Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De tranen des Heilands

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De tranen des Heilands

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Schreven wij de vorige maal over de tranen der geloovigen, op deze aarde zijn nog uitnemender tranen geschreid, tranen van Hem die geen zonde gekend noch gedaan heeft en toch weende, gelijk de Heilige Schrift herhaalde malen van Hem getuigt. Tot driemalen toe toch lezen wij van de tranen des Heilands. Hij weende bij het graf van Lazarus. Hij weende bij het gezicht op het wederstrevig Jeruzalem. Hij stortte tranen in Gethsemané, gelijk de Hebreërbrief ons zegt. Bij Lazarus’ graf waren het tranen van heilige ontroering, op den weg naar Jeruzalem tranen van diep medelijden, in Gethsemané tranen ten offer voor een schuldig doch uitverkoren volk. Die tranen hebben ons veel te zeggen.
Ziet hoe groote liefde de Heiland heeft tot degenen die Hem vreezen, dat Hij zelfs schreit bij de groeve van zijn vriend Lazarus. Ziet hoe Hij in Zijn menschelijke natuur medelijden heeft met de smarten Zijns volks. Als daar een kind van God treurt over het verlies van dierbare betrekkingen, hij wete dat de groote Hoogepriester ook zelf in zijn menschheid geweend heeft bij het graf Zijns vriends. Wij hebben geen Hoogepriester, die niet kan medelijden hebben met onze zwakheden, maar die in alles verzocht geweest is, uitgenomen de zonde, waarom hij ook de zwakheden, het weenen, het lijden Zijns volks kan verstaan.
Ook stortte de Heiland tranen over een zich meer en meer verhardend Jeruzalem. Als Hij nabij de stad kwam, weende Hij over haar en zelfs nog overvloediger tranen worden hier vergoten dan bij Lazarus’ graf. In de grondtaal toch lezen wij in Joh. 11: 35: Jezus weende (ἐδάϰρυσεν), maar hier staat een sterker woord, als Hij nabij de stad kwam, weende (ἔϰλαυσεν) Hij over haar. Bij het graf kwamen er tranen uit ’s Heilands oogen, zijne oogen waren vochtig, maar bij het zien op Jeruzalem vloeien zij mild over Zijn aangezicht. Hier zijn ze dan ook pijnlijker. Jeruzalem heeft de roepstemmen des Heilands in den wind geslagen, zich niet bekeerd op de prediking der genade, maar zich te meer verhard en gaat nu het oordeel tegen, hoewel het Verborgen is voor hare oogen. Hier spreken deze tranen van innige deernis met een geheele stad die straks zal verwoest worden, zoodat geen steen op den anderen zal gelaten worden, daarom dat zij den tijd harer bezoeking niet heeft bekend.
Treffender nog zijn de tranen in Gethsemané geschreid, en ons in Hebr. 5:7 genoemd. Deze tranen zijn offertranen. Daar ligt de Borg den drinkbeker van Gods toorn drinkende. Daar plengt Hij heilige tranen ten goede voor de Zijnen, waarvan de Apostel zegt: met sterke roeping en tranen geofferd hebbende. Daar stelt Hij Zijne ziel tot een rantsoen voor velen en bij het offer dat Hij daar brengt, stijgt het gebed omhoog en besprengen de tranen Gethsemané’s grond. Daar schreit Jezus als Borg over de schuld der Zijnen en die offertranen zijn geweend ten goede van Gods kinderen, die het ervaren dat hunne tranen in der eeuwigheid de schuld niet kunnen uitwisschen.
Daarom mag wel een ieder zijne tranen onderzoeken. Niet aan ieder en niet te allen tijde is het voorrecht gegund zijn hart in tranen gemakkelijk uit te storten, ofschoon ook van binnen dat harte weent en roept en zucht tot den Heere; maar ook omgekeerd, niet alle tranen, die er geschreid worden, zijn tranen des geloofs, der liefde, der boelvaardigheid, voortkomende uit eene droefheid naar God. Er worden soms tranen der weekheid en gevoeligheid geschreid bij het hooren en lezen van de lijdensgeschiedenis des Heilands, waarvan de Heere Jezus zou zeggen: Weent niet over Mij, maar over u zelven. Vleeschelijke aandoening en een hartstochtelijk gemoed kunnen al wat tranen te weeg brengen, en wee den mensch, die daarop zijne hope bouwt: hij vestigt zijn huis op een zandgrond. Onze tranen moeten zijn de vrucht van eene droefheid naar God, die eene onberouwelijke bekeering tot zaligheid werkt. Vooral zie een iegelijk toe dat hij zijne tranen niet stelle in de plaats van of nevens het bloed van Jezus Christus, Gods Zoon, hetwelk alleen reinigt van alle zonde. Geen tranen van boete, hoe oprecht ook, kunnen de schuld die wij hebben, uitdelgen, alleen de tranen en gebeden van Jezus Christus zijn nevens Zijn dierbaar bloed het offer der verzoening. Christus is het die in de dagen Zijns vleesches gebeden en smeekingen tot Dengene die Hem uit den dood konde verlossen met sterke roeping en tranen geofferd heeft. De tranen der geloovigen mogen aangenaam zijn, ja kostelijk zelfs als vrucht van Gods genade, als beweeg- en schuldoffer zijn ze waardeloos en zijn hel alleen Jezus’ offertranen, waarom God ook eenmaal van de oogen van Zijn vaak weenend en zuchtend volk de tranen zal afdrogen.

D.B.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 april 1903

De Wekker | 4 Pagina's

De tranen des Heilands

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 april 1903

De Wekker | 4 Pagina's