Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Onze Kerkregering

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Onze Kerkregering

Art. 82 D.K.O. Attestariën

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Art. 82 onzer Kerkorde luidt aldus:
„Degenen, die uit de gemeente vertrekken, zal eene attestatie of getuigenis huns wandels, met advies des Kerkeraads, mede gegeven worden onder het zegel der Kerken, of waar geen zegel is, van twee onderteekend.”
Dit artikel eischt breeder bespreking dan het voorgaande. Het gaat hier over attestatiën, die den vertrekkenden uit de plaatselijke gemeente naar eene andere, moet worden meegegeven. Allereerst komt hier de vraag ter sprake, wat onder eene attestatie verstaan moet worden. Art, 82 omschrijft eene attestatie als een getuigenis van den wandel. In 1905 is in de Gereformeerde Kerken deze benaming veranderd in: getuigenis aangaande belijdenis en wandel. Deze omschrijving is juister. Het gaat toch niet alleen over de vraag of vertrekkende leden onberispelijk zijn in hun wandel, maar ook of zij de waarheid zuiver belijden, met de leer der Kerk geheel instemmen, geen dwalingen aankleven, dus gezond zijn in het geloof, eenmaal den heiligen overgeleverd. Het zou niet verkeerd zijn als een volgende Synode besloot Artikel 82 in dien zin te wijzigen.
Een attestatie is dus: Een getuigschrift, behelzende eene verklaring omtrent geloof en wandel, afgegeven door een Kerkeraad aan een lid der gemeente, die van de eene plaats naar de andere verhuist. opdat de Kerkeraad van de plaats, waarheen het lid vertrekt, wete wien hij ontvangt in zijne gemeente en of hij dat lid kan toelaten tot het gebruik der Sacramenten.
De attestatie staat dus in verband met doop en avondmaal. Iemand, die verhuisd is naar eene andere gemeente kan daar noch den doop voor zijn kind, noch het avondmaal ontvangen, zoolang hij zijne attestatie niet bij den Kerkeraad heeft ingeleverd. Dit heeft de D.K.O. reeds bepaald in Art 61, waar gezegd wordt, dat degenen die uit andere (plaatselijke) Kerken komen, niet zullen toegelaten worden tot het Avondmaal, indien zij geen getuigenis hebben eens vromen wandels. In dit artikel is dus sprake van hen die met attestie binnen komen van de eene gemeente naar de andere. In Art. 82 echter gaat het over hen, die uit de gemeente vertrekken. Moeten de binnenkomenden uit eene andere gemeente vóór het Avondmaal hunne attestatie inleveren naar Art. 61, den vertrekkenden moeten attestatiën worden medegegeven. Dit is eisch van het Gereformeerd of Presbyteriaal Kerkverband. De Kerken of plaatselijke gemeenten vormen te saam geen kerkgenootschap, zooals de Hervormde Kerk is, maar zij zijn een groep van Kerken, die in één kerkverband leven. Daar is het eisch van dat Kerkverband, dat de gemeenten onder elkander correspondentie voeren, door aan vertrekkende leden het getuigenis mee te geven, naar eene andere gemeente in het zelfde kerkverband. Hieruit vloeit ook voort, dat attestatiën alleen kunnen worden afgegeven naar de gemeenten in ons kerkverband en niet aan gemeenten buiten dat verband, zooals Geref. gemeenten, Geref. Kerken. ’t zij in oud of hersteld verband en noch minder aan Hervormde Kerkeraden.
Dit bedoelde dan ook de Synode van 1910 toen zij bepaalde dat geen attestatiën mogen worden afgegeven naar de Geref, gemeenten. Zij wilde daarmede niet zeggen, dat wèl aan gemeenten der Geref. Kerken of Herv. Kerk dit mocht geschieden, maar dat dit verbod geldt voor alle Kerken buiten ons Kerkverband. Hoewel die Synode dit ook bedoelde, had zij zich duidelijker uitgedrukt als zij eenvoudig had bepaald tot de uitspraak:
„Attestatiën naar andere Kerkengroepen worden niet afgegeven.” Aldus geformuleerd is het dan ook in de laatste uitgaaf, n.l. die van 1923 gedrukt bij D.J. van Brummen te Dordrecht, uitgegeven, volgens de opdracht van de Synode van 1922, door mij bewerkt.

d.B.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 februari 1935

De Wekker | 4 Pagina's

Onze Kerkregering

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 februari 1935

De Wekker | 4 Pagina's