Veluwsche brieven

Bij gelegenheid van het regeerings-jubileum van H.M. de Koningin heeft het Hoofdbestuur van den Nederlandschen Militairen Bond een collecte uitgeschreven ten aanzien der Chr. Militaire Tehuizen. Dit beroep op de offervaardigheid van ons volk te midden der nationale feestvreugde verdient warme belangstelling. Het betreft hier toch de behartiging van een sociaal belang, dat van niet te onderschatten beteekenis is. De waarde van onze Chr. Militaire Tehuizen kan niet te hoog worden aangeslagen. Het is voor onze jongens maar niet alleen een toevlucht in eene voor hen onbekende wereld, maar het wil zooveel mogelijk vergoeden, wat zij in diensttijd moeten missen, n.l. een tehuis. Ten dezen aanzien is er veel ten goede voor de dienstplichtigen veranderd, mede als gevolg van den gezegenden arbeid van den Ned. Militairen Bond. In den loop der vorige eeuw stond het leger in geen goeden reuk. Voor een soldaat werd de neus opgehaald. Hij stond aan den zelfkant van het maatschappelijk leven. De omstandigheden, waaronder de weermacht in stand werd gehouden, leidden als vanzelf hiertoe. Het leger werd gevormd uit de vrijwilligers, de maatschappelijk uitgebuiten, óf uit remplacanten, die voor een handgeld de dienstplichten voor de meer gegoeden overnamen. Maar dan werden er ook de zonen uit den minder gegoeden stand gevonden, die geen geld voor een plaatsvervanger hadden. Het leven in de kazerne kenmerkte zich door ruwheid in taal en zeden. De soldaat had niet veel kans in den huiselijken kring der burgerij te worden opgenomen. Wanneer een meisje het wagen durfde aan de zijde van een soldaat te gaan, dan werd zij in zekeren zin op de zwarte lijst geplaatst, Geen wonder dan ook, dat de ouders met diepe bekommering den tijd tegemoet zagen, waarin hun kind voor zijn nummer moest opkomen.
In deze wanverhoudingen kwam van lieverlede een gunstige verandering, niet het minst als gevolg van het optreden van den Ned. Milit. Bond, die den 28en October 1874 te Utrecht werd opgericht. Het pogen van het Réveil, dat op het gebied der barmhartigheid veel goeds tot stand heeft gebracht, werd door den Bond met kracht voortgezet. Hij stelt zich ten doel: „het behartigen van de godsdienstige, zedelijke en verstandelijke belangen van den militair der Nederlandsche land- en zeemacht en voorts al datgene in het werk te stellen, dat het wezenlijk heil van den militair kan bevorderen”, Een heerlijk doel, tot de bereiking waarvan wordt uitgegaan van „de beginselen, die ten grondslag liggen aan de werkzaamheden van den Bond, uitgedrukt in den Bijbel, het Woord van God, als richtsnoer voor geloof en leven. ” Het gedenkboek „Na vijftig jaren” brengt in beeld de ontzaggelijke moeite, welke overwonnen, de groote offers, die gedurende een halve eeuw werden gebracht. Aanvankelijk was er maar weinig belangstelling voor het Bondswerk, maar van lieverlede mocht men waardeering oogsten, inzonderheid tijdens den oorlog, toen de Bond met de verspreiding van christelijke lectuur de zaak van het Koninkrijk Gods krachtig heeft gediend.
De instandhouding der Chr. Militaire Tehuizen moet hoofdzakelijk door het particulier initiatief geschieden. De gelden van regeeringswege gevoteerd, zijn absoluut onvoldoende. En er is zooveel noodig. Er moet in het Tehuis een attractie zijn, die in staat is onze jongens te binden. Tijdens de Herhalingsoefeningen hebben we het zelf medegemaakt, hoe alle krachten moesten ingespannen om de manschappen in het Tehuis te houden. Want men had behalve het Christelijke ook het z.g.n. Algemeene (neutrale) Tehuis, waar men over meer gelden kon beschikken en daardoor allerlei amusementen arrangeerde, die de opkomst aanmerkelijk vergrootte. Dan is het een zware taak om onze jongens aan het Tehuis te binden.
Nu de internationale verhoudingen de regeering noodzaken de weermacht krachtig te versterken, is ook de arbeid van onze Chr. Milit. Tehuizen meer uitgebreid geworden. Laat het beroep van den Ned. Milit. Bond op onze offervaardigheid met ruime milddadigheid worden beantwoord. Het raakt hier een christelijk sociaal belang. Onze jongens, die geroepen worden tot de wapenen, om indien het mocht noodig blijken, wat God verhoede, ‘s lands vrijheden en rechten te verdedigen, hebben aanspraak, dat er door ons volk voor hen worde gedaan, wat eengermate vergoedt, wat zij moeten derven. En dan, onze gaven worden gevraagd in den tijd van koninklijk jubileeren! Gedurende veertig jaren mocht Nederland leven in een gezegenden welstand onder de regeering van H.M. de Koningin, die den naam van Landsmoeder zich heeft verworven. Hoe heeft Zij door haar koninklijk voorbeeld de belangstelling voor leger en vloot verhoogd. Laat ons dan treden in dit lichtend spoor, en God dankend, dat we een regeering hebben, die paraat is in deze geweldige tijden tot handhaving van onze nationale zelfstandigheid en waardigheid, met milde hand onze gaven reiken tot instandhouding onzer Christelijke Militaire Tehuizen, De postrekening van den Ned. Militairen Bond is: no. 127892, ‘s Gravenhage.
Onze groote Willem Bilderdijk zong ruim een eeuw geleden een vaderlandsch lied, dat profetisch den zegen meldde, waarmede de God der vaderen Nederland tot op heden gedenkt:
Holland groeit weer!
Holland bloeit weer!
Hollands naam is weer hersteld!
Holland uit het stof gerezen,
Zal opnieuw ons Holland wezen;
Stervend heb ik ‘t u gemeld.

A. (Apeldoorn) G.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen