Kerkelijke berichten
Delft, 24 Maart 1934.
Het was bij vernieuwing een dag van bijzondere vreugde voor de gemeente van Delft, toen Dinsdag 20 Maart, onze eigen herder en leeraar Ds J.A. Riekel tot zijn arbeid in ons midden werd ingeleid, door den consulent Ds L.Th, v.d. Meiden van 's-Gravenhage (centrum).
Als tekst voor dezen avond was gekozen 1 Thess. 5 vers 12—13.
Als hoofdgedachte plaatste spreker: ,,De houding der gemeente tegenover haar Dienaar,"
1. Kenbetoon van zijn werk,
2. Eerbetoon om zijn werk,
3. Vruchtbetoon onder zijn werk.
Na voorlezing van het formulier zingt de gemeente staande Psalm 134, vers 3.
Donderdagavond 22 Maart deed Ds J.A. Riekel zijn intrede. Het kerkgebouw was tot in alle hoeken gevuld.
Een groot aantal leden der Gem. Sliedrecht was mede aanwezig, om deze plechtige ure bij te wonen. Voorts waren aanwezig de consulent, tevens bevestiger Ds van der Meiden van Den Haag, afgevaardigde der Classis 's-Gravenhage, Ds de Jong van Rijnsburg, terwijl bericht van verhindering was ingekomen van Ds Molenaar, Ds van der Kodde, en van B. en W. der gemeente Delft.
Na een woord van inleiding bepaalde Ds Riekel de gemeente bij Collossenzen 1, vers 28.
Als hoofdgedachte werd gesteld „De getrouwe Christusprediking van den dienaar geëischt."
1. Ter oorzake van de rijke stof, daarin gelegen.
2. De gepaste wijze, waarin zij wordt gebracht,
3. Om het verheven doel, daarin voorgesteld.
Na de prediking richt spreker zich tot de verschillende afgevaardigden, bevestiger, kerkeraad, gemeente en vereenigingen, waarna Ds Riekel op hartelijke wijze wordt toegesproken door Ds van der Meiden als bevestiger. Ds van Ree namens de Classis 's-Gravenhage, Ds de Jong als vriend, afgevaardigde van Sliedrecht, en door den Voorzitter van den Kerkeraad der gem.Delft,, die hem met de zijnen een hartelijkwelkom toeroept in ons midden.
Dankbaar mocht de gemeente huiswaarts keeren, ziende de rijke weldaden, die de Heere geschonken heeft.
Mochten wij 29 Juni 1933 een nieuw kerkgebouw in gebruik nemen, thans mochten wij (na ruim 10 jaar vacant te zijn geweest) weer een eigen Herder en Leeraar ontvangen.
Wij zeggen namens den kerkeraad, Professoren, predikanten en studenten, die de gemeente in den vacanten tijd hebben gediend, hartelijk dank voor den arbeid in ons midden verricht.
Bovenal een woord van dank aan onzen Hooggeaohten Consulent Ds van der Meiden van Den Haag, die den kerkeraad met herderlijke trouw terzijde stond.
De Heere zegene U allen te zamen, en doe U ook eenmaal aanschouwen de vruchten van den arbeid in ons midden verricht.
Namens den kerkeraad.
A. Veldhoen, Scriba.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 maart 1934
De Wekker | 4 Pagina's