Buitenland

De „Banner” gaf in haar Synodenummer een historische schets van de Christ. Geref. Kerk in Amerika. Deze schets geeft ons in kort de geschiedenis dier kerk, zoodat wij meenen velen onzer lezers geen ondienst te doen door hen er mede in kennis te stellen.
De Christ, Geref. Kerk in Amerika is, zooals zij thans bestaat, het resultaat van drie afscheidingsbewegingen van de Ned. Geref. Kerk (Dutch reformed church). De eerste van deze afscheidingen had plaats in 1822 in de staten Nieuw-Yersey en Nieuw-York. De leider er van was Ds. Salomon Froeligh, D.D., hulp-professor in de theologie in de Ned. Geref. Kerk. De redenen, door Froeligh en zijne volgelingen aangevoerd tot afscheiding van de bestaande kerk, waren: hare lauwheid in het uitoefenen der tucht over ergerlijke leden, geen onderscheid makende uitdeeling van de Bondzegelen, en het dulden van dwalingen. In 1827 noemden deze afgescheidenen zich de „ware Geref. Kerk”, tellende 25 gemeenten en 12 predikanten. Dr. Froelingh stierf 8 October 1827. Het getal der gemeenten kromp langszaam maar zeker in, zoodat er in 1888 nog maar 13 gemeenten bestonden en 7 leeraren. In 1890 vereenigde deze kerk zich met de Holl. Christ. Geref. Kerk, welke toen den naam Christ. Geref. Kerk aannam.
Het voornaamste deel der Christ. Geref. Kerk bestaat uit Geref. Hollanders, die in 1847 en het volgend tiental jaren zich vestigden in Michigan, Wisconsin, Iowa en andere Noord-Westelijke staten. In 1849 vereenigden zij zich als de Classis van Holland met de Ned. Geref. Kerk. Van het eerste begin echter waren sommigen onvoldaan met die vereeniging op grond van slapheid in leer en tucht in de Geref. Kerk, verschil in taal, verwaarloozing van catechismusprediking en onderwijs, te veel verbroedering met niet-Calvinistische kerken en het zingen van honderden van gezangen. Ook werden bezwaren ingebracht tegen het toelaten van vrijmetselaars als leden der kerk. De eerste die zich verzette onder dit onvoldane en protesteerende volk was Gijsbert Haan, vroeger ouderling in de Christ. Afgesch. gemeente te Hilversum in Nederland, die om zijn beginsel openlijke en geheime vervolging had geleden.
Zijn verblijf in den staat Nieuw-York had de oogen van dezen merkwaardigen, hoewel ongeleerden man geopend voor de gebreken der Ned. Geref. Kerk in het Oosten, en eerst toen hij in Vriesland (Mich.) en later toen hij in Grand-Rapids woonde, pleitte shij standvastig voor zuiverheid in leer en tucht, en, zoo noodig, voor afscheiding van de Geref. Kerk.
Toen Ds. K. van den Bosch in Michigan kwam in 1856, vond G. Haan een geestverwant in dezen predikant, die de gemeente van Noordeloos (Mich.) diende. In September 1856 scheidde zich een deel van het volk te Grand-Rapids, geleid door G. Haan, van de tweede Geref. gemeente dier stad af en begon des Zondags afgezonderd samenkomsten te houden. Op de vergadering van de Classis van Holland 8 April 1857 gaven Ds. K. van den Bosch en de gemeenten van Noordeloos, Graafschap en Polkton en Ds. G.H. Klijn van Grand-Rapids, formeel kennis van hun heengaan uit de Geref. Kerk. Ds. Klijn had kort geleden Haan en zijne volgelingen vereenigd. Hun afscheidsbrieven werden „voor kennisgeving” aangenomen en 8 April 1857 mag aangeteekend worden als de geboortedag van het westelijk en voornaamste deel der Christ. Geref. Kerk in Amerika. Evenals het in 1822 ontstane kerkje in het Oosten, noemde deze kerk in de Westelijke staten zich de „ware Hollandsche Geref. Kerk”, totdat in 1880 de naam Holl. Chr. Geref. Kerk werd gekozen, welke in 1890 na de vereeniging met de groep van 1822 het woord „Hollandsche” liet wegvallen.
