Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De wederdoopers III

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De wederdoopers III

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In het slot van het vorig artikel wezen we op het zg. spiritualisme, dat een onverzoenlijke tegenstelling meent te ontdekken tusschen stof en geest, en het kwaad in de stof als zoodanig zoekt. Gods Woord veroordeelt deze schijnvrome, maar in wezen door en door heidensche gedachtengang van het spiritualisme onvoorwaardelijk. God riep ook de stoffelijke wereld in het aanzijn. Hij formeerde den mensch uit het stof der aarde en blies den adem des levens in zijne neusgaten. Uit het eigen oordeel Gods over al het maaksel Zijner handen, dat zeer goed was, blijkt ons wel heel duidelijk, dat de zonde niet ligt in de stof als zoodanig en niet als vanzelfsheid, als noodzakelijkheid voortvloeit uit zijn geschapen zijn uit het stof der aarde; Zonde is niet het stof-zijn, maar zonde is ongehoorzaamheid aan God. En al is het door onze zonde-dwaasheid, dat wij het aardsche stellen boven het hemelsche, de zichtbare dingen boven de onzichtbare, de tijdelijke boven de eeuwige, ons lichaam boven onze ziel, toch mag dat er ons nooit toe brengen nu te meenen, dat de zonde in de stof als stof is te zoeken. De zonde komt voort uit het hart, zoo leert ons de groote Profeet zelf. Die gedachte moet diep in onze ziel geprent en daarom mag ze nog eens herhaald: nooit ligt de zonde in de stof als zoodanig.
En toch meenen velen dat. Zelfs vele christen-denkers hebben zich aan die heidensche gedachte van strijd, van tegenstelling tusschen geest en stof, tusschen lichaam en ziel niet geheel bunnen ontworstelen. Telkens weer in allerlei beschouwingen en voorstellingen blijkt het spiritualisme ingeslopen te zijn. En waar deze spiritualistische gedachte ook maar even insluipt, daar werkt zij door en voert veel verder af van de rechte wegen des Woords dan men zelf wil of weet. Zelfs een man als Zwingli kon er blijkbaar niet van loskomen en verstond de strijd van vleesch en geest, waarvan Paulus gedurig spreekt, als een strijd tusschen lichaam en ziel.
Deze spiritualistische gedachte, die in het Anabaptisme (de wederdooperij) de eerste viool speelde, komt later in allerlei richtingen weer om den hoek gluren.
Men spreekt dan op een verachterlijke wijze over het lichaam en de verzorging van het lichaam, over het tijdelijke en natuurlijke en kwalificeert dit als min of meer ongeestelijk. Allerlei uitwassen van antinomiaansche en overgeestelijke makelij vinden hier hun bron.
Hoe nu de spiritualistische tegenstelling tusschen geest en stof heel de gedachtenwereld van de wederdoopers beheerscht, hoop ik nader aan te toonen in de volgende artikelen. Tegelijk zal dan blijken, dat die door en door doopersche gedachten nog springlevend zijn en veel dichter bij ons staan dan wij zelf ooit konden vermoeden. Hier is dringend bezinning noodig. Ontwaking uit den zoo gevaarlijke slaap onder doopersche narcose. Want aan de beteekenis van het Woord Gods, aan de rechte waardeering der sacramenten, aan de genieting van den eenigen troost wordt op vreeselijke wijze afbreuk gedaan overal, waar het doopersche kwaad vrij en onbestreden kan doorwerken. De gemeente Gods wordt onder een juk van wettische dienstbaarheid gebracht, niet minder zwaar dan het slavenjuk, dat eens het oude bondsvolk Israël in het diensthuis Egypteland torsen moest. Reformatie blijft altijd noodig voor de kerk des Heeren.
Rijk beloond zal deze arbeid voor mij wezen als de oogen van velen geopend mogen worden voor het ontzettend gevaar, dat in de doopersche richting in ons vaderland de gemeente Gods bedreigt. De doopersche geest is ondanks al haar eigengemaakte vroomheid een vleeschelijke geest en vindt juist daarom zoo heel gemakkelijk ingang in het hart van den mensch. Dit kwaad heeft op het groote gereformeerde erf in ons land veel en veel dieper wortel geschoten dan verreweg de meesten onzer kunnen bevroeden. Juist omdat de doopersche richting vijandig staat tegen de prediking van het evangelie als de boodschap der verlossing, als de verkondiging van de genade Gods in Christus Jezus geopenbaard, is het harde en bittere noodzaak hiertegen zoo ernstig mogelijk te waarschuwen en ook dit kwaad in zijn ware gedaante duidelijk te signaleeren.
Wij moeten deze ongereformeerde strooming goed onderkennen, goed onderscheiden en met beslistheid positie kiezen. De strijd behoeven we niet te schuwen, want de wapenen van dezen strijd zijn niet vleeschelijk, maar krachtig in God, tot terneerwerping van de doopersche hoogten, die zich verheffen tegen de kennis van Gods heerlijken naam. Gods Woord is het zwaard des Geestes en voor dat wapen moet ook deze dwaling vallen. Zij kan en mag in een kerk van gereformeerd belijden tot geen enkelen prijs geduld worden.

(Wordt vervolgd).

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 april 1947

De Wekker | 4 Pagina's

De wederdoopers III

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 april 1947

De Wekker | 4 Pagina's