Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Wat de wereld noodig heeft 4

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wat de wereld noodig heeft 4

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wat heeft de wereld noodig?— Christenen! Op de vraag: Waarom wordt gij een Christen genaamd? geeft onze Heidelberger Catechismus het schoone antwoord: Omdat ik door het geloof een lidmaat van Christus en alzoo Zijner zalving deelachtig ben, opdat ik Zijnen Naam bekenne en mijzelven tot eer levend dankoffer Hem offere, en met een vrije en goede conscientie in dit leven tegen de zonde en den duivel strijde, en hiernamaals in eeuwigheid met Hem over alle schepselen regeere.
Aan zulke christenen heeft de wereld behoefte. Niet aan Christenen, die het zijn, omdat zij niet zijn Joden of Mohamedanen of Heidenen; niet aan christenen, die het zijn, omdat zij lid zijn van een der vele kerken of vergaderingen of gezelschappen; maar aan christenen, die door het geloof lidmaten zijn van Christus, d.i. die door den Geest van God zijn wedergeboren. Dezen zijn Zijner zalving deelachtig, en als zoodanig hebben zij zich ook te midden van eene wereld, die in het booze ligt, te openbaren. Men is, ook in onze kringen, wel eens bang om het woord tekortkomingen te gebruiken, uit vreeze, dat er nog iets in den mensch zou worden gesteld en van den mensch zou worden verwacht. Ik schroom echter niet, om dit woord in dit verband te gebruiken. Waarlijk, wanneer God iemand zalft met Zijnen Geest, is het dan opdat die persoon maar gezalfd zou zijn? Is een profeet gezalfd om te zwijgen, een priester om in behagelijke rust in het heiligdom te verkeeren, een koning om maar de eere te hebben van het koningschap? Ik meen, neen! Een profeet heeft de roeping, om te spreken, te getuigen; een priester, om te offeren, te bidden, een zegen te zijn; een koning, om koninklijk te strijden, het kwade te weren, het recht te handhaven! Nu, wie met Christus gezalfd is, is gezalfd tot profeet, priester en koning; het antwoord van den Catechismus wijst daar duidelijk heen. En als wij dan als Christenen geen gevolg geven aan onze heilige roeping, dan noem ik dat zondige tekortkoming! Onder die zondige tekortkoming lijdt in de eerste plaats de Christen zelf.
Kunnen wij vrede hebben, kunnen wij de gemeenschap Gods ervaren, als wij als profeten den Naam onzes Heilands niet bekennen, dan misschien in een gezelschap van gelijkgezinden; als wij uit gemakzucht of menschenvrees, beide zijn terug te brengen tot egoïsme (zelfzucht), mogelijk heel verstandiglijk redeneeren en spreken over „paarlen voor de zwijnen werpen”, zonder dat wij het wagen, om het woord Gods uit te dragen? — Neen! — Kunnen wij vrede hebben, kunnen wij de gemeenschap Gods ervaren, als wij maar „offeren aan ons eigen garen en rooken aan ons eigen net” en niet leven in het „onszelven tot een levend dankoffer Gode offeren”, en dus niet alleen in de theorie maar ook in de praktijk onze oude natuur dooden en in een godzalig leven wandelen? — Neen! — Kunnen wij vrede hebben, kunnen wij de gemeenschap Gods ervaren, als wij niet strijden tegen onze lusten, onze hartstochten; als wij de deur maar wijd openzetten, voor hetgeen het vleesch bekoort en ons zelven zoekend, het recht verkeeren, het kwade toelaten? Is dat koninklijk? — Neen!
Maar, als werkelijk — en de Heere wil dat schenken op het ootmoedig gebed — de ambten in den geloovige tot hun recht mogen komen (er zal altijd nog wel te klagen over onszelven overblijven), dan, dan zullen wij des Heeren heil zien, naar het woord Zijner belofte.
En dan zal de wereld, die mede onder onze verwaarloozing der ambten lijdt, door de rechte bediening der ambten worden gebaat. Profeet, priester en koning moeten één zijn; dan steunen zij elkander. En dan gaat er kracht van uit. Ik weet niet, wie het gezegd heeft, ik meen dat het Gladstone, de Engelsche staatsman was, die zeide: „Geef mij tien christenen en ik zet Londen om.” Er ligt overdrijving in dit woord, doch ook waarheid.
Waakt op, gij profeten, en — getuigt!
Waakt op, gij priesters, en — staat in het heiligdom, bezig in uw priesterlijk werk!
Waakt op, gij koningen, en — strijdt den goeden strijd des geloofs, opdat gij, de wereld overwinnende, der wereld tot zegen moogt zijn!
F. Lengkeek

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 december 1921

De Wekker | 4 Pagina's

Wat de wereld noodig heeft 4

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 december 1921

De Wekker | 4 Pagina's