De kerk van 1857 was in den beginne zeer klein, de gemeenten waren weinige in getal en gering in ledenaantal en talrijke twisten kwamen voor over verschillende zaken omtrent kerkelijke gebruiken en tucht. Het was inderdaad een strijd om het bestaan. Maar een betere dag begon te dagen toen Ds. D.J. van der Werp in 1864 uit Nederland overkwam als predikant van de gemeente Graafschap. Hij was een geboren leider, een wijs raadgever, een goed schrijver, een vroom man die door Gods volk vertrouwd en gevolgd werd. (Reeds in Nederland behoorde hij tot het welbekende driemanschap: F.A. Kok, H. Joffers en Van der Werp, dat het blaadje „De Wachterstem” oprichtte.) Hij bracht standvastigheid in het onvaste en orde in het wanordelijke en organiseerde nieuwe gemeenten op verschillende plaatsen. Hij nam de opleiding van predikanten ter hand en redigeerde „de Wachter”, welke sedert 1867 werd uitgegeven. 1 April 1876 overleed hij te Muskegon.
Deze „ware Holl. Geref. Kerk” kreeg meer uitbreiding en kracht door eene derde afscheidingsbeweging, welke plaatsgreep omstreeks 1880. Deze scheiding was het gevolg van de anti-vrijmetselaars beweging, daar de Generale Synode der Geref. Kerk weigerde zulk eene beslissing te nemen als de tegenstanders van de vrijmetselarij wenschten. In 1882 vereenigden de gemeenten, die zich onder leiding van Ds. L.J. Hulst, ongeveer een half dozijn, afgescheiden hadden van de Geref. Kerk, zich formeel met de Kerk, welke in 1857 was uitgegaan. Sedert deze vereeniging ging de kerk in getalsterkte zeer vooruit. Telde zij b.v. in 1887 slechts 70 gemeenten en 44 leeraren, in 1906 is dit getal geklommen tot 164 gemeenten en 115 predikanten, terwijl het zielental 63,820 is. Deze gemeenten zijn verspreid in 18 verschillende staten der Unie, van den Atlantischen tot den Grooten Oceaan.
De verschillende plaatselijke kerken zijn vereenigd in 10 classes, in Amerika „presbyteries” genaamd. Iedere classe zendt zes afgevaardigden, evenveel predikanten als ouderlingen ter Synode, welke om de twee jaren vergadert.
De Theologische School, waarvan de beginselen waren gelegd door Ds. van der Werp, werd formeel geopend in het sterfjaar van Ds. v. d. Werp 1876 door Ds. G.E. Boer. De school is gevestigd te Grand-Rapids, waar Ds. Boer predikant was. In 1892 werd het tegenwoordige schoolgebouw in gebruik genomen, een gebouw, uitmuntand door schoonheid, zooals de teekening er van in de „Banner” ons deed zien. Aan de school wordt College gegeven door tien professoren en de lessen worden bijgewoond door 150 studenten.
De kerk drijft tegenwoordig zending in Nieuw-Mexico onder de Navaho Indianen, en in Zuni Pueblo onder de Zunis. Behalve de Wachter, die in de Ned. taal verschijnt, heeft de kerk nog twee kerkelijke bladen, n. 1. der Reformirte Bote in het belang der Duitsch sprekende gemeenten en the Banner of truth voor de Engelsch sprekende gemeenten en het jonger element in de kerk. De meeste gemeenten gebruiken de Ned. taal in godsdienstoefeningen, slechts zes zijn er die de Duitsche en achttien die de Engelsche taal gebruiken.
Zoo is deze kerk, die bestaat uit drie groepen, uit verschillende afscheidingsbewegingen geboren, langzaam groot geworden en opgegroeid naast de Geref. Kerk. Dat het vooreerst nog niet tot vereeniging zal komen tusschen de Geref. en Chr. Geref. Kerk, blijkt uit hetgeen Ds. Beets, Chr. Geref. pred. te Grand-Rapids schrijft als antwoord op een woord van Dr. Farrar over die vereeniging: „Wij kunnen verzekeren en weten uit naam van de geheele Chr. Geref. Kerk te spreken, dat wij niet met de Geref. Kerk wenschen te vereenigen, zoolang deze volhardt in haar tegenwoordigen weg in zake de tucht en niet beteugelt sommige afwijkingen in zake de leer.”
P.J.M. de Bruin

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen