Veluwsche Brieven

Sedert vanuit Bethlehems kribbe het Licht der wereld is opgegaan, zijn ruim negentien eeuwen heengesneld. Te dier ure bereikte de historie der menschheid een gewichtig keerpunt. Een geheel nieuwe wereldorde breekt baan. Het oude is voorbijgegaan, het is alles nieuw geworden.
De kalender der eeuwen die nu volgen, vangt aan te Bethlehem. Welk een verandering in de wereld der volkeren sindsdien!
De verborgenheid der godzaligheid in de kribbe ontsluierd, blijkt het Wonder der geschiedenis. Het Kindeke van Bethlehem ving aan te regeeren, in de overwinning van Satan en wereld, zonde en dood. Hij heeft de belofte der eeuwen. Zijn Koninkrijk zal zich in het einde der dagen uitbreiden van zee tot zee, en van de rivieren tot de einden der aarde. Aanvankelijk ging de profetie in ‘heerlijke vervulling. Vanuit Jeruzalem en Samaria teekent de weg Zijner glorie zich af door geheel de wereld. Het heidendom moet de vlag strijken voor de kruis-banier. De tempels der afgoden moeten plaats ruimen voor de heiligdommen Gods. De koninkrijken worden verzameld onder de Banier der volkeren. Jeruzalem en Antiochie, Alexandrie en Efese, Athene en Rome worden de steunpunten voor de onderwerping der wereld tot de gehoorzaamheid van Christus, ‘t Woord Zijns Koninkrijks is de algemeene rijkswet, waaraan het rijke leven, staat en maatschappij, gezin en school, weten-schap en kunst, wordt dienstbaar gemaakt.
Er is veel, zeer veel veranderd in de historie en in het leven der volkeren vanaf de ure, waarin de Engelenwereld het geheim der kribbe in Efratha’s velden uitjubelde.
De adelaar van het oude Rome werd door het kruis vervangen. Verbreking van slavenboeien, de beschaving der menschheid, de geestelijke goederen, vrijheid en recht, werden door het evangelie gewaarborgd.
Een geweldige ommekeer in de geschiedenis had plaats.
En toch, als we in het licht der 20e eeuw de verhouding onzer moderne wereld tegenover Bethlehem nauwkeurig gadeslaan, is er dan geen vreeze, dat het Christendom, dat is het rijk van Bethlehems Koning, zijn hoogtepunt heeft bereikt? Evenals een rivier, die een tijdlang buiten haar oevers is getreden, zich weer binnen haar bedding terugtrekt.
Mag men de profeten van het nieuw licht gelooven, dat heeft de „fabel van Bethlehem” thans voor goed afgedaan. Wie gelooft nu, in dezen tijd van ontwikkeling en verlichting nog in de geschiedenis der kribbe. Kom!!
En de mondaine wereld schaterlacht! Wereldwijsheid heeft Jezus, voorzoover het zijn historiciteit nog erkend, gedegradeerd tot een wereldleeraar als Zoroaster ,Confusius en Mohammed, De z.g.n. vergelijkende godsdienstwetenschap (met een kleine g) heeft de christelijke religie gelijkgeschakeld met het Boeddhisme, Hinduisme, Mohammedanisme, enz.
Naar alle kanten ziet het er donker uit in de wereld, die de vensteren voor het Kerstlicht gesloten heeft. Allerwegen afval.
Europa, dat eens zich baadde in het licht des evangelies, zoekt nu de toevlucht tot het occultisme, dat de zendelingen uit de Oostersche wereld propageeren. De anti-christelijke machten vinden haar organen in communisme en fascisme. Het beest uit den afgrond breidt zijn heerschappij zienderooge uit. Het is niet maar een wereld zonder Christus, maar nu met het uitgesproken beginsel, een wereld tegen Christus.
Bethlehems evangelie eischt geloof. Niet maar een historisch geloof, dat wel spreekt van, maar nog nimmer gezien heeft in de kribbe. Het historisch geloof is niet bestand in den strijd tegen de macht van het ongeloof; het wordt als droog hout verteerd in het vuur der vijandschap tegen God en Zijn Gezalfde. Wat den mensch staande houdt, in deze felbewogen tijden, wat alleen troost schenkt in leven en sterven is het levend geloof, dat vereenigt met Christus, gelijk de rank met den wijnstok. Het geloof, dat in dat Kindeke, in doeken gewonden, zijn Koning leert aanbidden. Dat geloof, dat in Bethlehem zijn Pniël vindt. In één woord, dat geloof, dat de herders deed uitgaan om het Woord Gods in de rijkste vervulling te aanschouwen, dat de Wijzen van verre doet komen om aan de voeten van den geboren Koning der Joden hun schatten van goud, wierook en myrre uit te storten. Het geloof, dat de jeugd der Han-na’s vernieuwt als eens arends, en dat de grijze Simeons met een zalig verlangen naar den dood doet heenblikken om als door een poort des levens in te gaan tot het eeuwig aanschouwen van den Koning in Zijn schoonheid.
Dat geloof rust in den geboren Christus, die het leven met Zijn heil vervult. Voor allen, die zoo in aanbidding leeren nederbuigen aan de kribbe, is dat Kindeke de Heilzon, die is opgegaan over hen, die gezeten zijn in duisternis en wandelen in schaduwen van den dood.
„Duisternis bedekt de aarde en donkerheid de volken”, meer nog dan in de volheid des tijds.” maar het geloof zingt: „De Heere is over ons opgegaan en de heerlijkheid des Heeren is van ons gezien geworden.”
Kerstlicht,het licht ook in de donkerheid van onzen tijd.
Kerstlicht is eeuwigheidslicht!
Kerstlicht is het licht der blijdschap!
Kerstlicht is het licht van vrede!
Die in dat licht wandelen, zullen zich ten allen tijde verheugen in Zijn Naam. Het zijn de kinderen der hope, die hun aangezicht naar een gouden toekomst gericht hebben.
Het Kerstfeest, ook nu, verkondigt:

„Genade spreidt haar morgenrood!”

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen