Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Frankrijk (57)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Frankrijk (57)

De kracht des geloofs (362)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Leclerq kweet zich met ijver van zijn taak en vele honderden exemplaren van het gëvreesde boekje kwamen in handen van de Sorbonne. Maar nu rees de vraag, wat met de schrijfster te beginnen? Die vraag was niet zoo gemakkelijk te beantwoorden, want die schrijfster was de veelgeliefde zuster van Frankrijks koning en die koning was somtijds in het oogloopend driftig en deinsde voor geen geweld terug, als het de eere van zijn huis gold. De Sorbonne aarzelde dan ook een besluit te nemen. Doch die aarzeling wekte weer de woede van de Roomsche partij op, niet het minst van de monniken en dat niet alleen in Parijs, maar door geheel Frankrijk.
Te Issoudum, in het graafschap Berry, belegde zo een vergadering, om te beraadslagen, wat men te doen had. Eén van do aanwezigen had den moed, in hooge verontwaardiging uit te roepen: „Wat aarzelen we een besluit te nemen. Men neme de koningin van Navarre, sluite haar in een zak en werpe haar in de rivier!” Dat woord werd door heel Frankrijk bekend en verwekte verontwaardiging zoowol als bijval. Doch de leden der Sorbonne durfden zoo ver niet gaan. Slechts een van de Dominicaner monniken zeide: „Vreest niet, mijne heeren! Wij zijn niet de eenigen, die deze kettersche vorstin willen vervolgen. Mijnheer de grootmeester des konings is haar doodvijand!”
Dat woord bevatte waarheid, hoewel Margaretha steeds anders had gedacht.
Montmorency, na den koning de invloedrijkste man van het koninkrijk, was een man met twee aangezichten. Voor het oog vleide hij Margaretha op alle wijzen, en in het geheim werkte hij haar zooveel mogelijk tegen. Vol vertrouwen op dien trouweloozen man, schreef ze hem in die voor haar zoo moeilijke dagen: „Mijn neef! ik bid u te bedenken, dat, waar ik nu ver van den koning verwijderd ben, het noodig is, dat gij mij in deze zaak helpt. Ik vertrouw op u en in dit vertrouwen, dat mij zonder twijfel nooit kan bedriegen, zal uw tante en goede vriendin Margaretha berusten!”
Maar de Sorbonne moest een besluit nemen. Ze bepaalde, te doen, of men niet wist, wie „de Spiegel des zondige ziel” geschreven had, wat gemakkelijk kon, daar het werkje zonder de naam der schrijfster was gedrukt. Het boekje werd op den Index geplaatst, d.w.z. aan ieder werd verboden het te verspreiden of te lezen. Daardoor was het dus als gevaarlijk gebrandmerkt. Ook stookten de priesters hun scholieren op en dezen vervaardigden een blijspel, waarin èn de schrijfster èn haar geschrift bespottelijk word gemaakt in de oogen des volks. En eindelijk waagde Montmorency het tot den koning te spreken. Hij stelde hem de gevaren voor, die voor Frankrijk en voor zijn troon verbonden waren aan het voortwoekeren der ketterij en eindigde mot te zeggen: „Het is waar, Sire! dat, indien gij de ketters wilt uitroeien, gij met de koningin van Navarre zoudt moeten beginnen!”
Margaretha van haar zijde schreef aan den koning over de beleedigingen, die haar aangedaan werden, hoewel ze niets wist van de kuiperijen van des konings grootmeester.
Koning Frans bevond zich te dier tijde op reis, om zijn verschillende bezittingen in Frankrijk te bezien. Toen Montmorency bovengenoemde woorden tot hem sprak, was hij te Toulouse. Dadelijk benam de koning hem het woord en zeide: „Laat ons daarover niet meer spreken. Zij houdt veel te veel van mij, dan dat ze een godsdienst zou kunnen aannemen, die gevaarlijk zou worden voor mijn kroon!” Beschaamd zweeg de grootmeester en durfde op de zaak niet terugkomen.
Den koning werd het woord medegedeeld, dat door een prior van de Fransiscaners was gesproken op de vergadering te Issoudum. Frans was daarover hevig vertoornd en gaf bevel: „Men naaie hem in een zak en werpe hem in de Seine!” 't Gevolg van dit bevel was een hevige schrik bij de monniken. Margaretha zelf was de voorspraak voor den wreeden prior en het vonnis werd gewijzigd. De prior werd van zijn geestelijke waardigheden ontzet en voor twee jaren naar de galeien verbannen.
Vervolgens was de beurt aan de scholieren der hoogeachool, die do koningin in hun blijspel hadden bespot. Op bevel des konings verscheen een luitenant der politie met tweehonderd gerechtsdienaars voor het college en nam, na een korten strijd met de belhamels hen gevangen en sloot hen in den kerker.
Zoo werden al de vijanden van Margaretha een voor een op scherpe wijze bestraft. Doch nog één bleef over, „De spiegel” was op den Index geplaatst en ook daarover eischte koning Frans verantwoording, zooals we D.V. een volgende maal hopen te zien.

K. (Kampen) V.

(Wordt vervolgd.)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 september 1916

De Wekker | 6 Pagina's

Frankrijk (57)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 september 1916

De Wekker | 6 Pagina's