Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Loopen in de loopbaan

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Loopen in de loopbaan

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Weet gijlieden niel, dat die in de loopbaan loopen, allen wel loopen, maar dat één den prijs ontvangt? loopt alzoo, dat gij dien moogt verkrijgen.” 1 Cor. 9 : 24.

Gedurende den tijd waarin de mensch leeft op aarde, is er veel te winnen, maar ook veel te verliezen. De tijd daartoe gesteld is echter kort en daarom zeer kostbaar.
Er is veel te winnen, voor hen namelijk, die onder het licht des evangelies leven, want de Heilige Schrift stelt onder meer ook de eeuwige zaligheid als een gewin voor. En wat is grooter dan dit: een erfgenaam te mogen zijn van het eeuwige leven!
Is echter aan het einde van den tijd der genade dit heerlijk einde niet bereikt, dan is er veel, onuitsprekelijk veel verloren. De wel aangename tijd is dan voorbij, en met den tijd de gelegenheid om te ontkomen aan het eeuwige verderf. Wie zijn naam, zijn geld, zijn eer verliest, die verliest veel, maar gaat uwe ziel verloren, dan verliest ge alles. Dit wel te bedenken is, én voor ons zelven, én ten opzichte van anderen, voor ieder mensch van het allergrootste belang. Als dienaar en apostel van den Heere Jezus Christus, was Paulus hier diep van doordrongen. Daarom was het steeds zijn doel en oogmerk om, was het mogelijk, allen voor Christus te winnen. Zelf alzoo werkzaam, wenscht hij dat ook in de gemeente ieder voor zich dit wel bedenke. Vandaar die wenk aan de gemeente van Corinthe gegeven, om toch vooral het leven aan te merken als het loopen van de wedloopers in de loopbaan. Velen liepen daar in, maar slechts één ontving den prijs. Waaruit de apostel deze leering trekt, welke hij den Corinthiers voorhoudt, met te zeggen: „loopt alzoo, dat gij dien moogt ontvangen”.
De zaak waar Paulus hier op wijst, kon den Corinthiers niet onbekend zijn, namelijk: het loopen in de loopbaan. Daargelaten wat bij andere volken gebruikelijk was, zinspeelt de apostel hier ongetwijfeld op één van de vier beroemde spelen der Grieken. In deze spelen oefende men zich in het loopen, springen, worstelen en in het rennen met den wagen. Men had daartoe een omheinde renbaan. Hierin moesten de loopers loopen. Om toegelaten te worden tot dezen kampstrijd, moest men iemand zijn van goede afkomst en van een goeden naam. Velen hadden daarbij brieven van aanbeveling. De prijs waarom gestreden werd, hing op een verheven plaats in ’t gezicht van de loopers. Aan toeschouwers ontbrak het natuurlijk niet. Rechters namen daarbij hunne plaats in, om als de daartoe aangestelde personen den overwinnaar den eerepalm toe te kennen. Dat hierbij het uiterste werd beproefd door de loopers in de loopbaan, om den prijs te verkrijgen, kan onder meer hieruit blijken, dat men zich vooraf steeds oefende en bij den wedloop zich zooveel mogelijk van alles wat hinderlijk kon zijn ontdeed. Zoodra dus met de bazuin het sein was gegeven, begon het loopen. Slechts één werd ten laatste overwinnaar.
Loopen in de loopbaan, treffend zinnebeeld van het leven! Zoo is er voor den opmerkzame overal wat uit te leeren. Het loopen in de loopbaan bij de spelen der Grieken was een geweldige strijd. Dit is een eerste gedachte, waar het onderwijs des apostels hieraan denken doet. Het leven van hen, die gelijk de Corinthiers het evangelie hebben aangenomen en die navolgers van Christus wenschen te zijn, is een leven en een loopen in de loopbaan. Die loopbaan is door God zelf ons in Zijn Woord voorgesteld en aangewezen. Daarom heet het, met toespeling op dezelfde zaak, in Hebr. 12 : 1: laat ons loopen met lijdzaamheid de loopbaan ons voorgesteld.
