.

Red.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 februari 1902

De Wekker | 4 Pagina's

Aan een vriend te Ulrum (214)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 februari 1902

De Wekker | 4 Pagina's