Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Bondszegelen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Bondszegelen

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

XXXIV.

Wij vonden dus, dat zoowel het subjectivisme, dat den mensch met zijn bevinding in het middelpunt stelt, als het apriorisme, dat met een eigen vooropgezette meening werkt, door Schrift en Confessie wordt veroordeeld. Gaan wij nu de Heilige Schrift na, die immers voor ons alleen kenbron der waarheid mag zijn en die daarom alleen het beslissend woord heeft te spreken, daar geeft zij ons op enkele plaatsen een niet onduidelijke aanwijzing, wat wij, onder het „heilig” zijn uit kracht des verbonds hebben te verstaan. Wij laten ons soms te veel afleiden door wat deze of gene vooraanstaande theoloog heeft gezegd, en laten dan de Schrift niet genoeg recht wedervaren, 't Is wel opmerkelijk, dat de zwakke zijde van veler dogmatisch systeem uitkomt in het tekort aan Schriftuurlijk bewijs. Men werpt elkander tal van citaten van dogmatici voor de voeten. Menig student is aardig thuis in de Theologie van Voetius, of in de filosofische-theologische beschouwingen van Dr. den Hartog of raakt zoo'n beetje thuis in de school van Dr. Karl Barth, maar struikelt soms over de eenvoudigste Schriftuurplaatsen om een of ander dogma te fundeeren.

En toch, de Heilige Schrift moet ons boven alle menschel ijk redeneeren en dogmatisch-systemen tot gids zijn. „Wat zegt de Schrift” het is de eenvoudige en toch weer alles beslissende vraag voor den echten Gereformeerden belijder. Ik vind heel goed, wat Comrie gezegd en wat Brakel geleerd en wat Calvijn betoogd heeft, maar laatste grond van alles blijft toch maar weer de Heilige Schrift. Zelfs onze Gereformeerde belijdenis, hoeveel hooger deze ook staat boven elk citaat van den meest gevierden theoloog, mag niet het laatste woord hebben. Hiermede hebben wij onze Gereformeerde Confessie niet gekleineerd, maar veeleer geëerd.

Immers onze belijdenis zelf wenscht niet het uitsluitend normatief gezag te hebben, maar stelt zich onder de Schrift en wil altijd appellabel zijn aan de Schrift.

Opmerkelijk is dan ook, dat telkens, waar de Gereformeerde belijdenis het subjectieve element accentueert, als bijv. in art. 5, waar gesproken wordt over het getuigenis des Heiligen Geestes in ons, of art. 9, waar gewezen wordt op werkingen, die wij in ons gevoelen, dat eerst in diezelfde artikelen met nadruk de objectieve maatstaf is gesteld en gesproken wordt van „de getuigenissen der Heilige Schriftuur” art. 9, en van de boeken, die wij alle voor Heilig en Canoniek ontvangen om ons geloof naar dezelve te regelen, daarop te gronden en daarmede te bevestigen” art. 5.

Is het dus voor een Gereformeerd belijder voor geen tegenspraak vatbaar, dat ten laatste alleen Gods Woord maatstaf moet zijn, dan moet telkens en telkens weer heel ons dogmatisch denken en heel ons bevindelijk leven een Bijbeldoop ondergaan, willen wij niet op paden van scholasticisme en mysticisme dolen. Zoo zullen wig in ons theologisch denken bewaard blijven voor allerlei bespiegelingen en spitsvondige redeneeringen en in ons bevindelijk leven niet ons laten leiden door wat die diep doorgeleide vrouw of die vergevorderde man zegt — want menscben vallen tegen — maar wat God in Zijn Woord als pad des levens wijst, als kenmerk des levens aangeeft.

Geen grooter dienst kunnen wij ons zelf en anderen bewijzen dan elkander terug te roepen tot de Heilige Schrift. Natuurlijk wil ik geen oogenblik vergeten, dat ook hier geldt: „elke ketter heeft zijn letter”, en eveneens, dat geen verstandelijk beroep op den Bijbel reeds een bewijs voor bevindelijk leven zou zijn, maar zulke wilde scheuten aan dezen boom zeggen niets tegen, maar alles vóór zijn innerlijke levenskracht.

Wanneer wij de Heilige Schrift willen onderzoeken, wat zij leert omtrent het „heilig zijn” van de kinderen des verbonds, en wij op dit bepaalde punt vragen naar de meening des Geestes, dan heeft het mij tot heden verbaasd, hoe men er toe gekomen is om de historische lijn van het verbond der genade te verlaten, om de objectieve verbondsrelatie prijs te geven en daarvoor te stellen de leer van een genadeverbond van eeuwigheid of de leer van een subjectieve geestelijke vernieuwing als grond voor den doop! Het heeft mij ook ten zeerste verbaasd, dat „de Saambinder” het orgaan der Gereformeerde gemeenten, dien kant uit wilde. Ik had nooit gedacht, dat men aan die zijde zoo arm was aan dogmatisch bewijs uit de Heilige Schrift zelf. Want ook hier geldt niet, wat Hellenbroek of wat Comrie of de Kern van Francken leert, maar: wat zegt de Schrift, moet hier allereerst het dogmatisch bewijs leveren. Wie de leer van het verbond der genade van eeuwigheid wil beredeneerd zien, behoeft zich niet op Comrie of Hellenbroek te beroepen, dan kan hij beter bij Dr. Kuyper Sr. ter school gaan, die als het op redeneeren en scholastisch argumenteeren aankomt, al die genoemde oude theologen verre achter zich laat. Ook Dr. Kuyper Sr. roemt bijv. Comrie om zijn leer van het genadeverbond met de uitverkorenen. (Wie lust heeft, kan dat nazien in Kuyper's dictaten-dogmatiek Locus de foedere gratiae specialis Ibd. 143). Ook daar leert Kuyper een verbond uitsluitend in de eeuwigheid met Christus als het hoofd der uitverkorenen opgericht, en verschilt alleen hierin van Comrie, dat deze leert een genadeverbond van eeuwigheid met de uitverkorenen. Maar waar blijft het Schriftuurlijk bewijs. Kuyper geeft geen enkel Schriftuurlijk bewijs, hier moeten wij met zijn logiechen redeneertrant tevreden zijn. En de anderen, bijv. Francken?

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 juli 1928

De Wekker | 4 Pagina's

De Bondszegelen

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 juli 1928

De Wekker | 4 Pagina's