Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kerk en Staat

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kerk en Staat

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Rijksdag geopend — de Rijksdag ontbonden — nieuwe verkiezingen in November.
’t Klinkt heel gek, wat wij daar neerschreven.
Maar ik verwacht dat dit het verloop der gebeurtenissen in de week van 11— 17 September zal wezen.
Wel zal de Rijksdag zelf wanhopige pogingen doen om dezen gang van zaken te voorkomen. Want hij is voor niets zoo beducht als op non-activiteit gesteld te worden.
Reeds bij de samenstelling van het bureau van den Rijksdag trad dit zonneklaar aan het licht.
Het Centrum en de Nazi’s hadden vooraf de heele zaak in kannen en ’kruiken gedaan en het heele bureau kwam zonder horten of stooten tot stand.
De Nazi’s werkten broederlijk met het Centrum samen en de Socialisten konden dit samengaan aanzien. Niet prettig dunkt me is dit voor Loebe, den afgetreden president, geweest.
Maar als de politiek in het spel komt, dan worden de oude bondgenooten verloochend en nieuwe er voor in de plaats gesteld.
Niet één socialist werd in het bureau van den Rijksdag opgenomen.
De president van den nieuwen Rijksdag is de Hitlerman Göring en diens eerste woord was het constateeren van een parlementaire meerderheid, die geschikt was om vruchtbaren arbeid te verrichten.
Hij stelde ook voor, dat deze blijde gebeurtenis onmiddellijk aan den Rijkspresident zou worden medegedeeld, opdat hij in zijn onderhoud met den heer Von Papen daarmede rekening zou kunnen houden, Besloten werd, dat er telegrafisch een onderhoud met den president zou worden aangevraagd, want men was zeer bevreesd, dat de president aan den heer Von Papen zoodanige volmachten zou geven, dat hij straks den Rijksdag zou gaan toespreken met de bekende roode portefeuille voor zich.
En dat wilde de Rijksdag tot iederen prijs voorkomen.
Maar de president, die in de laatste weken blijk geeft van bijzondere activiteit en er heel niet opgesteld is om bij den neus genomen of geblinddoekt te worden, liet de heeren weten, dat er niet zoo’n haast gemaakt behoefde te worden, want dat hij binnenkort in Berlijn kwam en daar dan heel gaarne de heeren ontvangen zou.
Maar ondertusschen ging het onderhoud met Von Papen door en naar algemeen verzekerd wordt, heeft hij, wanneer hij den Rijksdag ontvangt, het ontbin-dingsbesluit in de portefeuille.
Dat zal den Rijksdag wel een beetje tot gematigdheid stemmen. Maar dat zich in de besprekingen een parlementaire meerderheid afteekenen zou, gelooft niemand. Wel zal er zich een geweldige meerderheid tegen Von Papen uitspreken,
Maar indien dit geschiedt zal de Rijksdag daarmede zijn eigen lot bezegelen en eenvoudig tot nader order naar huis gezonden worden.
De president is den onvruchtbaren partijstrijd in den Rijksdag moe. De Rijksdag komt niet bijeen om elkander den mantel uit te vegen, maar om noodzakelijk en vruchtbaar werk te doen en gezien dit met het oog op de samenstelling van den Rijksdag niet te verwachten is, zendt hij hem eenvoudig naar huis wanneer hij een motie van wantrouwen tegen zijn regeering durft aan te nemen. Want zoo staat de zaak.
Het ministerie Von Papen is de regeering van den president. Van niemand anders. En door middel van die regeering heerscht de president over Duitschland. De grondwet van Weimar is daarmede buiten werking gesteld en bij noodverordening kondigt de president al die maatregelen af, die hij in de gegeven omstandigheden noodig oordeelt, afgedacht of de volksvertegenwoordiging deze goedkeurt of niet.
Feitelijk dus de dictatuur, die alleen mogelijk is, wanneer men over de macht beschikt zichzelf als dictator te handhaven.
Maar over die macht beschikt hij, en die meenen mocht dat dit in Duitschland tot revolutie zou kunnen leiden rekent buiten de Rijksweer en den minister van Defensie, Von Schleicher, den man achter de schermen.
Deze man treedt in de laatste dagen meer op den voorgrond en blijkt een van de handigste diplomaten van dezen tijd te zijn of te zullen worden. Want hij verstaat de kunst om te verdeelen en daardoor te heerschen.
Hij is de man die op het oogenblik Frankrijk heel voorzichtig maar zeker van zijn steun en hulp in en buiten Europa aan het berooven is.
Hij leidt het daarheen, dat, tenzij Frankrijk bakzeil haalt, het aanstonds voor het „zwarte schaap” wordt gehouden.
Want wat is er deze dagen geschied?
De Regeering van Duitschland heeft aan de andere mogendheden bij nota verzocht, inzake de bewapening, voortaan op gelijken voet te worden behandeld.
Men kon dit verwachten.
Een land als Duitschland laat zich op den duur niet als een quantité néglige-able in de wereld behandelen.
Maar hoewel het te verwachten was, hoewel Von Papen er in Lausanne reeds voorloopig kennis van gegeven had, is men er in Parijs dusdanig van geschrokken, dat men er onmiddellijk een ministerraad onder leiding van den president der Republiek over heeft gehouden.
En de Fransche pers slaat alarm.
Maar Duitschland gaat voor dat „alarm” niet opzij en heeft nu aan Genève medegedeeld, dat het niet meer ter ontwapeningsconferentie verschijnen zal tenzij dat het daar komen kan met de zelfde rechten als de anderen.
Dat lijkt zoowat op een ultimatum.
Maar het bewijst dat er een regeering aan het roer zit, die niet alleen naar binnen, doch ook naar buiten goed weet wat zij wil.
En als von Schleicher zoowel naar binnen als naar buiten doorzet, dan zit alles zoo losjes met elkaar, dat men zich heusch niet behoeft te verwonderen, dat er in de komende weken heel wat van die heilige huisjes op internationaal gebied zullen vallen.
Want als Engeland kiezen moet tusschen Duitschland en Frankrijk kiest het voor Duitschland.
En Italië insgelijks.
En de publieke opinie erkent, dat de eisch van Duitschland gerechtvaardigd is. Het woord is nu aan Frankrijk. Herriot heeft geen prettigen tijd.
Als mensch moet hij instemmen met Duitschlands verzoek, maar de politicus is helaas dikwijls in lijnrechten strijd met den mensch.

Den Haag. 

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 september 1932

De Wekker | 4 Pagina's

Kerk en Staat

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 september 1932

De Wekker | 4 Pagina's