Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Teekenen des Tijds

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Teekenen des Tijds

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het Gezag.
Kort geleden ontmoette ik op reis een propagandist der socialisten. Ons gesprek kwam op het bovenstaande onderwerp: „het gezag”, en mijn reisgenoot beweerde, zooals dit trouwens van een ijverigen propagandist te verwachten was, dat hij voor het gezag niet vreesde; dat het zijn oorsprong in de menschen had; dat het niet anders was dan het recht van den sterkste, en hij den dag zegenen zou, dat de laatste overblijfselen van deze menschelijke uitvinding uit ons volksleven zouden zijn weggedaan.
’t Was al een belangrijke schrede voorwaarts, zeide hij, dat de eerbied en de hoogachting voor het gezag begon te tanen, en binnen niet al te langen tijd zou men Neerlands jongelingschap wel zoo verre hebben bewerkt, dat zij de verschuldigde gehoorzaamheid aan het gezag allerwege onthield.
’t Was maar een kwestie van tijd en eerst dan zou het ideaal ten volle zijn bereikt, wanneer het uit was met alle gezag en autoriteit, en de leuze: vrijheid, gelijkheid en broederschap werkelijkheid was geworden.
Tevergeefs trachtte ik den man van het dwaze en onhoudbare zijner redeneering te overtuigen. Noch mijn beroep op de historie, noch mijn betoogen, dat zonder gezag geen menschelijk samenleven mogelijk was en dat ook zijn communistische staat evenmin zonder gezag kon bestaan, noch mijn bewijsvoering, dat het niet uit de menschen, maar door een hoogere macht opgelegd en gehandhaafd werd, mocht baten.
Wij gingen uiteen, hij zijn droombeeld vasthoudende: dat eerst het gezag weg moest alvorens de vrede komen kon, en ik — in mijn ziel bedroefd, dat er zoodanige menschen in onzen tijd in zoo grooten getale gevonden worden.
Onwillekeurig dacht ik over het gesprokene na en verdiepte mij in een onderzoek naar de oorzaken van dit zoo droeve verschijnsel, dat wij in onze dagen op alle terreinen des levens aanschouwen.
Daar is geen eerbied en achting meer voor het wettig gezag, daar is geen gehoorzaamheid meer aan het gezag.
Men ondermijnt het op alle mogelijke wijzen en schuwt geen middel om het uiteen te rafelen.
Vanwaar dit? zoo vroeg ik mijzelven af en ik herinnerde mij van den Engelschen Christen-wijsgeer Maurice dit gulden woord te hebben gelezen: „Zoodra ik een oorzaak (auteur) van mijn bestaan erken, erken ik ook een gezag (autoriteit) over mij”. In dat woord ligt de sleutel om dit teeken des tijds te verklaren.
Zoolang deze waarheid historisch nog bij ons vaststaat: daar is een God, een Schepper van hemel en aarde, die ook mij geschapen heeft, en waaraan wij het leven, den adem en alle dingen verschuldigd zijn, zoolang wordt in de conscientie nog band en vreeze, zij het dan ook slaafsche voor dien God gevoeld.
En God is de bron en oorzaak van alle gezag hier beneden. Geen gezag hier beneden of het is uit Hem, zoodat waar Zijn bestaan nog voor ons vaststaat, daar wordt Hij, zij het dan ook gedwongen, erkend als de absolute Souverein in wiens hand ons leven is en bij wien alle onze paden zijn, wiens raad zal bestaan en die al Zijn welhagen doet.
En daar, maar ook daar alleen kan er nog eerbied en vreeze zijn voor en gehoorzaamheid aan het gezag, en dit om Gods wil, omdat men het gezag niet als eene uitvinding van menschen, noch als het recht van den sterkste, noch als een noodzakelijk kwaad beschouwt, maar als eene macht en bevoegdheid van Godswege opgelegd en verleend.
Op dat standpunt wordt het regeeren „bij de gratie Gods” geen bloote titelatuur, noch een ornament, dat even goed kan worden gemist, maar de hoogste waarheid en werkelijkheid, omdat daarin de bron van alle gezag wordt erkend en de goddelijke oorsprong van het gezag wordt beleden.
Maar waar God voor ons bewustzijn is weggevallen en de mensch geen oorzaak van zijn bestaan meer erkent, waar hij de formeerder wordt van zijn eigen leven en de schepper van zijn eigen geluk, waar de zondige paradijs-gedachte wordt doorgetrokken tot in haar uiterste consequenties en hij zich zelven voor een God houdt, daar valt ook de bron en oorzaak van alle gezag weg. Maurice heeft het terecht gezegd: daar erkent de mensch geen gezag meer over zich, maar hij zelf is het verpersoonlijkte gezag, niemand staat hooger, maar niemand ook lager dan hij.
In dien vreeselijken tijd leven wij thans. Bij de groote menigte is het Godsbestaan als oorzaak van eigen bestaan weggevallen. Het „noch God, noch meester” der Fransche revolutie wordt gaandeweg practisch verwezenlijkt, de stemme der conscientie wordt ten eenenmale gesmoord en het licht dat nog in hen was is duisternis geworden.
Nu reeds aanschouwen wij allerwege de ontzettende vruchten van de verbastering der natuurlijke Godskennis in ons midden. Het getal roepende en onnatuurlijke zonden vermeerdert zich met den dag. Schaamteloos wordt allerlei ongerechtigheid zoowel in het verborgen als in het openbaar bedreven, en daar tiert onder ons volk eene onzedelijkheid die met schrik voor de toekomst vervult.
Men heeft zich van God los gemaakt en met God afgerekend. Door den hemel wordt men niet bekoord en door de helle niet verschrikt. De krachtigste argumenten, die eertijds de meesten nog voor een oogenblik vermochten te overtuigen, worden thans niet meer gevoeld en een spottend hoongelach is het antwoord, wanneer gij ze wijst op den toekomenden toorn.
En dit alles is van onberekenbaren invloed op het gezag. Het gezag wordt als gezag niet meer erkend, niet meer gevreesd, niet meer gehoorzaamd, hetzij dat men het beschouwt in den huiselijken kring, in het maatschappelijk leven of in de kerkelijke gemeenschap.
Allerwege ondermijning en losmaking, miskenning en ongehoorzaamheid.
Ds. H. Janssen

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 oktober 1904

De Wekker | 4 Pagina's

Teekenen des Tijds

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 oktober 1904

De Wekker | 4 Pagina's