Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kerk en Staat (V)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kerk en Staat (V)

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wij zullen thans de behandeling van ,het wetsontwerp betreffende de inenting tegen pokken" in onze Staten-Generaal moeten afwachten. Wij zijn dankbaar, dat aan ieder ouderpaar de beslissing gelaten is, of zij al of niet hun kinderen zullen laten vaccineeren. Er zal door de voorstanders van de vaccinatie na de aanneming van dit wetsontwerp wel propaganda worden gemaakt en de noodzakelijkheid worden betoogd om de kinderen toch zoo spoedig mogelijk te laten inenten, maar wij gelooven niet, dat deze propaganda veel invloed zal uitoefenen. Een groot deel van de kinderen, die thans de Lagere Scholen bezoeken, is niet meer ingeënt en wij gelooven niet, dat de ouders van deze kinderen, door propaganda zouden bewogen kunnen worden, hun kinderen thans te laten vaccineeren. En de kinderen, die in de laatste 4 jaar geboren zijn, werden voor het overgroote deel ook niet meer gevaccineerd en geen propaganda zal ook de ouders van deze kinderen er toe brengen om hun voor het naar school gaan nog te laten vaccineeren.
Maar wij zien met groote belangstelling de behandeling van dit Wetsontwerp in onze Volksvertegenwoordiging tegemoet, 't Zal ons inderdaad benieuwen of er onder ons afgevaardigden gevonden worden, die door dik en dun de vaccinatie verdedigen en er zelfs niet voor terugdeinzen om zoo mogelijk den dwang weer toe te passen. Vooralsnog kunnen wij dit niet gelooven. Wel zal er aangedrongen worden op een intensieve propaganda van de zijde van de Overheid, en wij verwachten, dat zij daartegen geen bezwaar zal maken, als deze propaganda met eerlijke middelen en in het openbaar gevoerd wordt, is daartegen geen bezwaar. Wij kunnen dan zelf onze houding daartegenover bepalen en de menschen waarschuwen.
Hoe de Volksvertegenwoordiging zal oordeelen over de maatregelen, die er genomen moeten worden om de inenting van kinderen beneden den leeftijd van twee jaren te bevorderen, wachten wij met belangstelling af en met het oog daarop, nemen wij uit „Het Wetsontwerp" voorloopig die artikelen over, die daarop betrekking hebben, zoodat de ouders zelf in de gelegenheid zijn om de beraadslagingen daarover in onze Staten-Generaal te volgen.

Artikel 1.
Hij, die de ouderlijke macht of de voogdij uitoefent over een kind, is verplicht.
voordat het kind den leeftijd van één jaar heeft bereikt, het bewijs te leveren, dat het kind met inachtneming van het bij of krachtens deze wet bepaalde tegen pokken werd ingeënt, of een door hem onderteekende verklaring over te leggen, houdende de reden, waarom zoodanige inenting achterwege wordt gelaten.

Artikel 2.
De burgemeester zendt aan ieder, die de ouderlijke macht of de voogdij uitoefent over een in het bevolkingsregister der gemeente ingeschreven kind, in de maand, waarin het kind den leeftijd van vier maanden bereikt, een bericht, waarbij op de in artikel 1 bedoelde verplichting wordt gewezen.

Artikel 3.
Het bewijs van de inenting, bedoeld in artikel 1, wordt geleverd door overlegging aan den burgemeester van de gemeente, in welker bevolkingsregister het kind staat ingeschreven, van een verklaring van den geneeskundige, die de inenting verrichtte, dat deze plaats had.

Artikel 4.
1. De verklaring, bedoeld in artikel 1, wordt overgelegd aan den burgemeester van de gemeente, in welker bevolkingsregister het kind staat ingeschreven.
2. De burgemeester reikt onverwijld aan hem, die de verklaring overlegt, een bewijs van ontvangst uit.

