Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Frankrijk (32)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Frankrijk (32)

De kracht des geloofs (337)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ongeveer drie mijlen van Parijs lag het woud van Livry. In dat bosch, niet ver van de plaats, waar de oude abdij van de orde van St. Augustinus stond, leefde een kluizenaar, die gedurig in het bosch en in den omtrek daarvan rondzwierf. Op zijn zwerftochten ontmoette hij menschen uit Meaux, die hem telkens weer toespraken. Enkelen hunner wezen hem op het dwaze van zijn kluizenaarsleven, en op het onmogelijke, om door eigen verdienste een gerechtigheid voor den Heere te verwerven, Hoe meer hij die menschen ontmoette en met hen over die dingen sprak, hoe meer zijn hart geopend werd voor de waarheid hunner woorden Langzamerhand ging het licht des evangelies op in zijn duister hart; ook de eenige weg tot zaligheid, zooals die in Christus Jezus is geopenbaard, werd hem verklaard; en des Heeren Geest heiligde alles aan zijn hart, zoodat hij leerde roemen in vrije genade. In de Historie Catolique door S. Fontaine, uitgegeven in 1562, lezen we; „Dit zaad van Fabre en zijn leerlingen, genomen van het graan van Luther, ontsproot in het dwaas verstand van een kluizenaar, die zich nabij de stad Parijs ophield.” Dat de Roomschen op die wijze spottende de waarheid vermeldden, is te verstaan; doch onze kluizenaar van Livry genoot voor zijn leven de vrucht van de nieuwe kennis, door hem uit genade verkregen. Maar nu kon hij die kennis ook niet meer voor zichzelven houden. Was het vroeger zijn lust in de eenzaamheid van zijn stulp in het woud, of op zijn eenzame wandelingen zich aan eigen gepeinzen over te geven, nu werd het zijn leven de dorpen in den omtrek te bezoeken en daar huis aan huis te gaan. Nauwelijks had hij de deuren der nederige stulpen, die hij aantrof geopend en was binnen getreden, of hij sprak de arme landlieden, die er woonden, van het rijke evangelie der zaligheid en van de volkomen vergiffenis van zonden, die dat evangelie predikte aan bekommerde harten, die waarlijk hun schuldenlast gevoelden. Hij stelde de leer der waarheid tegenover den leugen en de bedreiging van Rome en maande ieder aan, zich met allen last des harten alleen tot den Heere te wenden.
’t Spreekt van zelf, dat de kluizenaar spoedig bekend was in den omtrek van Parijs. Velen kwamen hem in zijn eenzame kluis, die niet langer eenzaam was, opzoeken, om uit zijn mond de woorden des levens te hooren en zoo was hij een zachtmoedig, doch hoogst ernstig zendeling voor do eenvoudige lieden uit dien omtrek. Voor velen was hij het middel ten eeuwigen leven.
Het duurde niet lang, of het gerucht van het leven van den nieuwen evangelist bereikte de Sorbonne en het gerecht te Parijs, De kluizenaar werd gevangen genomen en buiten zijn kluis, buiten zijn woud, buiten de door hem dagelijks bezochte velden gevoerd, naar de groote stad, die hij steeds had ontweken, en daar in den kerker geworpen. Weldra werd hij voor zijn rechters gesteld, van ketterij in het oog van Rome overtuigd en veroordeeld om „met een klein vuur voorbeeldig gestraft te worden.”
Men besloot om een sprekend voorbeeld te stellen, den brandstapel te doen oprichten op het voorplein van de Lieve Vrouwekerk. De geheele geestelijkheid werd bijeengeroepen en men spreidde een pracht ten toon als bij hooge feestelijke gelegenheden. Geen wonder dus, dat weldra een groote schare op de been was en de handwerksman zijn arbeid, de student zijn kamer, de koopman zijn kantoor en de krijgsman zijn slenterenden rondgang verliet, om te zien, wat er te doen was. Weldra was het geheele plain met menschen als overstroomd.
De kluizenaar, gekleed in den spotmantel der verharde ketters, blootshoofds en barrevoets, was voor de deuren der kerk gebracht. Gerust, onverschrokken, tot zichzelven ingekeerd, antwoordde hij niet op de vermaningen der biechtvaders, die hem een crusifix aanboden, doch steeds betuigde hij, dat zijn hoop alleen op de vergeving Gods gevestigd was.
Groot was de woede van Romes priesters. Intusschen luidde zonder ophouden de groote klok. Doch toen het bleek, dat de kluizenaar volhardde in zijn „ketterij,” werd het teeken gegeven, dat het gelui moest ophouden. De ketter werd op den houtmijt geplaatst, het vuur werd ontstoken en standvastig en blijmoedig gaf zich ter marteldood de man, wiens naam in de geschiedenis niets anders is bewaard, dan als de kluizenaar van Livry.

R. (Rijnsburg) V.

(Wordt vervolgd.)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 december 1915

De Wekker | 6 Pagina's

Frankrijk (32)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 december 1915

De Wekker | 6 Pagina's