Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Vragenbus

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vragenbus

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Chr. Geref. Kerk en Gereform. Gemeenten.
P. B. te D., vraagt: „Wat is het historisch en (of) dogmatisch verschil tusschen de Chr. Geref. Kerk en de Gereform. Gemeenten?”
L. J. te D., heeft een dergelijke vraag: „Wat is het principieele verschil tusschen de Chr. Geref. Kerk en de Oud Gereform. Kerk betreffende het leerstuk der rechtvaardigmaking?”
Van een leerstellig geschil, met name in betrekking tot de rechtvaardigmaking, is mij niets bekend. Wel zijn er in de Gereformeerde Gemeenten, die met voorliefde over de rechtvaardigmaking van eeuwigheid spreken, maar niet als de officieele leer der Geref. Gemeenten vastgesteld. Nimmer hoorden we van eenig dogmatisch verschil.
Zoo er van verschil tusschen de Chr. Geref. Kerk en de Gereform. Gemeenten sprake is, dan ligt dat meer in de wijze van beider ontstaan.
Wortelt de geschiedenis der Chr. Geref. Kerk in de Afscheiding van 1834, de Geref. Gemeenten danken haar ontstaan aan het optreden van Ds. L. G. C. Ledeboer.
Ds. Ledeboer, geboren in 1808 te Rotterdam, kwam als predikant in de Ned. Herv. kerk te Benthuizen in Z.-Holland. Evenals de Vaderen der Scheiding kwam ook hij spoedig in conflict met het Ned. Herv. Kerkbestuur, dat hem 13 Nov. 1840 in zijn dienst schorste, en 26 Jan. 1841 als predikant afzette.
Wat velen verwacht en begeerd hadden, geschiedde evenwel niet: Ds. Ledeboer voegde zich niet bij de Kerk der Afscheiding, aangezien hij de Ned, Herv. Kerk niet wilde prijs geven. „De Kerk is de onze, en God zal ze ons weergeven te Zijner tijd,” zeide hij. Hij nam daarmede het standpunt der latere Doleerenden in en verwierp alzoo het beginsel der Afscheiding.
Toch heeft hij eenigen tijd gemeenschap met de Afgescheidenen gezocht. Zoo ontmoeten we hem op de Synode der Afgescheidenen in 1840, waar hij zelf recht van zitting en stemming kreeg. Met Ds. De Cock nam hij zelf de Synodale opdracht op zich om Ds. Scholten te vermanen.
Maar daarna onttrok hij zich aan de gemeenschap met de kerk der Afscheiding, dat zijn oorzaak vond, dat sommige gemeenten vrijheid van bestaan hadden aangevraagd en de naam Gereformeerd werd losgelaten.
Vele gemeenten zijn door Ds. Ledeboer gesticht en weldra kreeg hij in P. v. Dijke, dien hij in 1849 tot leeraar ordende een krachtig medestander. Maar onder de volgelingen kwam spoedig scheuring.
Aanleiding hiertoe was het optreden van D. Bakker, landbouwer te 's Gravenpolder. Ds. Ledeboer had Bakker gaarne tot predikant geordend, maar deze had daartoe geen vrijmoedigheid. Eerst in 1865, teen de Ledeboeriaansche gemeente te Stavenisse hem tot predikant beriep, gaf Bakker aan deze roepstem gehoor, en ontving van den kerkeraad de ordening tot het predikambt.
Ds Van Dijke en Ds. Bakker konden elkander niet verdragen en weder kwam het tot scheuring; beiden hadden hun volgelingen, die zich van Dijkianen en Bakkerianen noemden, terwijl beide groepen aanspraak maakten de oude Gereformeerde kerk te zijn.
De gemeenten der Dijkianen vond men vooral in Zeeland, als te St. Filipsland, Middelburg, Krabbendijke, Rilland, Hoedekenskerke, Goes, Ierseke, Poortvliet, Scherpenisse, Bruinisse, Nieuwerkerk, St. Annaland, Oosterland, Genemuiden, Benthuisen, Moercapelle, Zuidwolde, Oudewater, Amerongen, IJsselstein.
