Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een Geloofsstuk contra een Meestersstuk (VII)

Bekijk het origineel

Een Geloofsstuk contra een Meestersstuk (VII)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

En al wat uit het geloof niet is, dat is zonde. Rom. 14:23b.

Wat leeren op heden de Gereformeerde kerken omtrent de onderstelde wedergeboorte? Let wel: wij vragen nu niet: wat zegt Dr. Kuyper, of wat leert deze of gene theoloog, maar wat is de leer der Gereformeerde kerken in zake dit hoogst gewichtig stuk. Dan lezen wij in de besluiten van 1905, „en wat do onderstelde wedergeboorte aangaat, verklaart de Synode, dat volgens de belijdenis onzer kerken het zaad des verbonds krachtens de belofte Gods te houden is voor wedergeboren en in Christus geheiligd totdat bij het opwassen uit hun wandel of leer het tegendeel blijke”.
Hier wordt dus een subjectieve heiligheid aan alle kinderen des Verbonds toegekent, Hoe geheel anders dacht de kerk der scheiding hier over. Ik denk hier aan een uitspraak van Ds. de Cock, den vader der scheiding. Voor mij ligt op 't oogenblik een gulden boekske getiteld: „Wederleggende beschouwing en ontwikkeling van het leerstuk des H. Doops door H. de Cock”. Daarin lees ik op blz. 43 omtrent „het in Christus geheiligd”: „De Heiligheid, waarvan hier gesproken wordt en het lidmaatschap, waarop hier gedoeld wordt is over 't geheel geen inklevende heiligheid of lidmaatschap steunende, op de wedergeboorte, maar een betrekkelijke verbondsheiligheid en lidmaatschap gelijk daarvan gesproken wordt I Cor. 7 : 14, Ezech. 10:20, 23:37 enz., waarbij en waarover onze geleerde en godzalige kantteekenaaren kunnen worden nagezien”.
Legt nu zulk een uitspraak van de Cock eens naast de aangehaalde woorden uit 't besluit van 1905 of naast de stukken van H. H. Kuyper in de Heraut over „de kinderen des Verbonds”, en ge bemerkt aanstonds het principieele verschil. Deze twee meeningen vullen elkander niet aan, maar sluiten elkaar uit. Nu vraag ik: wie zijn veranderd, de Chr. Geref. kerk, die nog altijd het standpunt van de Cock aanvaardt, of de Geref. kerken, die hier lijnrecht tegenover staan ? Nu vraag ik, wie kan met meer recht vasthouden en verdedigen de wettige voortzetting der Geref. kerk in ons vaderland te zijn: wij, die geen duimbreed van de Geref. belijdenis afwijken en de beginselen van de kerk der scheiding handhaven, of de tegenwoordige Geref. kerken, die deze beginselen miskennen, die de Geref. belijdenis verzwakken en in schikken en plooien baar kracht zoeken? Of is dit niet waar?
Lees dan 't vervolg van 't geen de Geref. (?) Synode in 1905 omtrent de onderstelde wedergeboorte heeft verklaard, „dat het echter minder juist is te zeggen, dat de doop aan de kinderen der geloovigen bediend wordt op grond van hun onderstelde wedergeboorte”. Let wel „minder juist”. De Synode zegt dus niet, dat het in strijd is met de belijdenis, zegt niet, dat dit gevoelen niet mag geleerd worden. Integendeel, niemand mag om dit gevoelen kerkelijk behandeld worden, ja nog sterker, de Geref. kerken hebben dit standpunt om te doopen op grond van veronderstelde wedergeboorte implicité(d.i. op ingewikkelde wijze) aanvaard. Zeker, de Synode heeft gezegd, dat „de grond van den doop is het bevel en de belofte Gods”. Met deze kerngezonde Gereformeerde uitspraak heeft men de oogen van velen verblind en is men de A richting in 't gevlei gekomen. Maar wat beteekenen deze woorden „de grond van den doop is 't bevel en de belofte Gods”. Dat moet het verband uitmaken, waarin deze woorden voorkomen, en belicht door het verband beteekent deze uitspraak precies hetzelfde als „doopen op grond van veronderstelde wedergeboorte”,
Let maar op, want oppassen is hier de boodschap, wijl men hier met een zeldzaam theologisch sophisme te doen heeft.
De Synode zegt, dat de kerk op grond van de belofte Gods en naar het oordeel der liefde het zaad des verbonds voor wedergeboren houdt. De Synode der Geref. kerken heeft de stelling alleen omgekeerd en gezegd: de kerk houdt 't zaad des Verbonds voor wedergeboren, maar het is minder juist, dit te doen in 't licht van den Heiligen Doop, doch het moet geschieden op grond van de belofte Gods.
Elk kind dus, dat ten doop gepresenteerd wordt moet naar de leer der Geref. kerken voor wedergeboren worden gehouden, omdat aan dit kind de beloften des Verbonds toekomen. Maar nu kan toch bijna een kind begrijpen, dat het verschil van geen beteekenis meer is, of er gedoopt wordt op grond van de belofte Gods òf op grond van een veronderstelde wedergeboorte.
In beide gevallen gaat men van een veronderstelde wedergeboorte uit, en mitsdien is hier geen wezenlijk verschil meer. Uit dit eene staaltje kan weer duidelijk worden, dat niet de A. maar de B. richting op de Synode van 1905 heeft getriomfeerd.
Mij dunkt, wij behoeven niet meer aan te halen ten bewijze, hoe de confessioneele beginselen zijn mishandeld en hoe daarvoor in de plaats zijn gesteld de wetenschappelijk Gereformeerde beginselen, waardoor in onderscheidene gewichtige leerstukken onzekerheid is gekomen.
En daarom houden wij staande, dat niemand anders dan de doleantie-richting oorzaak van verdeeldheid in het Gereformeerde kerkelijk leven is geworden. Met haar hoog wetenschappelijk theologisch systeem stond zij rechtstreeks tegenover de eenvoudige schriftuurlijk confessioneele theologie, door de kerk der afscheiding gehuldigd.

A. (Amsterdam) S.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 augustus 1915

De Wekker | 4 Pagina's

Een Geloofsstuk contra een Meestersstuk (VII)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 augustus 1915

De Wekker | 4 Pagina's