Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Onze liturgische geschriften (XXXVII)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Onze liturgische geschriften (XXXVII)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wanneer wij nu op onderzoek uitgaan en vragen, wat de Dordsche Synode aan onzen Liturgischen bundel heeft toegevoegd, dan heeft men niet altijd een overeenstemmend resultaat verkregen. Zoo zijn er, die beweeren, dat de Dordsche Synode met een viertal formulieren onze Liturgische geschriften heeft vermeerderd en dat deze Synode het formulier voor den Doop der bejaarden plus een drietal formuliergebeden heeft opgesteld.
Echter is deze meening niet juist gebleken. Een nauwkeuriger onderzoek heeft aangetoond, dat de Dordsche Synode nooit eenig formulier heeft opgesteld, maar slechts revisiearbeid heeft verricht.
Wel heeft de Dordsche Synode de laatste hand aan onzen bundel gelegd en hebben wij het formulier voor den doop der volwassenen in zijn tegenwoordigen vorm aan haar te danken, maar het initiatief heeft zij niet genomen. Dit zal ons duidelijk worden, wanneer wij eerst de geschiedenis van dit formulier nagaan om dan daarna even op den inhoud te wijzen.
Reeds lang vóór dat de Dordsche Synode saamkwam werd er behoefte gevoeld aan een formulier, dat zich aansloot bij den doop der volwassenen. Toen Datheen in 1566 zijn Lithurgie uitgaf trad deze behoefte niet zoo aanstonds op den voorgrond. Maar toen de Gereformeerde Kerk in ons vaderland zich begon uittebreiden en een aanzienlijke plaats in ons volksleven begon in te nemen, kwam men gedurig voor nieuwe toestanden te staan.
Zoo gebeurde het menigmaal, dat kinderen van doopsgezinden tot onderscheid van jaren gekomen zich bij de Gereformeerde Kerk wenschten te voegen. Hun ouders verwierpen den kinderdoop en alzoo hadden zij nog nimmer het teeken des verbonds ontvangen. Op lateren leeftijd werden zij, ‘t zij door huwelijksverbintenis ‘t zij door innerlijke overtuiging gedreven tot de Gereformeerden over te gaan. Dat dit en geen ander de eerste aanleidende oorzaak is geweest tot opstelling van dit formulier blijkt uit ‘t geen op de Synode van Friesland werd gezegd, dat het bestemd is voor hen, die door verzuim of door andere gezindheid hunner ouders nog ongedoopt zijn.”
In 1602 werd op de synode van Zuid en op die van Noord-Holland een commissie benoemd, welke commissies in overleg met elkander een formulier zouden opstellen „‘twelck men gebruicken sal int doopen ende opnemen der bejaarden personen”. Reeds in ‘t volgende jaar waren zij met hun arbeid gereed en die ontwerp werd op de synode te Brielle 1603 aangenomen. Spoedig sloot zich hierbij ook de synode van Gelderland en Friesland aan, zoo dat men in 1608 reeds in 4 provinciën een formulier voor den doop der volwassenen bezat.
Dit formulier was echter veel kleiner dan het tegenwoordige. Nadat men het leerstellig gedeelte uit ‘t formulier van den kinderdoop had voorgelezen tot aan de woorden „en hoewel onze jonge kinderen deze dingen niet verstaan” volgde een 5-tal vragen, waarop de doopeling had te antwoorden. Dit was echter niet ‘t eenigste formulier, ‘t welk de Synode van Dord ter revisie werd voorgelegd.
Ook Zeeland was aan den arbeid gegaan en de Synode van Veere 1610 besloot dat men het gewone formulier des doops met zoo weinig mogelijke veranderingen zou gebruiken voor den doop der volwassenen. Men maakte hier geen nieuwe vragen maar wijzigde de vragen uit ‘t formulier van den kinderdoop. Daartoe liet men de derde doopvraag vervallen en werd de tweede aangevuld met de woorden „belovende ook door ‘s Heeren genade, dezelve te beleven, en bij de zuivere belijdenis tot het eind uws levens te volharden,” Het nieuwe in dit formulier was dat men in plaats van de gronden voor de kinderdoop nu krijgt een uiteenzetting op wat grond de kerk alleen de bejaarden doopen mag.
Toen nu de Synode van Dordrecht 1619 vergaderde vond zij deze twee formulieren en het is uit deze twee dat de Dordsche Synode het tegenwoordig formulier voor den doop der volwassenen heeft saamgesteld.
Van Zeeland nam zij met wijzigingen over de uiteenzetting omtrent den grond voor den doop der bejaarden en van Zuid Holland, eveneens met wijziging, de 5 vragen.
Letten wij nu op den inhoud en dan kunnen wij de bespreking van dit formulier voor geëindigd rekenen.

K. (Kampen) S.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 december 1913

De Wekker | 4 Pagina's

Onze liturgische geschriften (XXXVII)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 december 1913

De Wekker | 4 Pagina's