De gemeenten der Bakkerianen treft men aan in Oud Beijerland, Nieuw Beijerland, Borsele, 's Gravenhage, Terneuzen, en 's Gravenpolder. Naast Ds. Bakker arbeidde Ds. Wüst, en daarna Ds. Rubens.
Reeds was Ds. Ledeboer in 1863 de eeuwige rust ingegaan. Hem werd de smart der scheuring gespaard.
Ds. P. van Dijke kreeg steun in Ds. P. Los, predikant bij de Gereformeerde kerk onder het kruis. Maar straks kwam tusschen deze beiden ook een klove; waarvan het gevolg was, dat Ds. Los zich met zijne gemeente te Leiden afscheidde.
Een drietal broeders bleef Ds. Van Dijke getrouw, n.l. D. Jansen, J. Vader en D. Wijting, die in de gemeenten oefenden.
Nieuwe moeilijkheden kwamen na het sterven van Ds. Van Dijke in 1883. De gemeenten waren zonder een dienaar des Woords. In een groote vergadering der Ledeboeriaansche gemeenten werd David Janse, ouderling te Middelburg tot leeraar verkozen. De gemeente van Goes had echter D. Wijting gekozen, wat alweer aanleiding tot twist gaf. Goes verbrak de gemeenschap met de andere gemeenten van Ds. Van Dijke, die bediend werden door Ds. Janse. Ds. Wijting werd in zijn ambt bevestig
door Ds. Los van Leiden en J. Vader bleef oefenaar, maar ging ook met de gemeente van Meliskerke alleen staan.
David Janse, de verkorene der Ledeboeriaansche gemeenten werd 16 Dec. 1883 als predikant geordend. Hierbij deed zich een eigenaardige moeilijkheid voor. Wie zou dat heilig werk verrichten? Er was geen predikant in de groep van Ds. v. Dijke, die het doen kon. Den weg door Ds. Bakker ingeslagen om zich n.l. door ouderlingen te laten bevestigen, had men veroordeeld. Tenslotte werd Ds. Schaafsma, die als zendeling-leeraar zijn ambt van het Ned. Zendingsgenootschap had, bereid gevonden, Ds. Janse, tot dienaar des Woords te bevestigen; een daad, die vele Ledeboerianen in strijd met het beginsel van Ds. Ledeboer achtten.
In 1907 zijn de Van Dijkianen vereenigd met eenige vrije gemeenten van wijlen Ds. Franszen, De vereenigde gemeenten dragen den naam van „Gereformeerde Gemeenten in Nederland”; en ressorteeren onder de Classes Amsterdam, Rotterdam, Barneveld, Tholen, Goes, Middelburg.
Enkele gemeenten van Ds. Ledeboer gingen niet mee of hebben zich alreeds teruggetrokken.
Wil men volkomen ingelicht zijn omtrent Ds. Ledeboer en zijn volgelingen dan schaffe men zich aan het boek van Ds. J. H. Landwehr, getiteld: „L. G. C. Ledeboer, in zijn leven en arbeid geschetst.” Uitgever D. Bolle te Rotterdam. Een zeer lezenswaardige biografie, dat we ook onzen jongen menschen kunnen aanbevelen.
Eéne opmerking willen we maken op wat Ds. Landwehr schrijft over de Ledeboerianen (bladzijde 159): „op staatkundig gebied is er zoo goed als niets met hen aan te vangen. Velen meenen, dat een christen met de politiek zich niet mag bemoeien”, enz. De feiten loochenstraffen deze woorden. Gezien de bedrijvigheid in dat kamp, de strijdleiders der „Gereformeerde Staatkundige Partij”, doen vermoeden, dat men het jarenlang verzuim op staatkundig gebied wil inhalen.
Apeldoorn
J.W. Geels

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 november 1921

De Wekker | 4 Pagina's

Vragenbus

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 november 1921

De Wekker | 4 Pagina's