Jes. 65:20

G. d. B. te V. vraagt over bovengenoemden tekst eenige verklaring. Jes. 65 vs. 20 luidt: „Van daar zal niet meer wezen een zuigeling van weinige dagen, noch een oud man, die zijne dagen niet zal vervullen; want een jongeling zal sterven honderd jaar oud zijnde, maar een zondaar honderd jaar oud zijnde, zal vervloekt worden.”
In het vrederijk in Jes. 65 door den profeet voorspeld, zal een hoogen leeftijd bereikt worden. De dood is een gevolg van de zonde en naarmate de zonde toeneemt, wordt ook verkorting van levensduur gezien. In den vóór-Mozaïschen tijd, toen de zonde nog niet die ontzettende hoogte bereikt had, welke zij later zou bereiken, leefden de menschen veel langer, zelfs vele eeuwen, doch tijdens Mozes gold reeds de regel: „Zeventig jaar of zoo wij zeer sterk zijn tachtig jaar.”
In den heilrijken tijd door Jesaja voorspeld zal weder een sterk geslacht leven. In dat heerlijk Jerusalem, waarover God zich verheugen zal (vs. 19), zal niet gezien worden een zuigeling die maar weinige dagen zal leven en dan door den dood wordt weggerukt, en evenmin wordt daar gevonden een grijsaard, die reeds vroeg-tjjdig verzwakt is, zoodat hij de maat der dagen niet kan vervullen aan de sterken toegezegd. Neen , de jongen worden niet vroegtijdig weggenomen en de ouden zijn niet vóór hun tijd zwak en afgeleefd, zelfs iemand die op honderdjarigen leeftijd sterft, wordt op dien leeftijd nog als jongeling beschouwd, want die in den jongelingsleeftijd wordt weggenomen, zal dan nog honderd jaren bereikt hebben. Ook de zondaar, die door den vloek Gods getroffen wordt zal zelfs honderd jaar oud worden. De macht van den dood zal dus beperkt zijn en hij zal dus alleen hen mogen wegmaaien, die reeds zeer oud geworden zijn. Daarom wordt ook in vers 22 gezegd: „de dagen mijns volks zullen zijn als de dagen eens booms”, d. w. z. zij zullen zeer oud worden, zóó zelfs dat zij de huizen zullen verslijten die zij zelf gebouwd hebben en niet een ander na hen.
Velen zien hierin eene figuurlijke voorstelling van het onvergankelijke in het vrederijk, waar zwakte noch ouderdom zullen heerschen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen