Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Indrukken en Ervaringen,IIe Reeks (2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Indrukken en Ervaringen,IIe Reeks (2)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ik zou ondankbaar zijn, wanneer ik niet met een enkel woord de verdiensten van mijn voorganger herdacht, met wien ik zoo prettig heb samengewerkt en aan wien ik zooveel te danken heb. Als opvolger van zijn voorganger, den overleden oud-minister Talma, vond hij de geestelijke verzorging van het grootste deel van ons leger nog slechts in beginsel georganiseerd. Juist toen deze met de voorbereiding van het instituut der reserveveldpredikers bezig was, heeft krankheid hem genoopt zijn ambt als veldprediker in Algem. Dienst neer te leggen. Dr. de Visser werd zijn opvolger en de Regeering mocht zich gelukkig prijzen, dat hij bereid was de taak van Ds. Talma over te nemen. Want hij was de rechte man op de rechte plaats. Dat bleek reeds dadelijk op de eerste samenkomst, die hij met de veldpredikers had. Als een collega verscheen hij in ons midden, ons allen hartelijk begroetend en bereid naar onze wenschen te luisteren, en die wenschen over te brengen of bij den Minister van oorlog of bij den opperbevelhebber, waarmede hij uit hoofde van zijn positie in nauw contact stond. Ik had op die eerste samenkomst al dadelijk het gevoel: dat is een man, die van het instituut der veldpredikers iets zal trachten te maken, want hij is doordrongen én van de noodzakelijkheid én van de groote beteekenis van het werk der geestelijke verzorging. En hij heeft er wat van gemaakt. Allereerst heeft hij het instituut der reserveveldpredikers gecreëerd, uit 24 predikanten van verschillende Kerkgenootschappen samengesteld. Dat is in ons land met zijne vele kerken en richtlngen niet zoo eenvoudig. Als ik dan ook zie, hoeveel arbeid er noodig geweest is alvorens de namen van deze 24 predikanten in het Staatsblad konden verschijnen, dan heb ik bewondering voor den man die dat alles heeft voorbereid en georganiseerd. Maar deze predikanten moesten niet slechts worden benoemd, zij moesten ook ingedeeld worden bij het veldleger, en daarbij sprak de richtings-kwestie weer een woordje mee. Iedere divisie kreeg voor oorlogstoestand de beschikking over 6 reserve veldpredikers, die volgens hetzelfde beginsel als de veldpredikers moesten worden ingedeeld. Maar dit was niet genoeg. Ook tijdens de mobilisatie zou er van deze reserve veldpredikers worden gebruik gemaakt, voor de geestelijke verzorging onzer gemobiliseerden en daartoe was het noodig dat ieder zijn plaats werd aangewezen waar hij arbeiden kon. De een moest arbeiden in de stelling van Amsterdam, een ander in de Hollandsche waterlinie, een derde onder de territoriale troepen, een vierde bij de Depots enz. en dat alles moest door den veldprediker in Algem. Dienst worden voorbereid. En hij heeft dit niet alleen voorbereid, hij heeft het ook georganiseerd en wel op zulk een wijze, dat wanneer iedere reserveveldprediker datgene doet wat hem in dit plan is toegewezen, wij gerustelijk kunnen zeggen, dat in beginsel de geestelijke verzorging onzer gemobiliseerden behoorlijk geregeld is. Maar hoeveel hem dat heeft gekost, kunnen oningewijden niet beoordeelen, maar die een weinig en met de stellingen en met de Hollandsche waterlinie en met de territeriale troepen op de hoogte is, erkent dat hier veel en goed werk verricht is en nog dagelijks verricht wordt.
Nu ik een weinig inzicht in dit werk heb, aarzel ik geen oogenblik het uittespreken, dat het leger en het volk ontzaggelijke groote verplichtingen aan Dr. de Visser heeft voor alles wat hij als veldprediker in algemeenen Dienst voor de zonen van ons volk gedaan heeft. En nu moet ik nog op iets anders wijzen.
Wie de begrooting van oorlog voor 1919 gelezen heeft, heeft daarin ook aangetroffen een voorstel om het instituut der veldpredikers en der aalmoezeniers ook in vredestijd te laten voortbestaan. Deze post is door den afgetreden minister van Oorlog Mr. de Jonge op de begrooting geplaatst en door dezen minister overgenomen; maar op voorstel van den veldprediker in Algemeenen Dienst, Dr. de Visser. Zoozeer was hij van de noodzakelijkheid dor geestelijke verzorging ook in vredestijd overtuigd, dat hij niet gerust heeft, alvorens de minister een voorstel daartoe bij de Kamer ingediend had en als het gebeuren mocht, dat als vrucht van dit voorstel het instituut der veldpredikers werd vervangen door een permanent instituut van leger-predikanten, dan zal daaraan altoos de naam van Dr. de Visser verbonden blijven. Ik kon dan ook op de laatste vergadering te 's Gravenhage, die door hem nog was samengeroepen, omdat hij van allen waarmede hij in deze mobilisatie had samengewerkt, persoonlijk afscheid wenschte te nemen, naar waarheid getuigen, dat niemand onzer hem de ministerieele misgunde, integendeel, wij geloofden dat hij ook zou bewijzen te zijn de rechte man op de rechte plaats, maar wij zagen hem toch noode heengaan en eenmaal uit onzen kring gescheiden, zouden wij hem missen. Want hij was een collega voor al zijn collega's geweest, geen chef die van bovenaf gebiedend zijn wil oplegde, maar die in overleg met de anderen bepaalde wat gedaan moest worden. Tact om met menschen om te gaan bezat hij als weinigen, en de hulde op de laatste vergadering ook van vrijzinnige zijde toegebracht, was ten volle verdiend. Hij was onpartijdig geweest in de volle beteekenis van het woord, d.w.z. hij had zoo goed de geestelijke verzorging van vrijzinnige als die van orthodoxe of gereformeerde zijde gediend. Geen oogenblik is de goede betrekking tusschen hem en de reserveveldpredikers gestoord geweest, maar allen die meer van nabij met hem in aanraking zijn geweest, zullen de aangenaamste herinneringen daarvan meedragen. God zegene hem in zijn nieuwen werkkring, en Hij make zijn arbeid vruchtbaar aan het geestelijk heil van ons volk.

De Veldprediker.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 oktober 1918

De Wekker | 4 Pagina's

Indrukken en Ervaringen,IIe Reeks (2)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 oktober 1918

De Wekker | 4 Pagina's