Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Aan het Nederlandsche volk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Aan het Nederlandsche volk

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het Bestuur van den Bond tegen Vaccine-dwang brengt ter algemeene kennis, dat onderstaand adres aan Hare Majesteit de Koningin is toegezonden. Het wekt allen die zijne bezwaren deelen op, hunne adhaesiebetuiging te zenden aan den Secretaris, Ds. H.J.C PIERSON te Ressen bij Nijmegen.

KAMPEN, 15 Januari 1925.
Aan Hare Majesteit de Koningin.
Geven met verschuldigden eerbied te kennen, ondergeteekenden, uitmakende het Bestuur van den Bond tegen Vaccinedwang opnieuw erkend bij K.B. van 11 Oct. 1913, Stbl. No. 266):
1∘. dat het Bestuur met dankbaarheid heeft kennis genomen van de tegemoetkomende houding van Uwen Minister tegenover degenen, die godsdienstige bezwaren hebben tegen de vaccinatie, blijkende uit zijn Nota van wijzigingen op het Ontwerp van Wet tegen de besmettelijke ziekten, waarbij de procedure tot verkrijging van vrijstelling is vereenvoudigd;
2∘. dat het echter betreurt, dat niet is tegemoetgekomen aan de bezwaren dergenen, die uit anderen hoofde dan dat zij tegen iedere verzekering gekant zijn, in de koepokinenting zelve een gevaar zien voor de gezondheid en het leven van den mensch, of overtuigd zijn, dat God in Zijn Woord het in gevaar brengen van gezondheid en leven verboden heeft; aangezien het toch openbaar is dat nog steeds de vaccinatie slachtoffers vraagt, (iets wat het Bestuur bereid is door opgave van gevallen met doodelijken afloop te bewijzen) terwijl ook door erkende deskundigen wordt bevestigd, dat het verdwijnen der pokziekten in ons land slechts voor een deel aan de vaccinatie kan worden toegeschreven. (Zie o.a. Verslagen en Mededeelingen betreffende de Volksgezondheid, aflevering van Januari 1923);
3∘. dat deze teleurstelling nog ten zeerste wordt vergroot door de uitbreiding, die het gewijzigd Ontwerp geeft, in artikel 11, tweede lid, aan den dwang, doordien het de herinenting gelast van elfjarige scholieren en van de onderwijzers; welke bepaling de bestaande en toegezegde vrijstellingen zoozeer in de schaduw stelt, dat zij den algemeenen strijd tegen de vaccinatie opnieuw zal doen ontvlammen ;
4∘. dat het Bestuur, in verband hiermede, de vrijheid neemt, eerbiedig bij Uwe Majesteit in herinneringte brengen de petitie van onzen bond in het jaar 1907, toen ongeveer 50.000 Uwer onderdanen uit de onderscheiden standen en kringen aan Uwe Majesteit hun bezwaren hebben kenbaar gemaakt, met dringend verzoek om verlossing van den vaccinedwang, als in strijd met de grondwettige en burgelijke vrijheid en die der conscientje, en ook met de leerplichtwet;
5∘. dat, naar zijn meening, bij de voorgestelde verscherping van den dwang de verantwoordelijkheid der geheele Regeering is betrokken; reden, waarom de Bond moet wijzen op de gevolgen van de opneming van de Sub 3∘ bedoelde bepaling in het ontwerp: namelijk, dat daardoor, nog erger dan in den bestaanden schoolvaccined wang, de sub 4∘ gememoreerde bezwaren naar voren komen; aangezien vele ouders, die noodgedwongen hun kinderen aan de eerste vaccinatie hebben onderworpen, hen liever zonder verder onderwijs, zullen laten dan hen andermaal aan die kunstbewerking bloot te stellen, terwijl tal van onderwijzers in hun bestaan worden bedreigd, die zich in hunne conscientie bezwaard zullen gevoelen, zich voor 'teerst of andermaal te laten vaccineeren;
6∘. dat het Bestuur de voorgestelde wijziging van de bestaande regeling tot verkrijging van vrijstelling op grond van een verklaring van twee geneeskundiged (welke verklaring nu vervangen staat te worden door die van één geneeskundige, onder nadere bekrachtiging van den hoofdinspecteur der Volksgezondheid) niet kan overbrengen met het vertrouwen, verschuldigd aan den ambtseed waaronder de verklaring werd gegeven; maar ook voor de zaak zelve, de oppermacht, hier aan den heer Inspecteur toegekend, bedenkelijk acht; redenen,
waarom ondergeteekenden, in overeenstemming met tal van personen en Vereenigingen, de in de pers en in officieele gaderingen zeer ernstige bezwaren, inzonderheid tegen de voorgestelde herinenting, hebben uitgesproken; Uwe Majesteit eerbiedig verzoeken, uit het Ontwerp van Wet tegen besmettelijke ziekten de gewraakte bepalingen van artikel elf en artikel vijftien te schrappen, of aldus te wijzigen, dat de genoemde bezwaren worden weggenomen, 't Welk doende enz.,
Het Bestuur voornoemd:
w.g.
L. LINDEBOOM, Em. Hoogleeraar te Kampen, Voorz.
H.J.C. PIERSON, pred. te Ressen, Secretaris-Penningm.
ALWECK BALT, directeur Inrichting v. Natuurkuur te Ede.
J.A. EIJGENRAAM, hoofd eener school te Ede.
G.H. KERSTEN, pred. te lerseke, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.
JOH. P. SCHOUTEN, arts te Apeldoorn.
Ds. H. JANSSEN, Leger- en Vlootpred. in algemeenen dienst, het zevende lid, bevindt zich thans tijdelijk in Indië.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 februari 1925

De Wekker | 4 Pagina's

Aan het Nederlandsche volk

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 februari 1925

De Wekker | 4 Pagina's