Op diezelfde plaats lezen we ook het antwoord op de vraag, hoe de loopers in de Christelijke loopbaan moeten loopen, niet alleen met lijdzaamheid, maar ook: „afleggende allen last en de zonde, die ons lichtelijk omringt.” Wie met behoud van alles wat den natuurlijken mensch lief en aangenaam is, in de Christelijke loopbaan wil loopen, kan onmogelijk den prijs verkrijgen. Die om prijs streed bij de Grieken, onthield zich van alles. De weg tot het eeuwige leven is een smalle weg met een enge poort. Het is de eerste eisch door Christus Zijnen discipelen gesteld: zichzelven te verloochenen. En wat is zelfverloochening anders dan strijd, ernstige en aanhoudende strijd. Strijd tegen alles wat u tracht te verhinderen om in te gaan tot het eeuwige leven. Strijd tegen alles wat met Gods geopenbaarden wil in strijd is. Strijd tegen den duivel, de wereld en tegen vleesch en bloed. Strijd, welke niet eindigen zal, voor dat de looper in de Christelijke loopbaan het einde van zijn loop heeft bereikt.
Het eeuwige leven, met al de zaligheid daar aan verbonden, wordt meermalen in de Heilige Schrift als een prijs en als een kroon voorgesteld. En dan nog wel nadrukkelijk als een prijs en als een kroon, die niet anders dan na voorafgaanden strijd wordt verkregen. Zegt niet de verheerlijkte Christus tot de gemeente van Smyrna: „Zijt getrouw tot den dood, en Ik zal u geven de kroon des levens!” En tot de gemeente van Laodiceä: „Die overwint, Ik zal hem geven met mij te zitten in mijnen troon, gelijk als Ik overwonnen heb en ben gezeten met mijnen Vader in Zijnen troon. Die overwint zal alles beërven.”
Hing in de loopbaan der Grieken de prijs, hoog verheven, in de loopbaan, in het gezicht der loopers, evenzoo, kunnen we zeggen, heeft de Heere allen die in de Christelijke loopbaan loopen, den prijs, aan de overwinnaars beloofd, in ’t gezicht gesteld. Tracht Satan zijne dienaars steeds aan te moedigen en op te wekken met allerlei leugen en bedrog, God de Heere roept de loopers, die om prijs loopen, toe: Houdt moed en volhardt, want die volharden zal tot het einde, die zal zalig worden. Wordt tot dit volharden moed en kracht en inspanning vereischt en vraagt iemand met het oog op de vele gevaren en bezwaren hieraan verbonden, met het oog ook op eigen onbekwaamheid en diepe afhankelijkheid: wie is daartoe bekwaam? dan is het een uitgemaakte zaak, dat nooit eenig mensch in of door eigen kracht het zoover zal brengen, om onder de overwinnaars geteld te worden. Dat is alleen mogelijk door de kracht en de genade Gods. Ook hiervan was Paulus zich volkomen bewust. Daarom getuigt hij herhaalde malen, alleen door de genade Gods te zijn, wat hij was. Het is genade in de Christelijke loopbaan te loopen. En het is genade daarin te volharden, gelijk het genade is, eenmaal de eeuwige levenskroon weg te dragen.
Streden menschen bij de Grieksche spelen een geweldigen strijd om een vergankelijke kroon, om lof en eer van menschen, hoeveel schitterender is de kroon, waar in de Christelijke loopbaan om gestreden wordt. De wereld met hare begeerlijkheden gaat voorbij, maar zij die den wille Gods gedaan hebben, zullen blijven tot in het eeuwige leven.
Paulus met zijn eigen voorbeeld voor oogen, schrijft aan Timotheüs, hoe hij, Paulus nl. in de loopbaan heeft geloopen en hoe hij den prijs heeft verkregen: „Ik heb,” zoo getuigt hij, „den goeden strijd gestreden, ik heb den loop geëindigd, ik heb het geloof behouden. Voorts is mij weggelegd de kroon der rechtvaardigheid, welke de Heere, de rechtvaardige Rechter, in dien dag geven zal, en niet alleen mij, maar ook allen, die Zijne verschijning hebben liefgehad.” Leeringen wekken, maar voorbeelden trekken. Zoo ook hier. En wat is krachtiger middel tot opwekking dan, gelijk de Schrift aangeeft, met een groote wolk van getuigen omringd, te zien op den Oversten Leidsman en Voleinder des geloofs, Jezus, die voor de vreugde Hem voorgesteld, het kruis verdragen en de schande veracht heeft. Zegt de apostel voorts, dat allen wel loopen, maar dat één den prijs ontvangt, dan ligt daarin ook dit ernstig onderwijs voor ons, dat ook alle loopers in de Christelijke loopbaan geen overwinnaars worden. O neen, dit wordt ons in des Heeren Woord anders geleerd. Ze waren niet allen Israël, die uit Israël zijn. Niet het afstammen uit Abraham naar het vleesch, maar het doen van Abrahams werken, maakte tot ware kinderen Abrahams. En zoo is het nog ook onder de nieuwe Verbondsbedeeling.
