Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Art. 23 D. K. O. Het huisbezoek (I)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Art. 23 D. K. O. Het huisbezoek (I)

Onze Kerkregeering

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het derde deel van der ouderlingen taak het bezoeken der leden, is van groot gewicht. Alle kerkorden wijzen dan ook op dit voorname werk. Reeds die van Wesel 1568 heeft bepaald dat de ouderlingen de hun toevertrouwde gemeenteleden minstens één maal per week en voorts zoo dikwijls het de gewoonte zal zijn, vooral echter tegen den tijd der Avondmaalsviering zullen bezoeken. Tien jaar later, in 1578 werd bepaald, dat de Dienaars en Ouderlingen vóór het Avondmaal de lidmaten zouden bezoeken.
Hier is dus reeds een groot verschil. Dat minstens eens per week bezoeken, was wel geschikt voor de tijden van druk, toen Alva's vuist drukte op de vervolgde broederen, maar kon niet volgehouden worden, toen de Vaderlandsche erve reeds voor een deel van den vijand was verlost en de rust begon aan te breken. Juist in tijd van nood zoeken de broederen elkaar het meest, de ontspanning geeft ook meer verwijdering en rekking der liefdebanden. In 1619 bepaalde de Synode: dat de huisbezoeking gedaan zou worden „naar dat de gelegenheid des tijds en der plaats, tot stichting der gemeente, zoo voor als na het Avondmaal, kan lijden, om bijzonder de lidmaten der gemeente te vertroosten en te onderwijzen, en ook anderen tot de Christelijke religie te vermanen.”
Deze bepaling werd overgenomen uit Art. 21 der kerkorde van 1586 van 's Gravenhage. Wilde de kerkorde van 1578 nog voor elk Avondmaal huisbezoek, die van 1586 en 1619 zijn nog weer ruimer en spreken van gelegenheid van tijd en plaats, zoo voor als na het Avondmaal.
Hieruit blijkt wel, dat zoowel die van 1578 als de latere Kerkorden het huisbezoek in verband brengen met het Avondmaal. En dat terecht. In de Roomsche Kerk gaat aan het Avondmaal de biecht vooraf. Met de reformatie verviel bij de Gereformeerden de oorbiecht. De Lutherschen schaften deze ook wel af, maar Luther wilde toch vóór het Avondmaal een privaat biecht, eene belijdenis van zonden vóór den leeraar, met daarop volgende afkondiging van schuldvergeving voor den oprecht berouwhebbende.
In plaats van de biecht, kwam nu bij de Gereformeerden het huisbezoek. Het persoonlijk bezoek van den enkele geloovige om met hem te spreken vóór het Avondmaal.
De D.K.O. wil, dat zoowel vóór als ná het Avondmaal dit huisbezoek zal geschieden. Hieruit blijkt, dat het huisbezoek niet werd beschouwd als een soort visite, waar de predikant of ouderling op godvruchtige wijze spreekt over hetgeen op den weg des levens wordt ervaren, maar als een ambtelijk bezoek om de leden voor te bereiden voor het Avondmaal. Dan dient gevraagd te worden, hoe de leden zich bevinden tegenover het komend feest, of zij bereid zijn zich al of niet tot den Heiligen Disch te begeven, en op welke gronden zij daar zullen toetreden. Het huisbezoek roept dus de leden tot zelfonderzoek vóór den Nachtmaalsdisch, gelijk het ook na afloop daarvan gehouden moet worden om bij de leden onderzoek in te stellen, welke vrucht de bediening van het Avondmaal voor hunne zielen heeft afgeworpen, of zoo zij niet zijn toegetreden, hoe het nu met hen staat tegenover dat verbreken van Gods Verbond. Er heerscht, vooral onder vele zwakgeloovige kinderen Gods nog zoo verkeerde beschouwing omtrent het aangaan aan de tafel des Heeren. Zij vreezen, ziende op hunne onwaardigheid, zich een oordeel te zullen eten en drinken en zien daarbij voorbij, dat het kind des Heeren altijd in het gevoel zijner onwaardigheid moet komen, maar dat hier verboden wordt op eene onwaardige wijze, n.l, met een wereldsch en onbekeerd hart te naderen. Anderen meenen, dat alleen zij mogen toegaan, die verzekerd zijn in 't geloof, en dat dus bestredene zielen, die meestal in strijd verkeeren over de echtheid huns geloofs, in zulk een toestand niet mogen komen. Zij moeten wachten, meenen zij, tot zij eerst verzekerd zijn of althans bij het aanrichten van den Disch eene gevoelige verzekerdheid van 's Heeren liefde ervaren en blijft het stil in hunne zielen, dan blijven zij af.
Dat de Heere echter eischt van de Zijnen een vernieuwen van het Verbond, een zich opnieuw toebetrouwen aan den Heere, een amen zeggen op Zijn Woord en beloften, is hun vaak niet duidelijk. Al zulke misstanden in het geestelijk leven, moeten wel in de voorbereidingspredikatie worden aangetoond, maar zij kunnen niet persoonlijk besproken worden en menig hoorder acht dan dat het niet tot hem, maar tot zijn naaste gesproken. Daarom is noodig een persoonlijk gesprek met den enkelen geloovige. Deze kan dan zijn bezwaren inbrengen en de ouderling kan ze oplossen en deze doet dit niet als een geloovig vriend, maar als ambtsdrager, die in den naam des Heeren wijst op de roeping des geloovigen in zake het Avondmaal. Evenzoo moet hij als ambtsdrager na het Avondmaal ontrouwe kinderen Gods bestraffen, en hen, die aan den Disch zijn geweest op hunne roeping wijzen om na Gods Verbond en getuigenissen in godzaligen wandel te bevestigen.
Wat zou het veel ongezonde toestanden wegnemen, als de ouderlingen volgens de kerkorde zoo vóór als na het Avondmaal huisbezoek deden bij al de leden. Helaas, de tijd ontbreekt er bij velen toe en ook… het noodzakelijke van het huisbezoek in verband met het Avondmaal wordt bij velen niet meer zoo ingezien.
't Is in onzen tijd al mooi als ieder gemeentelid eens in het jaar een ambtelijk bezoek ontvangt van een predikant met een ouderling, maar dit toch kan zelfs in groote stadsgemeenten niet geschieden. In kleinere plaatsen is dit „jaarlijksch huisbezoek” echter nog in gebruik.

Apeld(oorn). De Br.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 april 1923

De Wekker | 4 Pagina's

Art. 23 D. K. O. Het huisbezoek (I)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 april 1923

De Wekker | 4 Pagina's