Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Prediking en bevinding I

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Prediking en bevinding I

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wij schreven artikelen over: Wat is bevinding? Vroeger verscheen onze brochure over het bevindelijk element in de prediking. Dit onderwerp is nog niet verouderd. Jammer is wel dat niet altijd goed wordt onderscheiden wat bevinding is. Nog erger is dat velen zich aan echte bevinding ergeren. En een aanklacht is het tegen lederen prediker als in zijn preek het bevindelijk element wordt gemist. Meermalen hebben wij betoogd dat iedere preek, welke volle bediening van het Woord is, een preek vol van bevinding en van het werk van den Heiligen Geest is. Bevinding is niet iets bij de prediking van het Woord, bij de Woordbediening, maar zuivere bediening van het Woord is zuiver bevindelijk preeken.
Het is niet overbodig daarover nog een en ander te schrijven.
Het zal wel een ieder duidelijk zijn dat de prediking van het evangelie van zeer groote betekenis is voor het leven des geloofs. Als het Woord Gods niet recht bediend wordt, komt niet goed uit, wat echte bevinding is en zal er niet ernstig gewaarschuwd worden tegen het verachteren in de genade. Er zijn rechtmatige klachten over dorre, niet bevindelijke preken. Bevindelijke preken zijn geen preken over wat broeders en zusters der gemeente ondervinden, geen weergave van bevindelijk leven van den prediker of der hoorders. Bevindelijk leven is wel hetgeen de christen in zijn geestelijk leven, hetzij meer normaal, hetzij meer abnormaal ondervindt, wat hij ervaart zoodra het werk van den Christus door den Heiligen Geest aan het hart wordt toegepast, maar dit wil niet zeggen dat bevindelijk preeken bestaat in de mededeling van allerlei geestelijke toestanden. Zuiver bevindelijke prediking is niet anders dan zuivere bediening des Woords, is er een essentieel deel van. De Heilige Geest inspireerde de heilige schrijvers; die Geest wederbaart de zondaar en die Geest geeft in het Woord te verstaan wat bevindelijk leven is. De prediker brengt het bevindelijk element niet eerst bij het Woord en zóó in de preek. Ook hebben wij b.v. in de Psalmen en de Evangeliën niet den neerslag van de ervaringen der gelovigen. De Schrift is Gods Woord en dat Woord moet gepreekt worden. Die Schrift is Gods Woord en dat Woord moet gepreekt worden. Die Schrift openbaart het werk des Geestes in het zondaarshart, het bevindelijk leven. Van dat leven hebben wij dus een geïnspireerde beschrijving en voor dit leven een goddelijke norm in die Schrift. Wie dit goed voor ogen houdt zal niet stranden op de klip van het subjectivisme. Wie het Woord zuiver bedient, preekt altijd bevindelijk, naar de Schrift. Het is onmogelijk om goed te preeken b.v. over Ps. 51 en Rom. 7, en niet bevindelijk te preken. Wie het Woord recht bedient, zal doen uitkomen wat de Schrift zegt van de bijzondere omstandigheden, behoeften en gevaren der ziel. Onder zulk een bediening des Woords wordt beluisterd de klacht des verdrukten, de belijdenis van de boeteling, het snikken van de schuldige, het hulpgeroep van de gelovige, de jubel van hem, die Jezus vindt, het danken van de verloste, in één woord: gehoord wordt wat bevindelijk leven is. Bevindelijk preken is uit de Schrift vertolken van wat in de harten der gelovigen omgaat, van wat Gods Geest in die harten werkt, van wat de ziel doorleeft en gevoelt, als de Heilige Geest zijn licht over zijn werk in het hart laat schijnen en wat de ziel mist en lijdt in duisternis en onder twijfel, doormaakt in verachtering van de genade Gods en onder geestelijke verlating. Wie over deze dingen zwijgt bedient het Woord niet ten volle en is zelf de oorzaak als Gods volk onder zijn prediking niet meer komt, maar troost zoekt bij anderen, desnoods bij hen, die wel geen ambtelijken titel dragen, maar toch de nooden der ziel recht verstaan. Er zijn predikers, die bijna nooit de vraag bespreken hoe de waarheid Gods op en in de gelovigen werkt; vooral niet onderscheidenlijk naar hun verschillende toestanden, leeftijden en graden van geestelijke ontwikkeling. Bekend is de klacht over de „leeraren van hout" in de „kerken van goud". Komt het daartoe, zoo schreef ook Kuyper, dan daalt de leeraarsstand natuurlijk al verder en verder, al dieper en dieper; dan wordt het allengs ijskoud in onze bedehuizen; de prediking wordt geheel versteend en ten laatste wordt ook de waarheid zelf losgelaten. De waarheid en het werk Gods moet èn in zijn zelfgenoegzaamheid en innerlijke rijkdom ten toon gesteld, én in zijn werking en toepassing op de persoon toegelicht. Wie deze dingen verwaarloost, wie de waarheid Gods als een buiten ons liggend voorwerp wil preken, graaft een kloof tussen Gods Woord en zijn volk. Zulk een prediker is niet een bedienaar, maar een verknoeier van het Woord; zijn prediking is niet een opening, maar een een bedekking van Gods getuigenis. Alle vrome woorden in zijn prediking kunnen dit verknoeien niet goed maken. Hij kan eigen meening of anderer beschouwing geven over zonde en genade, ellende en verlossing, maar nooit is zulk een doen ware bediening des Woords, waarachtige prediking van Christus en Dien gekruist. Neen, bevindelijk preken is niet vertellen wat christenen doorleefden, of hoe de prediker de dingen ziet. Als dit zo was, dan zou een bevindelijke preek de steeds onzuivere weergave zijn van de nooit scherp en volledig geziene, bovendien nimmer zuiver onthouden, altijd troebele zielsbelevenissen. Ware prediking, dus bevindelijke prediking, is het brengen van Gods eigen, klare, zuivere boodschap omtrent al de geestelijke dingen en het geestelijk gebeuren; Gods eigen boodschap omtrent zonde en ons berouw, ons geloof en onze bekering, onze strijd en ons gebed, onze moedeloosheid en onze kracht, onze achteruitgang en onze bloei in het geloof. (Zie: Predik het Woord, C. Veenhof, 136, v.v.).
P.S. Correctie.
In het no. 27-l-'50 staat een storende fout. Gedrukt staat: Hoe verkwikkend, vol zalige verstrooiing, enz.; dit moet zijn: vertroosting.
In het no. van 3-2-'50 staat ook een storende fout. Gedrukt staat: Laat de ziel van het christendom dan bij ons niet verkwikt, enz.; dit moet zijn: gemist.
Van der Meiden

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 februari 1950

De Wekker | 4 Pagina's

Prediking en bevinding I

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 februari 1950

De Wekker | 4 Pagina's