Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Reformatie in Engeland (XVI)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Reformatie in Engeland (XVI)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In 1640 was het keerpunt gekomen, zooals wij de laatste maal zagen, en braken er betere dagen aan voor de Puriteinen. Deze verbetering ging uit van het parlement. Dit kwam saam op 3 November 1640. Karel I had liever het parlement niet saamgeroepen en zijne willekeurige regeering zonder parlement voortgezet, maar hij werd genoodzaakt tot deze saamrooping door den opstand der Schotten. Om den opstand te bestrijden, had koning Karel geld noodig, on om dit te verkrijgen moest hij met het parlement overleg plegen. Dit parlement, dat den naam kreeg van „het lange parlement” is van groote beteekenis geworden voor de geschiedenis van Engeland, niet alleen ten opzichte van de Kerk, maar ook van den Staat. De meeste leden van dit parlement waren puriteinen on tegenstanders van de Episcopaalsche Kerkinrichting.
Verbreking van de absolute macht des konings, zoowel in Kerk als Staat was het oogmerk van dit parlement. Allereerst richtte het zich tegen Strafford. Hij en Laud, de onderdrukker der puriteinen, werden gevangen genomen, van hoogverraad beschuldigd en Strafford zelfs bij eene afzonderlijke wet ter dood veroordeeld. En Karel I, die aan Strafford had gezworen voor zijn leven in te staan, onderteekende, schandelijk genoeg, die wet. In 1641 werd hij tor dood gebracht, terwijl Laud datzelfde lot onderging in 1645. De koning moest zich zelfs geheel schikken naar de wenschen van het parlement, dat zich geheel in streng presbyteriale richting bewoog. Later, onder leiding van Cromwell, ging het in independentische richting, en besloot het zelfs vrijheid van godsdienst aan allen toe te staan, behalve voor de Roomschen, aan wie enkele beperkingen werden opgelegd. Ook besloot het parlement in September 1642, dat met 1 November 1643 allo bisschoppelijke ambten in de Engelsche Staatskerk zouden zijn afgeschaft en dat alsdan eene presbyteriale kerkorde zou worden ingevoerd. De Staatskerk zou voortaan geene episcopale met hoogere en lagere geestelijken, maar eene presbyteriale met predikanten en ouderlingen zijn.
Om alzoo de Engelsche Staatskerk te reorganiseeren, benoemde het parlement eene Synode, welke 1 Juli 1643 te Westminster saamkwam en bekend is als de beroemde Westminstersche Synode. Zij was echter niet door de plaatselijke kerken benoemd, maar door het parlement, Zij bestond uit 142 geestelijken, tien leden van het Hoogerhuis en twintig van het Lagerhuis. Zij was dus gemengd van aard, deels uit kerkelijke, deels uit politieke personen bestaande, evenals de Synode van Dordrecht, alwaar ook Commissarissenpolitiek namens de Overheid tegenwoordig waren. Dit was een gevolg van den nauwen band tusschen Kerk en Staat, zooals die toentertijd bijna overal en niet het minst in Engeland bestond. Op de Synode van Westminster waren zoowel episcopalen als presbyterianen en independenten tegenwoordig en vriend en vijand getuigt, dat de godzaligste, geleerdste en uitnemendste mannen van Engeland in de Synode zitting hadden. Deze Synode was van grooten invloed voor de Calvinistische beginselen èn uit een dogmatisch èn uit een kerkrechterlijk oogpunt. Spoedig na de opening bleek, dat er verschillende richtingen waren en werkten. Onder den invloed van den aartsbisschop Usker scheen het te zullen komen tot eene bemiddeling tusschen de Episcopale en Presbyteriale beginselen inzake het kerkrecht. Doch Karel I verklaarde de Synode voor onwettig, en nu trokken de hoogere geestelijken zich terug. De Schotten begonnen nu te sterker te pleiten voor een zuiver presbyteriale Staatskerk en de independenten gaven hierin toe. Zoo werd nu de Engelsche Staatskerk presbyteriaansch.
Belangrijk was het werk dezer Synode op dogmatisch gebied. Zij stelde eene belijdenis op in streng Calvinistisehen geest met name de Westminatersche Confessie, welke nog de belijdenis is der Gereformeerde kerken in Schotland en Amerika. Daarnaast werden nog twee catechismi opgesteld n.l. de groote en kleine Catechismus van Christus' Kerk in Engeland, Schotland en Ierland te Westminster. Vervolgens werd opgesteld eene kerkorde in presbyterialen geest, waarin niet alleen uiteen gezet wordt boe de kerk naar Gods Woord bestuurd moet worden, maar ook hoe de openbare godsdienstoefening moet worden ingericht, benevens practische wenken voor het preeken worden gegeven. Deze kerkorde of directory bevat dus regelen voor kerkregeering, kerkinrichting en predikkunde.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 augustus 1915

De Wekker | 4 Pagina's

De Reformatie in Engeland (XVI)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 augustus 1915

De Wekker | 4 Pagina's