Hoe velen hebben, toen Gods Zoon op aarde in de menschelijke natuur omwandelde, Jezus voor een tijd gevolgd, om allerlei bijoorzaken gevolgd, maar van wien vroeger of later bleek, dat het toch de rechte, de ware volgelingen niet waren. En wie kent de menschen niet in zijn eigen, in zijn naaste omgeving, van wie helaas moet gezegd worden, dat zij wel loopen, maar dat, als het niet anders met hen wordt, zij nooit den prijs zullen verkrijgen. We denken daarbij dan volstrekt nog niet aan hen, die met allen godsdienst hebben gebroken. We denken daarbij niet aan hen, die publiek den dienst der zonde en der wereld hebben gekozen en die alle dagen met sprekende daden tegenover God zeggen: „Wijkt van ons, want aan de kennis Uwer wegen hebben wij geen lust.” Neen, dan denken we aan hen, die koud, ongevoelig, onverschillig, eigenzinnig, harteloos en biddeloos zich aanstellen, zonder ook maar ooit of in eenig opzicht eenig bewijs te geven, dat het hun in de Christelijke loopbaan waarlijk om den prijs is te doen. De godsdienst is bij dezulken louter vorm. De openbaring des levens (op zijn gunstigst genomen) burgerlijk godsdienstig. De belijdenis, o die kan, als het op woorden aankomt, zoo rechtzinnig mogelijk zijn. Maar bet voornaamste: ernst en liefde, ontbreekt.
De woorden: „loopt alzoo, dat gij dien moogt verkrijgen,” zijn daarom in het redeverband van Paulus van zulk eene groote beteekenis.
Bleek ons reeds, dat het niet hetzelfde is, hoe men in de Christelijke loopbaan loopt, het moet, zal het wel zijn, den loopers om den prijs te doen zijn. Bij de Grieken en andere heidensche volken zou men het een dwaasheid hebben genoemd, in een loopbaan te loopen of een anderen wedstrijd aan te gaan, zonder zich daarbij te bekommeren om den prijs. Hoeveel te meer betaamt het dan allen, die in de Christelijke loopbaan loopen, te behartigen wat de apostel hier zegt: loopt alzoo, dat gij den prijs moogt verkrijgen. Vraagt iemand verder: wat houdt dat in? dan kunnen verwijzen naar vs. 20. Daar verklaart de schrijver aan de Corinthiers: Ik loop dan alzoo. Wat Paulus anderen voorhoudt, brengt hij ook voor zich zelven in praktijk. In zijn voorbeeld is alzoo het antwoord gegeven op de vraag, hoe men loopen moet, om den prijs te verkrijgen. Gelukkig de dienaar, die een Paulus kan nazeggen: Weest mijne navolgers, broeders, gelijkerwijs ook ik van Christus. Dat is loopen om den prijs, als men alle dingen schade en drek acht te zijn, bij de uitnemendheid van Christus. Dan kan men de wereld den rug toekeeren. Dan kan men, daartoe geroepen, smaad en hoon verdragen. Dan vreest men geen bedreiging van menschen. Dan trekt Satan ons niet in zijn net. Dan spotten we niet met waarschuwingen en vermaningen ons door God in Zijn Woord gegeven. Dan hinken we niet op twee gedachten, zonder tot een besliste keus te komen tusschen God en de wereld.
Dan zijn we, bij en onder allen strijd en onder alle aanvechting, ook niet zonder hope. We zijn dan ook niet zonder gebed. En naarmate het u mag gebeuren geloovig te steunen op Gods beloften, geloovig gebruik te maken van den door God gegeven Middelaar, naar die mate zult ge u ook verheugen met groote vreugde, in het heerlijk uitzicht op het rijke genadeloon, dat de Heere zal geven aan allen, die in de Christelijke loopbaan met volharding geloopen hebben ten einde toe.
Die dan hier bedrukt met tranen zaait, zal juichen als hij vruchten maait. Die met Christus lijden, zullen ook met Hem verheerlijkt worden. Niet in eigen kracht of door eigen wijsheid, maar alleen door de genade Gods, zal, door de kracht des Heiligen Geestes, het gewenschte einde worden bereikt. Dit doet alle oprecht geloovigen reeds hier belijden: „Door U, door U alleen, om ’t eeuwig welbehagen.”
J. Wisse

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 maart 1906

De Wekker | 4 Pagina's

Loopen in de loopbaan

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 maart 1906

De Wekker | 4 Pagina's