Kerk en Staat
't Was wel te denken, dat „de Wachter” zich over het Haagsche besluit niet stil houden zou. Daartoe heeft het ook te diep ingegrepen in het leven van de partij, waaruit dit blad is geboren. Want die partij is door dit besluit in zijn heiligste overtuigingen gekrenkt. Na met een prijzenswaardige mildadigheid de benoodigde fondsen voor een vijfde Hoogleeraar te hebben bijeengebracht, heeft zij stellig gemeend, dat er thans niets meer aan de toekenning van het promotierecht in den weg stond. De mannen, die door de Synode waren benoemd, waren hoogst wetenschappelijke mannen; de Theol. Faculteit was thans even sterk als die van de Vrije Universiteit; er was thans geen enkele reden meer om de Theol. Faculteit der kerken te onthouden wat de Theol. Faculteit, die opgericht was door een contribueerende vereeniging, bezat.
Het moet derhalve die mannen wel diep getroffen hebben, dat er slechts 14 stemmen voor dit promotierecht werden uitgebracht, terwijl niet minder dan 34 zich met het voorstel-Bavinck vereenigden. „De Heraut” zingt dan ook jubelzangen. En „de Wachter?” Ik heb hier het nummer van 27 Nov. Ds. Bos begint met de geheele lijdenshistorie van de Kamperschool sedert 1892 nog eens op te halen. Inderdaad een lijdenshistorie, die stellig haar afsluiting nog lang niet gevonden heeft. Als wij zien dat de Kamper School onder hare verzorgers er ook een telt of geteld heeft, die in zijn kwaliteit als verzorger een voorstel durfde doen om geen opvolgers meer te benoemen en alzoo de School te laten doodbloeden, dan kunnen wij niet anders zeggen dan dat er door sommige van die verzorgers hard aan haar ondergang gewerkt wordt.
Wij vinden verder in dat artikel een persoonlijken aanval op Dr. Kuyper, die mede als praeadviseur op deze Synode tegenwoordig was en er zich duchtig geroerd heeft, In welke kwaliteit hij daar was, is ons nog altijd ietwat raadselachtig. Wij meenden, dat hij indertijd tot een anderen staat des levens overgegaan was en als zoodanig van de lijst der praeadviseurs voor altijd was afgevoerd. Maar wij hebben ons daarin zeker vergist. Wij gelooven dan ook met Ds. Diemer in die zelfde „Wachter” dat er werkelijk voor de Geref. kerken een gevaar dreigt, dat eenig in de geschiedenis der Geref. kerken zal zijn. De aanwezige professoren zullen de helft van het getal aanwezige Synodeleden uitmaken. Dat zulk een groot aantal Hooggeleerden een drukkenden last voor een kerkelijke vergadering moet zijn, zal niemand knnnen ontkennen.
Op die wijze gaan de professoren niet alleen de Synode, maar door middel van de Synode de kerken regeeren. Een zeer bedenkelijk en gevaarlijk iets, daar een professor altijd gevaar loopt de zaken veel meer van de theoretische dan van de praktische zijde te bezien. De Synode van de Geref. kerken kan in dit punt een lesje nemen bij de Synode dor Ned. Hervormden. Daar heeft men van meet aan gewaakt tegen professoren overheersching. Krachtens de wet van 1876 heeft men daar 6 kerkelijke hoogleeraren, maar de Synode ontvangt er telkens slechts 3 van de 6. Welk een verschil! Op de Synode der Gereformeerde kerken waren 12 professoren, zegge twaalf. Ik verwacht, dat er dan ook een zeer sterke actie tegen de aanwezigheid van al deze Hooggeleerden zal openbaar worden, en het in de toekomst noodzakelijk zal blijken daarvoor eene andere regeling treffen. Ds. Vogelaar geeft in die zelfde Wachter nog maar altijd pers stemmen over de gevallen beslissingen, en zegt, dat daaruit wel zal gebleken is, dat de beslissing der Synode aan verschillende zijden niet afdoende geacht wordt. Wat een mensch gaarne wil, leest hij gewoonlijk ook gaarne, en als het er dan niet letterlijk staat, interpreteert hij het er gewoonlijk zelf maar in; een heele leuke manier, om zich zelven in dit geval te troosten. Want wij hebben een gansch anderen indruk gekregen als Ds, Vogelaar. Wij gelooven, afgedacht van de tegenstemmers en enkele op zich zelfstaande predikanten, dat de gevallen beslissingen met groote blijdschap door de overgroote meerderheid der Gereformeerde begroet zijn. Daarom heeft men ter Synode met kracht aangestuurd op eene principieele beslissing. Dan was men van de kwestie af.
Men was het eenvoudig moe. Telkens wanneer de Synode in het gezicht kwam, begon de agitatie voor het promotierecht weer en men had geen middel om die beweging stop te zetten. Thans wilde men beslist zulk een middel, voor de toekomst in den vorm van een principieel besluit. Ik heb personen gesproken, die volbloed voor het promotierecht waren en totaal niets van de redeneeringen van Prof, Kuyper Jr. in „de Heraut” moesten hebben, en toen ik hen sprak, nadat de beslissing gevallen was, en hun vraagde hoe zij het thans hadden? Zij antwoordden: „Zoo is 't mij ook goed.” Wij zullen zien wie er gelijk heeft, maar ik kan nog niet anders zien of het Haagsche besluit heeft een geduchten slag toegebracht aan het prestige van de Kamperschool.
Ds. H. Janssen
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 december 1914
De Wekker | 4 Pagina's