Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Groep-Beweging III

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Groep-Beweging III

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Toen Frank Buchman zich aan Christus overgaf was dit het gevolg er van, dat hij direct aan de bestuursleden van het jongenshuis te Philadelphia, tegen wie hij zulk een wrok koesterde, brieven schreef, waarin hij zijn zonden beleed en vergiffenis vroeg. Een groote verruiming des harten kwam over hem, nadat hij dit gedaan had. Schuchterheid kende hij schijnbaar niet, want aan de thee deelde hij zijn huisgenooten direct de heele zaak mee. Deze mededeeling had weer ’t gevolg, dat een zoon des huizes, een student, die van godsdienst niet wilde wreten, dienzelfden dag tot verandering kwam, Buchman was buitengewoon verheugd, dat hij reeds direct een zegen op zijn werk zag en hij voortaan weer opgewekt kon preeken.
Frank Buchman is sindsdien de opgewekte, blijhartige prediker gebleven. Wat hij ondervonden had in dat kerkje te Keswick en als gevolg daarvan zijn eerlijk schuld belijden voor de menschen, met name dat schuldbelijden, is voor hem van beslissenden invloed geweest op zijn verder leven.
Hij leerde inzien, dat hoogmoed een onzer ergste zonden is, en dat het niet voldoende is de zonden te haten en te laten, maar ook, dat men ze moet belijden en weer goed maken. Dit alles heeft een stempel gedrukt, zoowel op zijn ziel als op zijn arbeid. Vanzelf dringt zich de vraag aan ons op: „wat van dit begin bij Buchman te denken?” We kunnen heel erg voorzichtiglijk doen en zeggen: „Iaat ons er toch niet aankomen en oordeelen.” Oordeelt niet, opdat ge niet geoordeeld wordt. Dat is natuurlijk nonsens. Zonder den staat des harten van iemand aan te raken, worden we vanzelf (daar zijn we redelijke, zedelijke wezens voor) gedrongen tot een opinie, over wat iemand ons mededeelt omtrent zijn godsdienstige ervaringen.
Zonder meening is niemand. Of hij moest zijn een geestelijke zoutzak!
Welnu, wat van de ervaring van Buchman te denken? En dan in verband met de beweging, die in deze ervaring haar aanvangpunt heeft?
Er met ruwe hand een dikke streep door te halen en te zeggen: het is allemaal humbug, is onverantwoordelijk. We zouden kunnen vragen: gevoelde Buchman zijn wrok jegens menschen nu meer aan als zonde tegen God of als verhindering om blijmoedig te prediken.
Hoe wist Buchman, toen hij ze per brief beleed, dat God ze hem nu ook vergeven had? Was die verruiming van zijn gemoed soms ook een gewoon psychologisch te verklaren feit, zooals dat bij allen, ook bij niet christenen meer dan eens voorkomt? Is het ook mogelijk, dat Buchman al te hoog wegloopt met deze ervaring en door dit z.g. klaar komen met de zonde nu ook klaar voor God kwam. Altemaal vragen, die zich aan ons opdringen? Nu zien wij, menschen, aan wat voor oogen is, doch de Heere ziet het hart aan. Wat voor oogen is kan ons soms, terecht, minder aanstaan, terwijl ’t met het hart toch in orde is, zoo goed als datgene, wat voor oogen is, doch ons perfect geacht wordt, terwijl de Heere ’t hart verwerpt. De Heere kent degenen, die de Zijnen zijn! Van harte hopen wij, dat Frank Buchman daar ook bij behoort.
Sinds zijn ervaring te Keswick werd deze man als nimmer te voren gedreven om zielen te winnen voor Gods Koninkrijk.
Aan een groote universiteit in Amerika, waar ’t geestelijk, zedelijk leven der studenten allerdroevigst was, gaf hij bijbelcursussen in de studentenkringen, die van zulk een grooten invloed waren, die een 1200 studenten van levensrichting veranderden. In China en Voor-Indië heeft hij gearbeid, in Korea en Japan, en overal sloeg zijn evangeliseerend woord zoo in, dat de vruchten rijkelijk gezegend werden.
Buchman begon met de menschen in grootere of kleinere groepen samen te brengen en in die samenkomsten ging met hij met hen over hun geestelijke nood spreken. In 1921 werd er te Cambridge ook zulk een House-Party gehouden, waaraan deelgenomen werd ook door bezoekers van de hoogeschool te Oxford. Van deze House-party sloeg de vonk over naar Oxford, en zoo werd de hoogeschool aldaar een centrum van evangelisatie-arbeid als nergens elders. We weten, hoe ook in ons land, hier en daar, de groepbeweging, alhoewel aarzelend zich aandienend, vaste voet begon te krijgen en ook in eigen kring er althans zijn die vragen: „dat mag toch dit zijn?” Dit alles is een gevolg van Buchmans onvermoeid arbeiden. Zijn groote kracht, gepaard aan het bezit van schitterende talenten, stelt hem in staat niet alleen vele landen te bereizen, maar ook voor zijn werk te kiezen leiders, die er zijn mogen.
Ongetwijfeld heeft Buchman organisatorisch talent. Toch zegt hij, geen organisatie te willen stichten. Er mag geen vasten vorm zijn voor de beweging. Er bestaat geen lidmaatschap, geen contributie, geen insigne of zetel eener vereeniging. Bezittingen heeft zij niet; ook in geldzaken leeft ze alleen uit het geloof, en heel haar saambindend cement is ’t innerlijk bewogen te zijn en gedreven te worden door den Heiligen Geest. Zij wil zijn de innerlijke kerk in al de kerken; een krachtcentrale, zoowel in als buiten de kerken om ieder mensch te brengen tot de realiteit der Christus-ervaring!

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 november 1935

De Wekker | 4 Pagina's

De Groep-Beweging III

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 november 1935

De Wekker | 4 Pagina's