Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Weet niet beter ?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Weet niet beter ?

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In de Wachter van 23 Dec, j.l. wordt de vraag gedaan:
Wat is het verschil in den Heiligen Doop tusschen de Gereformeerde Kerken en de Christelijk(e) Gereformeerde Kerk?
Antwoord: Daar is geen verschil tusschen.
In beide kerken wordt gedoopt op grond van de beloften van het genade-verbond voor ons en onze kinderen, zoo keurig uiteengezet in het Doopsformulier. dat in beide kerken onveranderd wordt gebruikt.
Ik weet wel, van Christelijk Gereformeerde zijde wordt onze Gereformeerde Kerken in de schoenen geschoven, dat wij doopen op grond van de veronderstelde wedergeboorte. Maar dat is niet waar. Uitdrukkelijk werd door de Synode onzer Kerken in 1905 uitgesproken, dat de grond voor den doop is het bevel en de belofte Gods.
Zie eens bij Uwe predikanten ter lezing te krijgen de „korte Verklaring van de Synode der Gereformeerde Kerken, gehouden te Utrecht, Augustus 1905, aangaande eenige punten der leer, waarover geschil was gerezen”. Daaronder vinden wij als 4e punt een verklaring omtrent de „onderstelde wedergeboorte”,
Hierop antwoord ik:
Er is geen sprake van „in de schoenen schuiven”.
Wij zeggen niet, dat de Gereformeerde kerken doopen op grond van veronderstelde wedergeboorte. Laat men toch waar zijn, en zijn lezers niet wat in de schoenen schuiven”.
Wij zeggen dit: doopen op grond van het bevel en de belofte Gods is door de Gereformeerde kerken aldus verklaard (zie Synode 1905): dat krachtens deze belofte Gods het zaad des verbonds is te houden voor wedergeboren en in Christus geheiligd,
Hieruit blijkt, dat belofte Gods en houden voor wedergeboren twee lijnen zijn die elkander dekken.
Zoodra de Gereformeerde kerken hiervoor ons het schriftuurlijk bewijs leveren zullen wij niet meer spreken van een onschriftuurlijke leer.
Gods beloften zijn rijk, maar stellen noch onderstellen ooit iets in den mensch, doch zeggen, wie God in Christus is voor den mensch en bezegelen dit voor het kind des verbonds.
Hierom spreekt de God des Verbonds van „Zijn volk en Zijne kinderen”, en schrikken wij er niet voor terug om bij elke doopsbediening te spreken van „dit Uw kind”, maar dan niet in den zin der Gereformeerde kerken, maar in den echt schriftuurlijken zin.
Het is in dezen zin, dat Petrus spreekt:
Gijlieden zijt kinderen der profeten en des verbonds, hetwelk God met onze vaderen opgericht heeft, zeggende tot Abram: En in Uw zaad zullen alle geslachten der aarde gezegend worden, God opgewekt hebbende. Zijn kind Jezus heeft Hem eerst tot U gezonden, opdat Hij Ulieden zegenen zou daarin, dat Hij een iegelijk afkeere van Uwe boosheden,
Hier wordt niet geleerd:
Gij zijt niet in het verbond, tenzij uitverkoren (de gereformeerde gemeenten).
Gij zijt in het verbond en daarom houden wij U voor wedergeboren (de Geref. Kerken).
Maar hier wordt geleerd:
Gij zijt in het verbond, en daarom komt tot U eerst de Christus om U te zegenen met de zegeningen van de beloften van het verbond.
Deze betrekking tot den Drieëenigen verbonds-God ga voorop; dat is de echte objectieve schriftuurlijke verbondslijn.
Zullen echter de zegeningen van deze verbondsbetrekking ons persoonlijk deel worden, dan moet hierop volgen de subjectieve verbondsbeleving uit den Heiligen Geest, waarop ons doopsformulier doelt als daar staat van deze subjectieve genade: dat de Heilige Geest ons toeëigent (dat is de subjectieve lijn) alwat wij in Christus hebben (dat is de objectieve lijn). Niet de belofte Gods als onderstelde wedergeboorte moet uitgangspunt zijn in de bediening des Woords, maar de noodzakelijkheid van de toeëigening uit den Heiligen Geest, naar den ader van een echt schriftuurlijke, gereformeerde verbonds-prediking moet hier met nadruk den kinderen des verbonds worden voorgehouden.
Van kind des toorns te worden een kind van God, ziedaar, wat zielbevindelijk in de lijn des verbonds moet geleerd worden.
Zou hierom ook ons doopsformulier beginnen met de woorden, dat wij kinderen des toorns zijn en dat wij wederom geboren moeten worden?
Wij moeten elkander niets in de schoenen schuiven, wij moeten elkander de waarheid durven zeggen.

Zou „de Wachter” ook dit stukske willen overnemen, gelijk wij het gedaan hebben?
Dan weten ook de lezers van de Wachter, wat ze aan die schoenen hebben.

Apeldoorn.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 december 1932

De Wekker | 6 Pagina's

Weet niet beter ?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 december 1932

De Wekker | 6 Pagina's