Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Indrukken en Ervaringen (XXXV)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Indrukken en Ervaringen (XXXV)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Op enkele plaatsen hebben onze mannen zichzelven geholpen. Onder leiding van een der officieren, die warm voelde voor do geestelijke verzorging van de onder zijne bevelen staande manschappen, werd een comite gevormd, dat zich ten doel stelde een tijdelijk militaire tehuis in het kantonnement op te richten. Op twee dingen kwam het-hier aan;— op een plaats, waar men bouwen kon en op geld, waarmede men bouwen kon. Nu was de plaats meestal spoediger gevonden dan het gold. Er is in een kantonnement altijd wel een geschikt plekje te vinden, waar een Militair Tehuis kan opgeslagen worden, en als het plekje maar eenmaal gevonden is en de eigenaar of huurder er van bekend, dan kunnen met geld de meeste bezwaren wel overwonnen worden. Zoo staat er bijv. te Huybergen een Militair Tehuis in den moestuin van een bierbrouwer. Dat ging wel niet van zelf, want toen ik dat stukje grond noodig had, lag het juist in het zaad en de man kon het volgens zijn eigen verklaring niet missen. Daar moest dus heel wat afgepraat worden, alvorens hij eenige aandacht aan mijn voorstel ging schenken. Maar toen kwam de vraag naar den prijs en toen vroeg de man zulk een buitensporig hoogen prijs voor 35 M2, dat er geen denken aan was, dat ik bet daarvoor kon huren. Er moest thans weer gepraat worden over den prijs en na veel loven en bieden werden wij het ten slotte eens, voor f 3.— per maand zou hij bet stukje grond afstaan.
Te Huybergen was het al een heel lastig geval, maar in een ander kantonnement was de moeilijkheid niet minder groot. Ik had een stukje grond als geknipt voor dat doel gevonden, maar het behoorde aan den onder-burgemeester van dat plaatsje. Ik twijfelde of Z.E.A zou wel zulk een warm hart voor de mannen hebben, dat hij zonder eenig bezwaar zijne medewerking aan mijn plan zou verleenen. Maar jawel. Z.E A. bleek ganschelijk ongezind om in deze richting iets te doen. Al mijn redeneeren was vruchteloos en hoe welsprekend ik ook de belangen van onze soldaten bepleitte, hst hielp niets; ik klopte aan eens dooven mans deur. Laten wij maar eens een borreltje drinken, zeide de man gedurig en ten bewijze dat hem dit ernst was, zette hij twee glaasjes met een kruikje op tafel; ik bedankte heel beleefd, maar ik verliet zijn woning met het gevoel, dat ik weer op nieuw moest gaan zoeken. Hoe snel dergelijke dingen echter in zulk een dorp bekend zijn. Buiten gekomen, traden er dadelijk al twee op mij toe met een aanbieding van grond. Maar wat de menschen zelf aanbieden is in dit geval meestal zeer ongeschikt. Wat men haast niet weet los te krijgen, is gewoonlijk het geschikste. Zoo was het ook hier. Het eerste stukje lag geheel achteraf en het tweede was veel te klein en daarbij nog achter op een boerenerf. Dus beide niets. En toch moest ik grond hebben, liefst midden in het kantonnement. Ik liep al eens hier en daar te snuffelen en ontdekte eindelijk een heel geschikt stukje, maar er lagen een groote hoeveelheid mangelwortelen op; daarbij was het verbazend drassig Ik ging eerst maar eens informeeren van wien het was. En toen naar den eigenaar. Maar deze had veel bezwaar; toch was hij niet ongenegen voor geld en goede woorden zijn grond voor dit doel te geven. Maar hoe kreeg hij er zijn mangelwortelen zoo gauw af en hoe werd het moerasachtige er van weggenomen. Hij zag noch mogelijkheid voor het een noch voor het ander. Maar hier kon ik gelukkig helpen. Ik vroeg de medewerking van den kantonnements-commandant en deze stelde eenige manschappen beschikbaar om het terrein vrij te maken en daarna wat op te hoogen. Met deze mededeeling keerde ik tot den eigenaar terug en toen was de zaak heel spoedig beklonken en nog heden verga deren onze mannen er avond aan avond in het tehuis.
Van nog een derde plaats wil ik iets mededeelen. Ook daar moest een prot. Mil. Tehuis geplaatst worden; onze mannen hadden daar niets als kroegen. De Roomschen hadden er oen Militaire Vereeniging opgericht, maar deze kan door onze mannen niet worden bezocht. Daartoe loopen het katholicisme en protestantisme nu eenmaal te ver uiteen. Wat den Roomsche geoorloofd is, wordt den protestant niet toegestaan. Toch werd bij gebrek aan wat anders de Militaire Vereeniging door velen uit de onzen bezocht.
Op een avond, dat de pastoor kwam ten einde het avondgebed te lezen, kwam dit uit. Want toen er velen waren, die niet begrepen wat hij deed en ook geen deel namen aan deze godsdienstige verrichtingen, vroeg hij: „mannen zijn jullie katholiek?’ „Neon, pastoor” was het antwoord. En toen hij tot de ontdekking kwam, dat de overgroote meerderheid op dat oogenblik protestantsch was, ging de pastoor heen. Ik begreep, dat er iets moest gedaan worden voor onze mannen, maar wat ?

De Veldprediker.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 juni 1915

De Wekker | 4 Pagina's

Indrukken en Ervaringen (XXXV)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 juni 1915

De Wekker | 4 Pagina's