Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

2 Timotheus 4:10

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

2 Timotheus 4:10

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

A. W. te L. vraagt: Wat moet ik van Demas (2 Tim. 4 : 10) denken, die Paulus verliet, de tegenwoordige wereld lief gekregen hebbende P Is Demas zijn beroepsbezigheid weder gaan verrichten of het leven van een wereldling gaan leven, zooals anderen denken?
De meeningen hierover zijn verschillend. Vele godgeleerden meenen, dat Demas geen afvallige is geworden van het geloof doch dat de zorg voor tijdelijke aangelegenheden en aardsche belangen oorzaak geworden is dat hij den Apostel verliet.
Een zeker Bijbeluitlegger zegt van Demas: „De eenige reden was, dat Demas bet tijdelijke liefhad, d. i, om de dienst der zending zijne tijdelijke zaken niet buiten aanmerking wilde laten. Hij had bezittingen, aardsche goederen te Thessalonica, welke zijne tegenwoordigheid eischten, terwijl de Apostel bij de geringe krachten, welke hem ten dienste stonden, meende hem niet te kunnen missen.”
Anderen denken minder gunstig over Demas en beschouwen hem als een tijd-geloovige, die de waarheid van het Evangelie beleed zonder de kracht der genade aan eigen hart ervaren te hebben. Nu Paulus in gevaar was te Rome ter dood veroordeeld te worden, nu komt voor Demas de ure der verdrukking, waarin hij uit vrees voor mede veroordeeld te worden Paulus verlaat.
Sommigen zien zelfs in Demas iemand die geheel afvallig van het Christendom is geworden en verleid door de wereldsche begeerlijkheden, geheel het Christendom den rug toekeert. Zoo schreef b.v. Prof. van Oosterzee over Demas: „Meer dan naar den kerker van Rome, voelde hij zich naar het genot of gewin van Thessalonica heengetrokken. Hij heeft niet gevraagd of het trouw, of het Christelijk was van zulk een gevangene op zulk een oogenblik weg te trekken; hij is alleszins te rade gegaan met vleesch en bloed, en verdwijnt hij ook voor goed uit bet oog in Thessalonica’s woelige straten, er is reden van vreeze, dat zijne scheiding van Paulus ook eene innerlijke, wellicht zelfs uiterlijke afval van een geloof geweest en geworden is, dat immers, meer dan iets anders, zelfverloochening en kruisiging des vleesches van zijne belijders verlangt.”
De gedachten verschillen dus wel. Wie zal beslissen?
Alleen willen wij opmerken dat het woord door verlaten vertaald, eigenlijk beteekent „in den steek laten” en dus niet zoo zeer wijst op een afvallen van de waarheid. Als de Apostel spreekt van afvalligen die Christus en het Evangelie verlaten dan drukt hij zich veel sterker uit dan hier. Daarbij staat er niet in het Grieksch „de tegenwoordige wereld lief krijgen” maar „de tegenwoordige eeuw lief hebben” dat is „het tijdelijke liefhebben”. De dingen van het aardsche leven had hij te veel lief om zich te Rome geheel op te offeren voor het werk des Heeren. Geen schoon getuigenis dus voor Demas, doch dat het hem tot een afvallige of tijdgeloovige verklaart durven wij niet zeggen, te meer daar in vers 16 Paulus van al zijne vrienden verklaart dat zij hem verlaten en alleen gelaten hebben, zonder dat dit op afval van de waarheid wijst.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 juli 1911

De Wekker | 4 Pagina's

2 Timotheus 4:10

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 juli 1911

De Wekker | 4 Pagina's