Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kerk en Staat

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kerk en Staat

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Met groote verbazing heeft ons volk Donderdagavond 27 Juli vernomen, dat hef nieuwe kabinet, dat onze Minister-president Dr. Colijn in opdracht van H.M. de Koning geformeerd had, door een groote meerderheid der Volksvertegenwoordiging niet was aanvaard. Er was ook niets, dat deze uitslag deed vermoeden.
De Kabinetsformatie was wel niet heel gemakkelijk geweest, maar ten slotte was zij toch tot stand gekomen en zoo had de Minister-president zijn kabinet gereed en kon dit aan de Volksvertegenwoordiging voorstellen. Wel wist men, dat het Kabinet niet de onvoorwaardelijke instemming had en dat er van de zijde der Roomsch-Katholieken reeds dadelijk kritiek was los gekomen. De voorzitter van de R,K. Kamerfractie, de oud-minister Dcckers. had dit dadelijk, toen de lijst van de nieuwe ministers gepubliceerd was, duidelijk laten uitkomen. Men wist dus, dat de eerste ontmoeting wel eenige wrijving zou kunnen veroorzaken. Maar dat gebeuren zou, wat helaas gebeurd is, had niemand verwacht. Wij hebben deze Kabinetscrisis met groote belangstelling gevolgd en zoo nu en dan voor ons zelven wel eens een vraagteeken geplaatst. Wij hebben de geweldige moeilijkheden, waarvoor de Minister-president stond, ook geen oogenblik onderschat, maar toen het tenslotte zoo ver gekomen was, dat er een Kabinet was samengesteld, hadden wij persoonlijk de gedachte, dat de Volksvertegenwoordiging dit Kabinet voorloopig wel zou accepteeren om te zien, of men elkander vinden en verstaan kon. De Minister-president had zijnerzijds ook alles gedaan om den weg, langs welken Kabinet en Kamer elkander zouden kunnen vinden, te effenen, zoodat wij niet konden verwachten, dat gebeuren zou, wat helaas heeft plaats gevonden. Het nieuwe Kabinet, dat uit vogels van diverse pluimage was samengesteld, had niet onvoorwaardelijk mijn instemming. ’t Waren ieder op zich zelf beschouwd, wel heele knappe menschen, maar voor het meerendeel waren het toch weer menschen zonder eenige politieke kleur en zij hadden, enkelen uitgezonderd, hoegenaamd geen politieke ervaring. Op zich zelf vond ik dat een tekort, Men kan wel de capaciteiten voor minister hebben, terwijl men toch een vreemdeling is in de politieke verhoudingen. welke in ons volksleven scherpe tegenstellingen vormen en dat was de oorzaak, dat dit Kabinet naar mijn oordeel niet geschikt was om ons door de crisis te helpen. Het Kabinet zelf heeft alles gedaan ons onder leiding van zijn president in contact met de Volksvertegenwoordiging te komen. Het was aanstonds na zijn optreden eigener beweging met een Regeeringsverklaring gekomen en de Tweede Kamer heeft deze verklaring aangehoord en in het debat daarover trad niets aan het licht, dat wees in de richting, van hetgeen thans geschied is. Vandaar dat Dr. Colijn in zijn antwoord op het debat over die verklaring van de zijde der Kamer verklaren kon, dat het Kabinet prijs stelde op het gemeen overleg met de Staten-Generaal en in samenwerking hiermede zijn taak wilde verrichten. Hij heeft daaraan zelfs nog toegevoegd, dat de Kamer ruimschoots en tijdig in de gelegenheid zou worden gesteld, zich over het voorgenomen beleid van de Regeering uit te spreken, Ietwat vreemd had het ons wel aangedaan, dat in deze verklaring de mededeeling gedaan was, dat er thans aandacht zou worden geschonken en wellicht een oplossing gevonden voor het vraagstuk, dat men tot nu toe, ondanks de pressie. die er van verschillende zijden op de Regeering was uitgeoefend, onverbiddelijk had afgewezen: dat was het vraagstuk waarbij honderden onderwijzers en onderwijzeressen betrokken waren. Wij hebben het steeds betreurd, dat de 5 of 6 millioen daarvoor niet gevonden konden worden, En dit nu op eens wel scheen te kunnen, vonden wij een weinig vreemd. Temeer omdat de toenmalige minister van onderwijs