Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Wederdoopers X

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Wederdoopers X

Onze ouderlingen op de wacht.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Algemeen bekend onder de Wekkerlezers is het, dat in de classis Rotterdam onlangs een predikant wegens zijn van Schrift en belijdenis afwijkende leer moest worden geschorst. Gelukkig heeft die leertuchtmaatregel deze vrucht mogen dragen, dat bedoelde predikant zijn dwalingen openlijk van a tot z heeft herroepen. Ds den Boer van den Haag vertelt echter in het Kerkblad van de gemeenten te den Haag, vernomen te hebben, dat deze dwaalleer bij meer dan één predikant gevonden werd en hij voegt er aan toe: „wie weet, of door dit kerkelijk medicijn ook die oogen misschien geopend zijn geworden” (Kerkblad 28 Maart 1947).
In elk geval is het zaak voor onze ouderlingen om op de wacht te staan. Dat is allereerst de taak, de dure roeping van de ouderlingen, maar waarlijk niet alleen van hen. Er is gelukkig ook een ambt aller geloovigen. Alle geloovigen hebben (denk aan het kostelijk voorbeeld der Bereërs) de prediking te toetsen aan den eenigen regelmaat des geloofs, het geschreven Woord van God, dat het getuigenis van den Heiligen Geest is.
Want het kwaad in het vorig artikel genoemd (een scheidsmuur optrekken tusschen Christus en den zondaar) moet met de wapenen des Woords zonder aanzien des persoons tegengestaan en bestreden worden.
En nu weet ik wel, dat vandaag niemand op precies gelijke wijze als die oude Judaïsten te werk gaan en bijv. zegt met een schijn-beroep op den oudsten schrijver Mozes (zonder de Wet te verstaan): gij moet nu nog besneden worden.
Maar laten we toch niet voorbij zien, dat het den duivel precies gelijk blijft, of er nu een scheidsmuur tusschen Christus en den zondaar wordt opgetrokken met een schijn-beroep op besnijdenis, spijs- en reinigingswetten, op den oudsten schrijver Mozes, of dat zulk een materiaal, dat zorgvuldig bijeengegaard is met een schijn-beroep op oude schrijvers van „even” jongeren datum dan Mozes. Als het resultaat maar goed is, dat wil hier dus zeggen, naar den zin van den duivel. Als het Evangelie maar onder een korenmaat komt, als de gemeente maar tot een staat van harde dienstbaarheid gebracht wordt. Bij de Roomschen gebeurt dat op Roomsche manier. Op het Geref. erf leenen zich sommigen tot dit duivelswerk met materiaal aan de doopersche gedachtenwereld ontleend.
En wat nu hoogst gevaarlijk is? Als wij wel gevoelen, wel verstaan, dat zulke doopersche neigingen niet naar de Schrift zijn, en dat het ja-maar-eerst-de-wet-evangelie toch eigenlijk een andere grondslag legt dan alreeds gelegd is, en dus afvoert van het eenig fundament van apostelen en profeten, en dan toch maar rustig doorslapen. Dan niet bazuin blazen, dan niet grijpen naar het zwaard des Geestes, dat is het Woord Gods, om te strijden tegen alles wat niet is naar de gezonde leer, om te strijden voor het geloof, dat eenmaal den heiligen overgeleverd is, (Judas :3).
Niet gaarne zou ik hier aan wie ook eenig verwijt doen; maar ik wil er alleen aan herinneren, dat zelfs een tot den Heere bekeerd man als Petrus (toch waarlijk niet de eerste de beste) hier struikelde. Al wat er geschreven is, dat is tot onze leering geschreven. Lees Galaten 2:11-14, waar Paulus ons zegt, hoe hij Petrus moest berispen. „En toen Petrus te Antiochië gekomen was, wederstond ik hem in het aangezicht, omdat hij te bestraffen was. Want eer sommigen van Jacobus gekomen waren, at hij mede met de heidenen; maar toen zij gekomen waren, onttrok hij zich en scheidde zichzelven af, vreezende hen, die uit de besnijdenis waren. En ook de andere Joden veinsden met hem; alzoo dat ook Barnabas mede afgetrokken werd door hunne veinzing. Maar als ik zag, dat zij niet recht wandelden naar de waarheid des Evangelies, zeide ik tot Petrus in aller tegenwoordigheid: Indien gij, die een Jood zijt, naar heidensche wijze leeft, en niet naar Joodsche wijze, waarom noodzaakt gij de heidenen naar Joodsche wijze te leven?”
Petrus gaf wat toe. Hij at met de heidenen, hield niet meer al de Joodsche spijswetten. Maar toen de Judaïsten kwamen, draaide hij om en deed concessies, die niet gedaan mochten worden. Vandaag gaat het nog wel zoo. Flinke mannen, echt Chr. gereformeerd met hart en ziel, maar in doopersch milieu zijn ze bereid tot concessies? Zulk een houding is voor de Kerk levensgevaarlijk.
Paulus heeft tegen deze het Evangelie van Gods genade verkrachtende richting zijn leven lang gevochten en meer dan één van zijn brieven, maar vooral de brief aan de Galaten, levert hiervoor het onweersprekelijk bewijs.
Laten wij als ouderlingen toch niet om de lieve vrede, of omdat we het verlies van menschengunst vreezen, of om een zoogenaamde eenheid onze roeping verzaken en een ongereformeerde prediking in Gods gemeente toelaten. Eenheid bestaat er niet tusschen de Gereformeerde religie en de doopersche dwaalleer.
Onder den schijn van zwaarheid voert de doopersche leer af van de waarheid. Zij brengt met haar ongoddelijke scheiding van Wet en Evangelie, van Woord en Geest de gemeente Gods onder de Wet in plaats van onder de genade.
(Wordt vervolgd).

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 juni 1947

De Wekker | 4 Pagina's

De Wederdoopers X

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 juni 1947

De Wekker | 4 Pagina's