Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Van verre en van nabij XXXVII

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Van verre en van nabij XXXVII

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Eén zwaluw maakt nog geen lente. Met een voorbeeldigen ijver, een betere zaak waardig, treden tegenwoordig in de Gereformeerde kerken enkele vooruitstaande predikanten op, die een lans voor het vrouwenstemrecht breken. Voor eenige weken leidde niemand minder dan Dr. de Moor op de predikantenvergadering te Utrecht een bespreking in, waarin niet onduidelijk bleek, hoe ook hij zich aan de zijde schaarde van hen, die den dag met blijdschap zullen groeten, waarop ook aan de vrouw het stemrecht in de gemeente zal worden verleend. En al heeft Dr. de Moor een geharnasten ridder tegenover zich zien optreden, nu prof. Dr. H.H. Kuyper zich in de Heraut tot den strijd heeft aangegord, en al twijfelen wij er geen oogenblik aan, wie daar als overwinnaar uit de arena zal treden, de zaak, waar het omgaat, laat ons verre van onverschillig. Te meer wordt hier onze aandacht gevraagd, nu van de zijde der voorstanders van het vrouwenstemrecht in de kerk ook een beroep op de Christelijke Gereformeerden is gedaan.
Er is namelijk een geschrift verschenen van de hand van Ds. H.C. van den Brink, pred. in de Geref. kerk te Zandvoort, getiteld: „de vrouwelijke keurstem bij kerkelijke verkiezingen”. Wie weet, hoe heel de vraag omtrent het vrouwenstemrecht juist door de eigenmachtige daad van Zandvoorts kerkeraad actueel is geworden, behoeft niet meer te vragen welke de conclusie is, waartoe Ds. v.d. Brink in zijn geschrift komt. Hij is volbloed voorstander, hoewel in zijn geschrift wel uitkomt, dat hij er nog niet zeker van is, dat de a.s. Generale Synode zijn zijde zal kiezen. Ten hoogste concludeert hij, dat tevens als aanwijzing voor de generale Synode schijnt bedoeld: „Ik vermoed, dat de Generale Synode, zoo zij zich nu reeds geroepen acht over deze zaak uitspraak te doen, het wel in de vrijheid der kerken zal laten, of zij ook aan de vrouwelijke belijdende leden het recht zullen verleenen, om aan het verkiezingswerk deel te nemen”. Wij zullen natuurlijk afwachten om te zien in hoeverre Ds. v.d. Brink's conclusie juist zal wezen, hoewel wij het ons nauwelijks kunnen denken, dat een Generale Synode der Gereformeerde kerken naar dit pad van independentisme zal heen neigen. Wat mij echter het meest verbaasde, is het beroep van Ds. v.d. Brink op de Christelijke Geref. kerk. Hij vindt, dat de zaak van Zandvoorts kerkeraad er nog niet zoo slecht er bij staat, en het feit, dat in de Hervormde kerk de weg voor het vrouwenstemrecht reeds open staat en dat zelfs van Christelijk Gereformeerde zijde een lans voor het vrouwen-stemrecht in de gemeente werd gebroken, geeft hem moed voor de toekomst. Wat nu het beroep op de Herv. kerk betreft, dit moge op zijn plaats zijn, wat tevens een bewijs van zwakheid is (waarvoor is er in de Herv. kerk al geen plaats?) maar een beroep op de Christelijke Gereformeerden in totaal misplaatst.
Ten hoogste zou Ds. v.d. Brink één stem uit onzen kring kunnen laten spreken die wel eens zoo iets heeft laten doorschemeren maar die als éénling dan ook geen beduidenis heeft. Ik meen mij niet te vergissen, met te beweren, dat noch onder onze predikanten noch in den boezem onzer kerk een drang is naar het vrouwenstemrecht. En het verheugt mij zeer en geeft mij een goeden kijk op den gang van zaken, dat de professoren Kuyper en Bouman, beide Hoogleeraren in het kerkrecht, in deze zoo principieele kwestie aan onze zijde staan. En hoe staat het in de Herv. Kerk? Onder hen, die nog voor de waarheid Gods opkomen, en die dus het dichtst bij om staan? Ik zou hier gaarne het keurig rapport in zijn geheel afschrijven van de commissie van advies aan het Hoofdbestuur van de Geref. bond in de Herv. Kerk in zake het vrouwenkiesrecht in de kerk. Het vertolkt zoo juist ook ons gevoelen. Na eerst in het rapport de schriftuurlijke gronden te hebben aangegeven, waarop het vrouwenstemrecht dient gewraakt, gaat de commissie aldus voort. „Die zich dan ook aan Gods Woord willen onderwerpen en de gave der onderscheiding ontvingen, zullen hiertegen geen redenen opheffen. In een welgeordende kerk is geen plaats voor het kiesrecht der vrouwen, wijl het Woord zulks buiten de orde stelt. Hoe men ook tegenover de praktische zijde van het vraagstuk sta, krachtens het Gereformeerd beginsel van kerkregeering moet het vrouwenkiesrecht als zoodanig bestreden worden. De snelle ontwikkeling in revolutionaire richting en het reeds zoolang heerschende stelsel, waarin de helft plus één beslist ook over zoo principieele zaken, die bij het licht der Heilige Schrift dienden te worden onderzocht en bepaald, is oorzaak, dat wij wederom achteraan komen en aan hen, die ons met dit verwijt zullen tegenkomen zij opgemerkt, dat dit niet aan ons zij te wijten, maar aan het feit, dat de stem der minderheid eenvoudig wordt genegeerd. Onze mannen hebben daar, waar de plaats is, hun stem tegen deze nieuwigheid in de kerk steeds doen hooren, doch worden overstemd door een meerderheid, die de argumenten niet weegt, maar de stemmen telt.” Al is dit woord der Commissie van Rapport voor de Hervormde organisatie als een stem in de woestijn, het laat wel duidelijk uitkomen, dat zij, die het in het genootschap voor de Gereformeerde waarheid zeggen op te nemen, niet de zijde van Ds. v.d Brink kiezan. In dit licht is een beroep op de Hervormden ook al geen bewijs voor het echt schriftuurlijk en Gereformeerde van de „nieuwheid” in de kerk. Overigens zou ik al onze ambtsdragers om het urgente van deze zaak het zeer lezenswaardig en goed gedocumenteerde geschrift van Ds. Kapteijn: „Vrouwenstemrecht ook in de Kerk” uitgave J.H. Kok te Kampen willen aanbevelen. De prijs van 50 cents is dit boekje meer dan waard.

A(peldoorn), S.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 mei 1923

De Wekker | 4 Pagina's

Van verre en van nabij XXXVII

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 mei 1923

De Wekker | 4 Pagina's