telkens verklaren moest, dat niet hij het was, die dit bedrag wilde voteeren, maar dat de Regeering het was, die voor hem sprak. ’t Scheen dus, dat de eerste ontmoeting met de Volksvertegenwoordiging wat meevallen zou. De Minister-president stelde in zijn toelichting van het program van het Kabinet zelf de vraag, Was er een ander Kabinet practisch mogelijk? Spr. meent op grond van zijn indrukken, dat practisch geen ander Kabinet te vormen is. Mocht ik mij vergist hebben, zoo is niets eenvoudiger dan mij deze vergissing bij notarieele acte te beteekenen. Overigens za! men eerst kunien zeggen of dit Kabinet bij de Kamer past, wanneer zij zijn voorstellen heeft ontvangen.
Conflicten zijn er altijd voorgekomen en ons partijwezen, vooral de schakeeringen er van, waarborgen niet dat dergelijke conflicten zullen uitblijven.
De scheidslijn tuschen Regeering en Parlement moet scherp in het oog worden gehouden.
De Kamer moet de voorstellen der Regeering beoordeelen naar haar innerlijke waarde.
Het woord is nu aan de Kamer.
In serene rust wachten wij de uitkomst van dit debat af, wetende, dat niets gebeurt bijgeval, doch dat alle bestuurd wordt door Hem, die op aarde de Hoogste Koning is.
Nadat de Minister-president gesproken had antwoordde de oud-minister Deckers namens de R,K, Kamerfractie die in zijn rede er den nadruk op legde, dat de samenwerking met de niet-Katholieke rechtsche fracties ten zeerste op prijs gesteld wordt. De heer de Geer heeft echter erkend, dat de formateur zich moet verantwoorden over de formatie. Dit wenscht ook sprekers fractie. Het is een van de essentieele deelen van de volksvertegenwoordiging en het dient aannemelijk te worden gemaakt, dat de samenwerking tusschen Kabinet en Parlement zij. De formateur had zich dienen te overtuigen, dat alle middelen tot samenwerking tusschen het te vormen Kabinet en het Parlement waren uitgeput alvorens daarbuiten een Kabinet te formeeren. Toen de basis niet in de rechterzijde bleek gevonden te kunnen worden, had de formateur naar een andere basis in het Parlement moeten uitzien.
Waar dit niet is geschied, heeft sprekers fractie niet het noodige vertrouwen in het toekomstige beleid van het Kabinet.
Op grond daarvan diende hij de volgende motie in:
„De Kamer, van oordeel, dat de Kabinetsformatie niet heeft geleid tot het optreden van een Kabinet, dat den grootst mogelijken waarborg biedt voor een deugdelijke behartiging van s lands belangen in gemeenschappelijk overleg met de Staten-Generaal, keurt het optreden van dit Kabinet af en gaat over tot de orde van den dag”.
Vóór stemden de Roomschen, de Socialisten, de Vrijzinnig-Democraten, de Communisten en de Christen-Democraten; tegen: de Liberalen, Antirevolutionairen, Christelijk-Historiseh en, Staatkundig Gereformeerden en N.S.B.
Vóór het in stemming komen van de motie, had Dr. Colijn verklaard af te zien van repliek, nu vaststond, dat de meerderheid van de Kamer geen samenwerking met dit Kabinet wenscht.
Wij kunnen niet anders dan dezen uitslag betreuren en voor de toekomst zullen wij ons niet aan voorspellingen wagen. Ook hier zouden de dingen wel eens geheel anders kunnen loopen dan wij menschen voorspellen of verwachten.
Maar dit staat voor ons vast, dat er door de aanneming van deze motie en het verdwijnen van het Kabinet-Colijn een geheel nieuwe verhouding in ons Nationale leven is ontstaan: n.1. de samenwerking van de Roomsch-Katholieken en de Sociaal-Democratie, die gesteund worden door de Vrijzinnig Democraten. Dat is iets wat niemand op dit oogenblik reeds had verwacht en waaraan voor de Nationale toekomst van ons volk geweldige consequenties verbonden zijn. Maar daarover spreken wij D.V. later wel eens. Op dit oogenblik blijven wij bij het slotwoord van onzen Dr, Colijn.

d.H. (Den Haag) J.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 augustus 1939

De Wekker | 4 Pagina's

Kerk en Staat

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 augustus 1939

De Wekker | 4 Pagina's