Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Geopenbaard in een andere gedaante

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Geopenbaard in een andere gedaante

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

En na dezen is Hij geopenbaard in een andere gedaante aan twee van hen, daar zij wandelden en in het veld gingen. Mark. 16 :12.

Jezus verscheen in een andere gedaante aan twee van hen, aan twee van zijn discipelen. Hij trad voor hen in het licht, opdat Hij herkend zou worden en Hij verlichtte hun ogen, opdat zij Hem zouden zien.
Hij verscheen aan deze twee in een andere gedaante. Zij waren op weg, zij begaven zich naar het land. Deze twee waren de Emmaüsgangers. Die verschijning was in een werkelijk andere gedaante; het scheen maar niet een andere gedaante voor de discipelen, maar het was werkelijk een andere gedaante. Jezus was wel verheerlijkt, maar nog niet in de hemel. Hij had te beschikken over verschillende openbaringsvormen. Hoe die gedaante precies was, weten we niet. Wel is een en ander duidelijk uit de houding en uit het spreken van Jezus.
Bekend is dat Jezus Zich na zijn opstanding vele malen en op velerlei wijze openbaarde. Maar in elke openbaring straalde iets van zijn opstandingsheerlijkheid uit.
De Levensvorst zocht de zijnen op; ook de Emmaüsgangers. Deze Emmaüsgangers hadden hun eigen voorstellingen over den Christus, die gestorven was. Zij hadden gehoord dat Hij weder leefde, dat Hij opgestaan was uit de doden. Zij konden in hun eigen voorstellingen de weg niet vinden. Zij gingen in het duister, in ongeloof hun weg. Maar de Verrezen Christus leidt hen uit de duisternis tot het licht, uit het dal van donkerheid tot de berghoogte van stralend uitzicht. En Hij doet dat door voor hen de Schriften te openen.
Het karakter van deze „andere gedaante" is vol lering. Hij houdt Zich als een vreemdeling, als een, die in Jeruzalem onbekend is en van al het gebeuren der laatste dagen onwetend- Hij stelt Zich aan als een nieuwsgierige, die gaarne wil weten waarom die wandelaars zo droevig zien; belangstellend naar wat zij met elkander spreken. Hij vraagt: Wat zijn het voor gesprekken, welke gij met elkander voert? En als Kleopas vol verbazing vraagt of Hij dan een vreemdeling is en Hij niet weet Wat dezer dagen is geschied, vraagt Hij: Wat dan?
Vele kinderen des Heeren klagen op hun levenspad. Zij missen, zeggen ze, de openbaring van Jezus Christus in hun ziel. Him gelaat staat droevig. Zij hebben over de weg der zaligheid, over de openbaring van Jezus Christus in de harten van zijn discipelen, hun eigen voorstellingen. Maar in die eigen voorstellingen weten zij zelf de weg niet; zij zijn een doolhof voor hen. Wanneer met hen gesproken wordt en zij gewezen worden op wat het Woord Gods ons zegt, dan antwoorden zij: gij begrijpt me niet. Zij willen een verschijning zoals Maria aan het graf ontving of zoals Paulus op de weg naar Damascus kreeg. Maar zij hebben geen oog voor die andere gedaante. De verrezen Levensvorst is de Heere van het Woord. En door dat Woord werkt Hij, werkt Hij soms zo heel eenvoudig. Hij begint soms zoals Hij met de Emmaüsgangers begon. De vragen merkt ge soms in uw ziel: Wat zoekt gij? Wien zoekt gij? Waarom ziet ge zo droevig? Waar spreekt ge over met elkander? Weet het dan, dat achter die vragen de Levensvorst staat. Die vragen raken u, die zo droevig uw weg gaat, die over het gemis van Jezus spreekt, die het heimwee naar zijn gemeenschap kent. Gij weet over wien gij spreekt; gij weet, wat u zo bezwaart; gij weet waarom de tranen uit uw ogen druppen. En als Hij, die achter al die vragen staat, ook achter uw vragen, begint u uit uw doolhof uit te leiden, dan wordt uw hart brandende in u. Hij gaat dan de Schriften openen. Hij treedt in het licht. Hij opent uwe ogen. Hij opent de Schrift voor u en toont u aan dat Hij het is, die sprak en die spreekt. En, o wonder, zo leidt Hij u dan naar de ruimte, tot het licht, en gij gaat van Hem getuigen en zingen: Komt luistert toe, gij Godsgezinden, gij die den Heer' van harte vreest; hoort wat mij God deed ondervinden, wat Hij gedaan heeft aan mijn geest....
