Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De ambtelijke bediening van den Christus in de geloovigen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De ambtelijke bediening van den Christus in de geloovigen.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Christus is de ambtsnaam van den Heere Jezus. In dezen naam staat uitgedrukt dat de Zaligmaker in den weg eener drievoudige ambtelijke bediening zijn volk zalig maakt; als profeet, priester en koning.
Christus beteekent, gelijk bekend is, Gezalfde, en duidt aan, dat Hij tot zijn ambtelijk werk door den Vader is afgezonderd; en door den Heiligen Geest met name is bekwaamd. Men merke er op, dat Hij dus ambtelijk werk verricht. Een ambt is iets anders dan een ambacht, of een vak en diergelijke. Een ambt noemen wij het als men regelrecht door God aangesteld, tot den specialen dienst van God is afgezonderd, en daartoe met gezag en bekwaamheid door God is bekleed.
Als niemand anders stond wel de Christus regelrecht in den dienst van God, in bijzonderen dienst, tot het allerbijzonderlijkste wat denkbaar is, n.l. de verheerlijking Gods des Vaders in de volkomene zaliging des zondaars.
Christus als Gezalfde, als ambtsbekleder in allerhoogste instantie, het beteekent dus tevens dat Hij een werk heeft te verrichten; hij is profeet, priester, koning. Hij is niet maar een boodschapper van genade; ja genade zelf is niet maar een afkondiging van vergeving, of een leer over en tot behoudenis; neen het is een verlossing in den weg van grooten arbeid; Christus als Christus doet er iets voor; hier is dading Gods te aanschouwen. Hij verlost zijn volk in de sfeer van het recht, Voorwerpelijk en onderwerpelijk bedient Hij het Verbond door uitoefening der genoemde drie ambten.
Als zoodanig is Hij zelf de openbaring en functioneering van goddelijke genade, Hij is als Christus gegrond in het wezen Gods; daardoor is Hij mogelijk, dat Hij als tweede persoon in het Wezen Gods aanwezig is; en werkelijk wordt Hij als Christus uit den wille Gods.
Gegrond in het Wezen Gods, en te voorschijn getreden, uit den wil Gods staan zijn ambten voor ons in het teeken van het eeuwig welbehagen.
En deze bediening nu is tweevoudig, of naar twee zijden, n.l. voorwerpelijk en onderwerpelijk. Christus als de Middelaar niet slechts, maar ook als de bedienaar van het Verbond der genade, heeft een ambtelijk werk te verrichten; voorwerpelijk voor ons bij den Vader, en onderwerpelijk in ons door den Heiligen Geest, in de harten Zijns volks.
De ambten van Christus functionneeren alzoo ook in den geloovige; dit wordt tot een geestelijke bevinding. Wie den waren vollen Christus zal prediken, dient daarom ook deze zijde naar voren te brengen, hetwelk zal leiden tot een kennis en beoefening van de ware mystiek, het beste remedie tegen alle valsche mystiek.
Zoo wordt Christus ten volle ons dierbaar.
Te dien opzichte geldt wat eens een geliefd theoloog schreef: „Christus is de naam, welke de sleutel is. waardoor het geloof opent het kabinet der hemelsche verborgenheid van Christus' ambten.
Deze ambtelijke bediening van Christus is daarom een der zaken, welke van de allergewichtigste beteekenis moet geacht worden voor het onderwerpelijke leven der genade. Hier treedt Christus op als een levende Persoon, Wiens lichaam is de gemeente Gods, waarvan Hij is het levende Hoofd. Beiden zijn hier verbonden door den eenen Geest.
De Heilige Geest, welke de kerk sticht en doorwoont, bedient alle heil uit dezi functionneering van de drie ambten van Christus.
Alleen door het geloof te ontvangen en te beleven. En dit is alleen mogelijk als de Christus met ons één geworden is in de genadige toerekening Gods. In orde van zaken gaat toch de schenking aan de omhelzing van Christus vooraf. Christus heelt een zoodanige voldoening tot stand gebracht, dat God zijn toorn heeft afgelegd, en alzoo nu de verzoening kan plaats vinden, welke verzoening is tot een gansch nieuwe betrekking met den levenden God tot een nieuw leven, dat de vreeze Gods mag heeten,
Geloof alleen nu is het kanaal waardoor alle de weldaden van Christus ons toevloeien.
Nooit anders Alleen in vereeniging met zijn persoon worden wij van die weldaden deelgenoot.

(Wordt vervolgd.)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 februari 1936

De Wekker | 4 Pagina's

De ambtelijke bediening van den Christus in de geloovigen.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 februari 1936

De Wekker | 4 Pagina's