Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De ernst ontbrak? (II)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De ernst ontbrak? (II)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In de Rijnl. K.b. (overgenomen door de „Bazuin”, als bewijs hoe in 1892 vaak de ernst ontbrak), wordt gezegd dat de heer Bos te Woerden als vertegenwoordiger van de Afgescheidene Kerk zijn stem gaf tot de vereeniging.
Wat weet die Rijnl. K.b, dat toch goed! Zou het waar zijn? Ds. van Reenen, pred. te Woerden, wekt de lezers van dat blad op tot studeeren over wat in deze en dergelijke kwesties is geschreven. Vóór hij echter het stukje van dien ouderling te W. opnam, had hij de geschiedenis eerst wel beter mogen bestudeeren.
Hoe toch stond het met dat medegaan van den heer Bos inzake de Vereeniging?
Op de Synode van 1892 te Amsterdam werd besloten den naam Christelijk Gereformeerd te behouden, doch de Synode der doleerenden verwierp dit voorstel en zond bericht met dien naam zich niet te kunnen vereenigen. Zelfs zou heel de vereeniging er door zijn afgesprongen. En nu stemde de Synode der Chr. Geref. Kerk nogmaals om te besluiten dien naam dan maar te ruilen met „Geref. Kerken”, die (men vergete dit nooit) verklaarden bij monde van de Voorl. Syn. der Ned. Geref. Kerken „dat de vereeniging alleen mogelijk is, zoo de Synode der Christ. Geref. Kerk het haar onderscheidend bijvoegsel n.l. „Christelijk” laat varen”.
Op de Synode der Christ. Geref. Kerk was in 1892 ook afgevaardigd de ouderling G. Bos uit Woerden. Bij de stemming om den naam „Christelijk” los te laten, stemden twee afgevaardigden tegen, één daarvan was G. Bos.
Toen het bezwaarschrift van de pred. Wisse en van Lingen tegen de vereeniging was besproken en de voorzitter het advies in stemming bracht om aan het bezwaarschrift geen gevolg te geven, werd dit advies met alle stemmen op één na, aangenomen. Die ééne tegenstemmer was G. Bos, zooals hij mij later meedeelde. Zie Art. 37 Acta Synodi van Amsterdam 1892.

Wat blijft er nu over van de bewering in de Rijnl. K.b.? Neen br. Bos was beslist tegen de vereeniging, zag de bezwaren, stemde in met den inhoud van ons bezwaarschrift en kwam na ernstig en biddend onderzoek tot het besluit, al duurde dit negen maanden, om terug te keeren tot de Christ. Geref. Kerk.
Maar dat over en weer prediken dan, wat ook al weer niet van ernst getuigt volgens K. S. in „de Bazuin”. Hierop laten wij het antwoord aan br. Bos in „de Wekker” van 21 April 1893 volgen:
„Ik kon en wilde niet met de vereeniging medegaan. Ik kan echter in waarheid zeggen, dat ik mij geweld heb aangedaan om mijzelf te overmeesteren. Ettelijke malen heb ik mij zelfs laten bewegen door mijnen Kerkeraad, en door de doleerenden om bij hen voor te gaan, maar ik gevoelde mij er niet tehuis. Tweemaal heb ik de classis bijgewoond. Ik liet mij zelfs in twee commissiën benoemen, maar hoe ik mij trachtte te houden alsof ik er mij thuis gevoelde, dat was en bleef hetzelfde.
Mijn mede-ouderling was opgewonden en wilde maar ineensmelten, maar ik versta dat woord niet goed. God regeert! Zijne wegen zijn niet de onze. De toestand heeft mij vaak doen zuchten; het heeft mij slapelooze nachten gekost en vaak tot den Heere doen roepen om licht in den weg. Het heeft mij vaak doen vragen; weet gij het dan beter, dan zoovele verstandige mannen, die zoo luide de zaak der vereeniging toejuichen, die roepen: „er is niets veranderd; alles is gebleven zooals het was.” Ik vroeg mij zelf af: zijt gij ook te door en door Christelijk Gereformeerd? En kunt gij niets anders dulden? En dan durfde ik voor den Heere getuigen, dat ik wel anderen dulden kan, maar in den godsdienst nooit met dat oppervlakkige hoopte mede te gaan. En dan een streep, zoo dik mogelijk, door onze geschiedenis te halen, opdat er na een klein getal jaren geen overblijfsel van te zien mocht zijn? Neen, riep ik in mijzelven uit: „Eere der Afscheiding, die ik als kind heb doorleefd.”
Zoo sprak br. Bos, welk een zielsproces heeft hij doorgemaakt eer hij kon beslissen tot de Chr. Ger. Kerk terug te keeren. Deze ernstige broeder handelde niet zonder ernst. Deze ontslapene is belasterd, waarbij de ernst ontbrak.

d. B.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 november 1934

De Wekker | 4 Pagina's

De ernst ontbrak? (II)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 november 1934

De Wekker | 4 Pagina's