Hij verscheen in een andere gedaante aan twee wandelaars.
De éne was Kleopas. De naam van de andere is niet genoemd. Men denkt aan een der Evangelisten, b.v. Lukas. Maar voor beiden geldt: zij zijn van hen; zij behoren tot de discipelen van Jezus. Zij behoren tot het getal der begenadigden, der levendgemaakten, der gezochten en gezaligden, al gaan zij bedroefd hun weg. Nu gaan zij samen, maar zij waren voorheen bij de anderen, met de anderen. Maar dat houdt ook in dat zij voorheen met Hem waren. Zij behoren tot de pelgrims, die zingen leren: Ik ben een vriend, ik ben een metgezel, van allen, die Uw Naam ootmoedig vrezen.... Zij behoren tot de discipelen van Jezus. Ook voor hen leed en stierf Hij; ook voor hen heeft Hij alle schuld betaald; ook hun vloek heeft Hij gedragen en ook voor hen heeft Hij het recht ten leven verworven. Maar zij staan nog niet op de bergtop van het licht en genieten nog niet van het rijke uitzicht.
Aan hen verscheen Jezus; Hij verscheen in eigen schoonheid.
Hij stelt eerst de diagnose; zij zijn traag van hart om te geloven. Dan geneest Hij hen door Woord en Geest. Hij laat eerst zien wat er aan hen hapert. Dan breekt Hij hun hart en opent hun ogen. Eerst toont Hij hun dwalen, dan opent Hij de schriften en leidt hen op het pad des levens. Dan gaat het licht op, en zal het licht steeds meer opgaan.
Zij zijn van „hen" en dat bewijst dat zij ook van „Hem" zijn. Van nature zijn zij niet van hen, maar kinderen van de vader der leugenen. Toen zijn zij door Jezus. Christus zelf gebracht in gemeenschap met Hem. Na zijn sterven waren zij bevreesd voor altijd Hem te moeten missen. Maar nu komt Hij, van Wien zij zijn, tot hen, die van Hem zijn, om hun ogen te openen voor het allerrijkste: Hij is opgestaan uit de doden en Hij blijft van hen, en zij blijven van Hem.
Velen van Gods kinderen missen ook op Pasen de vreugde der opstanding. Zij kennen de paasjubel niet. Zij klagen en treuren. Zij spreken over het gemis. Zij durven niet te getuigen: mijn Heere en mijn God. Wij vallen hen niet aan met een zweep van de drijvers. Maar wij plaatsen ze wel voor het Woord Gods. Dat Woord zegt: wie van „hen" zijn, zijn ook van „Hem". Lel maar op dat Woord; laat u maar leiden door dat Woord. En smeekt om het licht van den Heiligen Geest, opdat de nevels mogen opklaren.
Ook wij zijn van nature geen discipel van den Levensvorst.
En dan missen wij de enige troost in leven en in sterven. Dan staan wij buiten den Christus. Dan liggen wij nog in de dood en onder de vloek. Zondaren, laat dit tot ons spreken en ons uitdrijven om bij den Levensvorst de levendmaking en de zaligheid te zoeken.
Wij kunnen de levendmaking deelachtig zijn, maar er geen licht over hebben voor eigen hart. Achter vele vragen staat de Levensvorst.... bij hen, die het droevig gelaat kennen en het spreken over het missen van Hem. Hij staat achter hen, die van Hem zijn, hoewel die discipelen zelf het nog niet durven zeggen. Maar weet ge wat gij, klagende en wenende wandelaars niet durft te ontkennen? Gij durft niet te ontkennen dat ge „van hen" zijt; dat ge een vriend en metgezel zijt dergenen, die God vrezen. Laat u leiden door het Woord. Dat Woord doet het duister opklaren. En dan gaat ge straks met vaste tred op de weg naar Jeruzalem in de wetenschap: ik ben een van „hen"; meer; ik ben ook van „Hem".

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 april 1951

De Wekker | 4 Pagina's

Geopenbaard in een andere gedaante

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 april 1951

De Wekker | 4 Pagina's