Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Huiscatechesatie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Huiscatechesatie

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Nu ik toch de begrippen huiscatechisatie en huisgodsdienstoefening niet heel nauwkeurig van elkander gescheiden heb (Er is wel onderscheid tusschen beiden, huisgodsdienstoefening is een breeder begrip dan huiscatechisatie) wil ik ook even stilstaan bij het gebed aan den huiselijken disch. Dat dit niet maar moet zijn, een even de oogen sluiten en handen vouwen is overbekend. De huisvader is priester thuis, en moet den priesterlijken dienst der gebeden verrichten. Ook al zijn er geen kinderen in het gezin, heeft hij nog de roeping, voor en na den maaltijd overluid te bidden; hoeveel te meer is dit zijn plicht bij aanwezigheid van kinderen. Ik weet het, ’t valt wel eens niet mee, in gebed en dankzegging voor te gaan. Vooral als je je jongen eerst een flinken draai rond de ooren hebt gegeven en je bloed kookt, en dan daarop de handen vouwen en God vragen om Zijn zegenend woord over Zijn gave! Maar, enfin, dat komt toch niet alle dag voor, naar ik hoop. Hoe is echter het dagelijksch tafelgebed? Sommige vaders doen het als sommige ouderlingen en diakenen in de consistorie-kamer. Vlak voor het aanvangen van den dienst des Woords moet broeder A. of broeder B. „een zegen vragen”. Begrijp goed, een zegen voor den dienaar des Woords, een zegen, die inhoudt een ware en vrijmoedige bediening des Woords. Maar de lieve broeder A. verstaat onder een zegen heel wat anders, wat blijkt uit zijn ellenlange gebed, waarin hij bekeerd en onbekeerd in de gemeente, met nog weer verschillende nuanseeringen in bekeerd en onbekeerd, ja zelfs land en volk en dan weer inzonderheid land en volk in zijn diepen afval van God opdraagt aan den troon der genade. Die langwijlige broeder A. schijnt heel geen notie er van te hebben, dat zijn arme dominé zijn handen als een vaatdoek staat te wringen van nerveusheid, bezet met kanselvrees als hij is. Die lieve biddende broeder doet net alsof hij de dominé is en zijn gebed in de consistorie beschouwd moet worden als een voorgaan voor de gemeente. Och, de man handelt zoo ter goeder trouw. Nu is het echter jammer, dat hij zooveel navolgers heeft, die minder ter goeder trouw handelen en zoo lang en over alles en nog wat bidden, en omdat zij zichzelf zoo graag hooren en omdat zij anderen zoo gaarne laten hooren, hoe innig zij wel bidden kunnen. Dergelijke gevallen komen helaas ook wel eens voor aan den huiselijken disch. De spijze staat reeds op tafel, de behaaglijke geuren prikkelen het reukorgaan. Vader (soms een meegebrachte vriend) gaat voor in smeeking. Hij bidt, hij blijft bidden, hij blijft almaar door bidden. Waar hij de woorden vandaan haalt? Je weet het niet. Hij heeft al tien keer gezegd, dat wij alles verbeurd hebbende zondaars zijn. Ook komt hij onder het bidden in de standen van het geestelijk leven of van zichzelf of van anderen. Hij schijnt zoo zwaar geestelijk geladen te zijn, dat hij eigenlijk alleen maar oog heeft voor de behoeften zijner onsterfelijke ziel en voor de „nimmer eindigende eeuwigheid”. En ja, vooraleer hij eindigt, schiet hem opeens te binnen, dat hij en zijn huisgenooten ook nog een lichaam hebben en er dampende spijze op tafel staat, en daarom besluit hij zijn gebed met een enkel woord, dat spreekt van „alles verbeurdhebbende gaven” en een „wel gedijen”. Zeg nu niet, dat ik overdrijf, lezers. Ik heb het zelf meer dan eens, ja verscheidene malen meegemaakt, dat er aan een tafel, waar ook onderscheidene kleine kinderen zaten, aldus gebeden werd. Ik geloof, dat daar zelfs geen verkeerd opzet in ’t spel was, en dat doet veel verdragen. De huisvrouw van opgemeld gezin was ook een godvreezend mensch, ja waarlijk godvreezend, maar met een nuchter oordeel. En wat deed ze onder het lange bidden van haar man? Ze schepte de kleintjes, die niet stil meer konden zitten, alvast maar wat eten op d’r bord en liet ze begaan...... ! Ik weet, dat die „zij” en „hij” dit niet zullen lezen, maar zoo hier en daar schuilt onder ons misschien ook zoo’n „hij” en zoo’n „zij”. Voor beiden zij dit geschrevene tot bestiering en waarschuwing, maar allermeest voor dien „hij”, ziet u! Laat ons gebed aan den disch berekend zijn op het ontluikend verstand van onze kleinen, laat het toch kort en zakelijk en vooral heel eenvoudig zijn. Laten onze kleinen langzamerhand gaan beseffen, waarom zij hun handjes moeten vouwen, hun oogen sluiten en na of voor hun kindergebedje nauwkeurig moeten luisteren naar vader. Dit is wel geen huiscatechisatie, maar huisgodsdienstoefening. Dit heeft echter zoo groote waarde voor de huiscatechisatie. Onze kinderen moeten tenslotte niet gaan walgen van ons mooie gebed. Ze moeten niet blij zijn als vader er eens niet is, en er maar kort en stillekens gebeden wordt. Wel heeft een ouder heel wat werk om te zorgen, dat ze zelf hun gebedje niet afroffelen of opdreunen. Sommige kinderen hebben daar zoo’n handje van, nietwaar? Welk een ernstige en teedere taak voor vader en moeder, om bij de kinderen ’t besef te wekken van de beteekenis des gebeds en dit besef levendig te houden. Gelukkig, dat de groote kinder-Vriend Jezus ons ouders daarin te hulp wil komen. Mochten wij om die hulp maar dikwerf bedelen. Bedelen, ten behoeve van ons zelf, bedelen ten behoeve van onze kinderen.
                                                                                SALOMONS

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 februari 1932

De Wekker | 4 Pagina's

Huiscatechesatie

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 februari 1932

De Wekker | 4 Pagina's