Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Synode van Utrecht (IV)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Synode van Utrecht (IV)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wat heeft de Synode van Utrecht nu feitelijk in zake de leergeschillen besloten?
Die gewichtige vraag, die van verschillende zijden, zelfs van uit de Gereformeerde Kerken aan ons gericht ia, eischt een antwoord.
En om dit antwoord na naar waarheid (want daarop komt het toch aan, daar groote woorden hier volstrekt niets beteekenen) te kunnen geven, moeten wij weten, waarover er geschil was.
Allereerst over het Infra- of Supralapsarisme, of gelijk onze Vaderen zeiden: beneden- of bovenvaldrijverij. Wat na door beiden moet worden verstaan en waarin het verschil tusschen deze beiden gelegen is, kunnen wij thans niet in het licht stellen. Misschien dat wij dit later nog eens doen. Thans is het nu te doen om hetgeen de Synode daaromtrent besloten heeft.
En dan luidt de conclusie over dit punt, zooals zij gewijzigd door de Synode aangenomen is, aldus:
Wat het eerste punt, het infra- of supralapsarisme aangaat, spreke de Synode uit, dat onze Belijdenisschriften zeker ten opzichte van het leerstuk der uitverkiezing de infralapsarische voorstelling volgen, maar dat zoowel blijkens de bewoordingen van Hfdst. 1 Art. 7 der Leerregels van Dordt als blijkens de beraadslagingen op de Dordtsche Synode, hiermede geenszins is bedoeld de supralapsarische voorstelling uit te sluiten of te veroordeelen; dat het diensvolgens wel niet geoorloofd is de supralapsarische zienswijze als de leer der Gereformeerde kerken in Nederland voor te stellen, maar evenmin om iemand, die voor zich zelf het supralapsarische gevoelen voorstaat, daarom te bemoeilijken, aangezien de Synode van Dordt over dit geschilpunt geen uitspraak heeft gedaan; waarbij de Synode de waarschuwing voegt om dergelijke diepgaande leerstukken, die het verstand der eenvoudigen zeer verre te boven gaan, zoo weinig mogelijk op den kansel te brengen en in de prediking des Woords en het catechetisch onderwijs zich te houden aan de voorstelling, die onze Belijdenisschriften geven.
Wat is hierin nu uitgesproken?
Laat ons het eens aandachtig nagaan.
Eerstens dat onze Belijdenisschriften Infralapsarisch zijn ten opzichte van het leerstuk der uitverkiezing. Maar dat behoefde de Synode niet uit te spreken, daar er niemand was die ooit het tegenovergestelde heeft beweerd.
Zelfs Dr. A. Kuyper heeft blijkens eene aanhaling uit zijn college-dictaat voorkomende in „de, Wachter” van 25 Aug. j.l gezegd, „dat juist in het supralapsarisme de waarborg ligt tegen alle spiritualisme, methodisme, anabaptisme, enz. Dat al deze ketterijen op onzen Vaderlandschen bodem zoo welig opgroeien, is vrucht van Infralapsarisme, dat bijna algemeen werd aangehangen.”
Dat de Synode dus dit verklaard heeft, was bepaald onnoodig, daar dit algemeen werd toegestemd.
Maar nu verder: wanneer vervolgens in deze conclusie gezegd wordt, dat blijkens Hfdst. I Art. 7 van de Dordsche leerregels, blijkens de beraadslagingen op de Dordsche Synode hiermede geenzins bedoeld is de supralapsarische voorstelling uit te sluiten of te veroordeelen, dan moeten wij hier beslist tegen protesteeren, en Ds. Bos en de geheele Wachterbond moet dit met ons doen blijkens hetgeen Ds. Westerhuis van Groningen over dit stuk geschreven heeft.
In zijne „Brieven” over dit stuk in „de Wachter” heeft hij duidelijk in het licht gesteld, dat dit niet zoo is, en prof. Lindeboom sprak zelfs van de supra-legende, die Ds. Westerhuis bezig was te weerleggen en op te ruimen met macht van historische bescheiden. En die zelfde supra-legende vinden wij ongewijzigd in deze conclusie terug. En daarop zegt nu Ds. Bos ja en amen, daarin vindt hij een gemeenschappelijken grondslag, ’t Is droevig, als men zijn vroeger standpunt zoo kan afvallen.
Wanneer de commissie zegt dat het diens-volgens wel niet geoorloofd is de supralapsarische zienswijze als de leer der Geref. kerken in Nederland voor te stellen, dan zeggen wij, dat hiermede niets nieuws is uitgesproken , om reden dat niemand dit nog publiek heeft gedaan, maar evenmin is het beslist verboden.
Het is wel niet geoorloofd, hoe zacht, hoe flauw, hoe onbeslist… Wat zal men iemand doen, die het wel geoorloofd acht zulks te doen? Zal men hem schorsen? Hij doet iets, wat niet wel geoorloofd is….
Gevoelt men nu toch niet, dat daarmede nog niets is gezegd en dat het een groote leugen is, wanneer men rondbazuint: dat het „supra” in Utrecht is veroordeeld.
Het supra is onverzwakt gehandhaafd.
Het is niet als de leer erkend, maar evenmin als de leer veroordeeld; terwijl om het geheel nog te verzachten, er de zinsnede aan toegevoegd wordt: dat iemand die voor zich zelven het „supra” voorstaat, deswege niet mag bemoeilijkt worden.
Wat men eerst nog zeer zwak wilde uitsluiten, wordt hier door de achterdeur weer met vlag en wimpel binnen gehaald, terwijl de Synode er nog de waarschuwing aan heeft toegevoegd: „om dergelijke diepgaande leerstukken, die het verstand der eenvoudigen verre te boven gaan, zoo weinig mogelijk op den kansel te brengen en in de prediking des Woords en het catechetisch onderwijs zich te houden aan de voorstelling, die onze Belijdenisschriften geven.”
Hoe onbelijnd. ’t Is of gij de Synode der Herv. Kerk hoort spreken, die er op bedacht moet zijn, alle partijen te vrind te houden.
Welnu dat zelfde is hier in optima forma. Men heeft niemand willen veroordeelen, maar ook niemand willen binden.
Men heeft formeel het Infra voor en boven het Supra geplaatst, maar materieel, en daarmede hebben wij hier wel het meest te rekenen, beiden gelijke rechten toegekend.
Gij kunt van die beiden gelooven wat gij wilt, dat hindert niet, alleen maar, het is niet wel geoorloofd het Supra voor en boven het Infra te stellen.

L. (Leiden) J.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 oktober 1905

De Wekker | 4 Pagina's

De Synode van Utrecht (IV)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 oktober 1905

De Wekker | 4 Pagina's