Aritkel 5.
1. De burgemeester roept dengene, die een verklaring heeft overgelegd, als bedoeld in artikel 4, op om te verschijnen voor hem — of een door hem aan te wijzen ambtenaar — en een door hem aan te wijzen geneeskundige ter bespreking zijner verklaring. Deze roeping kan, ter beoordeelihng van den burgemeester, achterwege blijven, indien in de verklaring vermelde reden geheel of gedeeltelijk van geneeskundigen aard is en tevens is overgelegd een verklaring van een geneeskundige, met wien over de vraag van de inenting overleg is gepleegd, waarbij deze dit overleg bevestigt.
2. Overeenkomstige oproeping om te verschijnen heeft plaats van dengene, die niet heeft voldaan aan de verplichting van artikel 1.
3. Van de verschijning, in de voorgaande leden bedoeld, wordt een acte opgemaakt, welke door den burgemeester — of den door hem aangewezen ambtenaar — en den comparant wordt onderteekend.
4. Verschijnt de opgeroepene niet, dan wordt hiervan een acte opgemaakt, welke door den burgemeester — of den door hem aangewezen ambtenaar — en den door hem. aangewezen geneeskundige wordt onderteekend.

Artikel 7.
1. Hij, die, voordat het kind, waarover hij de ouderlijke macht of voogdij uitoefent, den leeftijd van één jaar heeft bereikt, niet levert het bewijs van de inenting tegen pokken, bedoeld in artikel 3, noch overlegt een verklaring, als bedoeld in artikel 4, en hij, die geen gevolg geeft aan een oproeping, als bedoeld in artikel 5, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste zes dagen of geldboete van ten hoogste honderd gulden.
2. Het voorgaande lid is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de bestuurders van met voogdij belaste vereenigingen, stichtingen of instellingen van weldadigheid.
3. De in dit artikel strafbaar gestelde feiten worden beschouwd als overtredingen.

Artikel 8.
In elke gemeente wordt door de zorg van het gemeentebestuur minstens eenmaal in elke drie maanden gelegenheid gegeven tot kostelooze inenting en herinenting. Onze Minister, belast met de uitvoering van deze wet, kan, indien één of meer gevallen van variola major (pokken) of van variola minor (alastrim) zich voordoen, of indien eenig deel des lands gevaar voor overbrenging van deze ziekten bestaat, bepalen, dat in door hem aan te wijzen gemeenten gedurende een door hem vast te stellen tijd die gelegenheid dagelijks moet worden gegeven, aan welk voorschrift door de zorg van het gemeentebestuur onverwijld wordt voldaan. Tijd en plaats voor de inenting wordt bij openbare aankondiging ter algemeene kennis gebracht.

Artikel 9.
1. Zoodra een of meer gevallen van variola major (pokken) of van variola minor (alastrim) zijn waargenomen, is onze Minister, belast met de uitvoering van deze wet, bevoegd:
a. te verbieden, dat in een gemeente een deel van een gemeente of een groep van gemeenten, leerlingen, onderwijzers onderwijzeressen, leeraren, leeraressen of andere personen tot de scholen werden toegelaten, tenzij is of wordt overge-legd de verklaring van een geneeskundige, dat zij met goed gevolg of meer dan eens de inenting tegen pokken hebben ondergaan of aan variola major of minor hebben geleden;
b. te gelasten, dat scholen gesloten worden; een en ander boven en behalve hetgeen is bepaald in de Besmettelijke Ziektenwet (Staatsblad 1928 No. 265).
2. Het verbod, bedoeld onder a en het gebod, bedoeld onder b van het vorige lid, worden ingetrokken, zoodra het gevaar voor de ziekte geweken is.
3. Het hoofd van een school, dat in strijd met een verbod of een gebod. als bedoeld in lid 1, a of b, iemand tot de school toelaat, wordt gestraft met geld-boete van ten hoogste duizend gulden Het feit wordt beschouwd als een overtreding.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 juli 1939

De Wekker | 4 Pagina's

Kerk en Staat (V)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 juli 1939

De Wekker | 4 Pagina's