Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ons Kerkelijk Handboek (I)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ons Kerkelijk Handboek (I)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In het „Kerkblad der Chr. Geref. Gemeenten van ‘s-Gravenhage”, maakt Ds. v.d. Meijden) onder het hier bovengenoemd opschrift eenige opmerkingen over de nieuwe uitgaaf van de D. K. O., welke kort geleden bij den heer Van Brammen is uitgegeven.
Het verblijdt ons, dat v. d. M. deze opmerkingen heeft gemaakt, daar zij kunnen dienen, om het geheel der kerkelijke bepalingen zoo juist mogelijk weer te geven. Niet alleen toch onze confessie en liturgie moet aan de zuiverheid van leer en cultus beantwoorden, maar ook ons Kerkrecht moet zoo duidelijk mogelijk beschreven worden in ons Kerkelijk Handboek,
Daartoe heeft v. d. M. meegewerkt in enkele opmerkingen, die echter blijk geven, dat ook onze broeder niet ontkomen is aan het insluipen van kleine vosjes, die den kerkdijken wijngaard bederven.
v. d. M. schrijft. Allereerst bij Art. 8 D. K. O.
„Door de Gen. Syn. van 1931 is eene instructie aangenomen, die voor Art. 8 D. K. O. nog al wat zegt. Ook over de taak, die de P.S. hier heeft. Wordt daar wel altijd rekening meegehouden, dat ook de P. S. hier wat te zeggen heeft? Art. 44 van de Gen. Syn. van 1931 geeft een helder overzicht, en meldt de besluiten onzer Kerk. Dat alles is goed en duidelijk in ons handboek opgenomen. ” Maar gaat v.d. M. voort: „Wie stelt nu beroep-baar? De lijn volgens art. 44 is, naar het ons voorkomt, dat de classe beroepbaar stelt, nadat de weg gevolgd is, door de Gen, Syn. van 1931 aangewezen, en dus ook de goedkeuring van de P. S. is gevraagd. Maar par. 3 bij Art. 8 D. K. O. spreekt nog van beroepbaar stellen door de P. S. Dat geeft m.i. wat verwarring, Ook art. 30 Gen. Syn. 1925 heeft als intentie, dat de classis den lastbrief uitreikt en beroepbaar stelt.”
Accoord br. v, d. M. De classis reikt den lastbrief uit, stelt dus beroepbaar. Maar de bepaling van par, 3 bij Art. 8 D. K. O. brengt geen verwarring ais men maar oplet dat deze bep. geboren is in 1854 en dus 77 jaar ouder is dan die van 1931. Nu geldt voor het Kerkrecht de regel, dat, wanneer twee bepalingen met elkaar strijden of verwarring zouden geven, de jongste bepaling moet worden nageleefd.
Maar waarom dan die bepaling van 1854 door ons niet geschrapt is?
Om de eenvoudige reden, dat wij geen recht hebben Synod. bepalingen te schrappen. De Synode had mij daarom op de vingers kunnen tikken. Alleen wanneer het geen principieele zaken gold, plaatsten wij een opmerking, waarom de vorige bepaling niet meer van kracht was, b.v. Wat den tijd betreft, wanneer de Synode vergadert. Daarin volgde ik het voorbeeld van mijn oud-leermees ter prof. H. de Cock. Deze nam in zijn uitgaaf van 1886 op, de bep. van de Syn. 1877 dat de Synode aanvangt op den derden Dinsdag in Aug. In de uitgaaf van 1893 schreef ik: Na 1892 wordt telkens de tijd bepaald door de Synode, waarop de volgende Synode zal saamkomen en in de uitgaaf van 1923 daarbij gevoegd: gewoonlijk in de derde week van Juli. In de nieuwe uitgaaf van dit jaar staat: Sedert 1932 is de tijd begin Sept.
Dat de jongste besluiten dus rechtsgeldig zijn is ook de regel van Art. 86 D.K.O. Vervolgens lees ik de opmerking van br. v. d. M.: „Art. 30 Acta 1931 citeerden wij. Hier vergist v. d. M. zich. Hij citeerde Art. 30 Acta 1925, In de acta Art. 30, 1931 wordt een verzoek van de gem. Meerkerk afgewezen. Dit art. heeft ctus niets te doen met het peremptoir examen van een candidaat volgens Art.8. D.K.O. Niet om te fitten schrijf ik dit. Alleen wil ik onzen revisor even laten zien, dat zoo licht fouten insluipen, ook als wij anderen verbeteren willen. Zoo doende komen wij beiden tot een betere correctie, want als de eene hand de andere wascht, worden beide schoon.
Nog lees ik dat v. d. M. schrijft: „De bepaling dat een candidaat naar Art. 8 D.K.O. geen peremtoir examen behoeft te doen, als hij in dezelfde classis een beroep aanneemt, is, voor zoover ik kan nagaan, ook. niet in ons handboek opgenomen. Maar misschien heb ik niet op de juiste bladzijde gezocht. ” Dat denk ik ook. Sla s.v.p. bladz. 18. Art. 4 D.K.O. § 5 eens op. Daar kunt u zien staan, bladzijde 18 onderaan: De Synode besluit dat de classis bij een examen Art. 8 D.K.O. als classis „ad hoc” den lastbrief zal uitreiken, indien de candidaat, eene beroeping in dezelfde classis aanneemt. (Synode 1925.)
Hier zal ik het thans bij laten. Ik ga nu op reis tot 23 Aug., wanneer ik D.V. U hoop te ontmoeten bij het admissie-examen te Apeldoorn, dan hoop ik voort te gaan met „Ons Kerkerlijk Handboek”.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 augustus 1937

De Wekker | 4 Pagina's

Ons Kerkelijk Handboek (I)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 augustus 1937

De Wekker | 4 Pagina's