Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Zondvloed en Roode Zee (1)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Zondvloed en Roode Zee (1)

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

H. v. d. B. te N. vraagt:
„Hebben onze vaderen een natuurlijk verband gezien tusschen de behoudenis van Noach en de zijnen, het droogvoets doorleiden van Israël door de Roode Zee en Doop?
Ik vraag dit omdat zeker leeraar in de Ned. Herv. Kerk in mijne woonplaats dit verband ontkent en het gezocht noemt, den zondvloed en den doorgang door de Roode Zee in verband te brengen met den Doop. Hij laat dan ook weg uit het gebed vóór den Doop de woorden: „Gij die naar Uw streng oordeel de ongeloovige en onboetvaardige wereld met den zondvloed gestraft hebt en den geloovigen Noach met zijn achten naar Uwe groote barmhartigheid behouden en bewaard, Gij die den verstokten Farao met al zijn volk in de Roode Zee verdronken hebt en Uw volk Israël droogvoets daardoor geleid, door hetwelk de doop beduid wordt.”

Antwoord.
Zeker is er een natuurlijk, ja zelfs een schoon en schriftuurlijk verband tusschen zondvloed, Roode Zee en Doop, gelijk hier in het gebed genoemd wordt.
Zoowel de zondvloed als de doortocht door de Roode Zee zijn typen of beelden van den Doop, en door de aanhaling van deze twee feiten wordt juist in dit gebed de eenheid gekarakteriseerd van het Nieuwe met het Oude Verbond.
Onze vaderen hebben maar niet willekeurig deze twee feiten genoemd, maar zij volgden in hunne keuze de aanwijzing van Gods eigen getuigenis.
Want juist de Heilige Schrift wijst op het verband tusschen die twee Oud-Testamentische feiten en den Nieuw-Testamentischen Doop.
Allereerst 1 Petr. 3 : 18—21, waar deze Apostel schrijft over de ark van Noach, waarin weinige (dat is acht) zielen behouden werden door het water. Waarvan het tegenbeeld, de doop, ons nu ook behoudt, niet die eene aflegging is der vuiligheid des lichaams, maar die eene vraag is van een goed geweten tot God, door de opstanding van Jezus Christus.
Eveneens brengt Paulus den doop in verband met den doortocht door de Roode Zee in 1 Corinthe 10 : 1, 2 waar hij zegt:
„En ik wil niet, broeders, dat gij onwetende zijt, dat onze vaders allen onder de wolk waren en allen door de zee doorgegaan zijn; en allen in Mozes gedoopt zijn in de wolk en in de zee.”
Onze vrager kan hieruit reeds merken, dat de Heilige Geest, die Petrus en Paulus in het schrijven leidde, zelf verband legt tusschen den zondvloed, den doortocht door do Roode Zee en den Doop.

Uit de beschouwing dezer teksten hopen wij dit nader aan te toonen.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 april 1910

De Wekker | 4 Pagina's

Zondvloed en Roode Zee (1)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 april 1910

De Wekker | 4 Pagina's