Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

John Bunyan 7

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

John Bunyan 7

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het laatst zagen we Bunyan in de gevangenis te Bedford, waar hij gedurende twaalf jaren het beste deel van zijn leven heeft doorgebracht. Hij heeft in dezen kerker vaak een poort der hel geopend gezien, als Satan kwam met zijn aanvechtingen; maar ook werd hem niet zelden de deur des hemels geopend, waaruit het vertroostend licht van Gods aangezicht hem verkwikte en sterkte. Hij heeft in de gevangenis zijn droefheid en blijdschap, zijn licht en zijn duister gekend. Hij was een te getrouw herder om bij oogenblikken geen zorg en smart te hebben als hij gedacht aan zijn kleine gemeente, die zonder opzicht was. Hij was een te liefhebbend vader, dat de zorg over zijn gezin hem niet meermalen zou bezwaard hebben. Maar de vader en de herder mocht zijn levensdruk leggen in de hand van zijn getrouwen en liefdevollen Ontfermer. En in zulke tijden zong hij Gods lof, met liederen door hem zelf vervaardigd, want Bunyan was ook dichter. Wie zal zeggen voor hoevelen dat gezang in den kerker nog tot zegen is geweest. Toen Paulus en Silas in de gevangenis hun psalmen in den nacht zongen, luisterden ook daar de gevangenen naar hen.
Toch vond Bunyan in den kerker een arbeid, die niet alleen aan hem een gezegende afleiding gaf, maar waardoor hij tot rijken zegen is geworden, meer dan hij ooit door prediking kon bereiken. Ik denk hierbij aan zijn schriftelijke nalatenschap, zijn kostelijke boeken, waardoor hij schatten voor de komende geslachten heeft nagelaten. Maar daarover later.
Zijn gewone arbeid was het maken van veters, een kunst, die hij zich in de gevangenis heeft eigen gemaakt. Niet zelden gebeurde het ook, dat hij zielezorg kon oefenen aan degenen, die hem ook hier kwamen bezoeken. Het ging hem als Paulus te Rome, die als een gevangene van den keizer aan een krijgsknecht was gekluisterd, maar die toch ook in zijn eigen gehuurde woning de broeders mocht ontvangen. Vol bereidwilligheid om te helpen waar hij maar kon, vergat de man Gods zijn eigen banden, om bedroefden te troosten, struikelenden te sterken.
Wat betreft de behandeling van Bunyan door de cipiers, hieromtrent zijn de mededeelingen niet eensluitend. Volgens sommigen zouden zijn bewakers gevleeschde duivelen geweest zijn, die zich slechts beijverden om de gevangene het leven te vergallen. Naar het getuigenis van anderen waren de cipiers halve engelen, die Bunyan op de meest voorkomende wijze hebben gediend, en den druk hebben verlicht. In beide voorstellingen spreekt de zucht tot overdrijving. Bedford's gevangenis is volstrekt de slechtste in Engeland niet geweest. Althans Bunyan had tot op zekere hoogte een vrijheid, welke andere gevangenen moesten ontberen Het schijnt hem als Jozet in de kerker te zijn gegaan; deze toch vond genade in de oogen van den cipier. Het gebeurde meer dan eens, dat hij met goedvinden van den gevangenbewaarder zijn cel verliet om in alle stilte hier en daar het Woord Gods te bedienen. Wel bewijs, dat hij in hooge achting stond, en dat de cipier in zijn goede, trouw een onbepaald vertrouwen stelde, want niet dan met gevaar voor zijn positie en vrijheid, stond hij den gevangene deze vrijheid toe.
Zoo gebeurde het eens, dat Bunyan weer een uitstapje maakte. Ditmaal was Londen de plaats, waar hij de gemeente met de prediking des Woords troostte en versterkte. Hij had daarna nog eenigen rijd om te toeven, maar door een onverklaarbare aandrang bekort hij zijn vrijheid en keert binnen den vastgestelden tijd naar de gevangenis terug. Nauwelijks is hij binnen, of de overheid komt zich omtrent den toestand der gevangenen overtuigen. Wellicht was het haar ter oore gekomen, dat de ketellapper hier en daar optrad, in elk geval, ook zijn cel werd geinspecteerd, maar de gevangene was aanwezig. Toch moest de cipier een verhoor ondergaan, en hoewel hem niets bewezen kon worden, moest hij toch een ernstige berisping aanhooren. Maar hiermede was het ook met het uitgaan van Bunyan gedaan.
In 1672 sloeg eindelijk de ure zijner vrijheid. Welk een heerlijke dag was het, waarop hij weer tot gezin en gemeente mocht terugkeeren. Er waren aan de prediking des Woords nog vele hindernissen verbonden; deze zouden eerst met de komst van Koning Willem, den Stadhouder van Holland, verdwijnen, en voordat het zoo ver was, had Bunyan reeds de strijdende met de triumfeerende kerk verwisseld. De onbelemmerde vrijheid in de prediking heeft Bunyan niet gekend; zijn secte werd overal tegengesproken. Als een geharnast ridder is hij in den vollen strijd gevallen, maar in getrouwheid aan zijn Koning.
J.W. Geels

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 januari 1929

De Wekker | 6 Pagina's

John Bunyan 7

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 januari 1929

De Wekker | 6 Pagina's