Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Toelichting op de Kerkorde (CII)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Toelichting op de Kerkorde (CII)

Kerkorde (52)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

In het vorige artikel beloofden we nog te zullen wijzen op enkele andere werkzaamheden aan het ambt van ouderling verbonden.
We hebben hier vooral op het oog de arbeid in de vergaderingen van den kerkeraad. De werkzaamheden van een kerkeraad zijn veel en velerlei, vooral in groote gemeenten. Als de kerkeraad vergadert, komen er allerlei zaken aan de orde, bijv. zaken van opzicht en tucht, verkiezing van ambtsdragers, regeling van de diensten van Woord en Sacrament, behartiging van de financieele belangen der gemeente, verhouding tot andere kerken, tot de Overheid, enz. enz., te veel om op te noemen. In al deze en dergelijke dingen worden de ouderlingen gemoeid, want naar artikel 16 behoort het mede tot de taak der ouderlingen om te „zorgen, dat alles betamelijk en in goede orde geschiede". Deze arbeid eischt veel van de ouderlingen — zij moeten zich van vele dingen op de hoogte stellen, opdat zij met des te meer vrucht kunnen deelnemen aan den arbeid van den kerkeraad. Een goede ouderling is maar niet een ja-broer, die er geen eigen meening op na durft te houden en altijd maar anderen toestemt of napraat, integendeel, hij is persoonlijk voor God en de gemeente verantwoordelijk, en dient dus een persoonlijk en zelfstandig oordeel over de dingen te hebben, welk oordeel op goede gronden gebaseerd moet zijn, gronden, die den toets van Schrift, Belijdenis en Kerkorde kunnen doorstaan. Daarvoor is voortdurende studie vereischt.
Het zou ons thans te ver voeren hier breeder op in te gaan. Alleen willen we hier de noodzakelijkheid van een ernstige studie van de gereformeerde kerkregeering benadrukken. Het komt mij voor, dat deze studie maar al te veel verwaarloosd wordt tot groote schade van het kerkelijk leven. Een ouderling moet mee de gemeente van Christus regeeren, maar als hij niet op de hoogte is van ons gereformeerd kerkrecht, hoe kan hij dan wél, dat is: goed regeeren? Daarom is het absoluut noodzakelijk, dat ook de ouderlingen zich goed op de hoogte stellen van de beginselen en den inhoud van de Kerkorde en van de kerkelijke bepalingen. Doen de ouderlin gen dit niet, dan verstaan zij hun verantwoordelijkheid niet goed, en dan gebeuren er soms vreemde en verkeerde dingen, tot schade van de gemeente van Christus, over welke zij als regeerders gesteld zijn. Dat de ouderlingen in vele gevallen afgaan op het advies of wil men de meening van den predikant, is te verstaan, maar men vergete nimmer, dat toch ieder voor zich voor God verantwoordelijk blijft, en.. . het gebeurt ook wel eens, dat een predikant blijken geeft het gereformeerde kerkrecht niet voldoende te bestudeeren. Nadrukkelijk willen we hier dus wijzen op de noodzaak, dat iedere ouderling zich een behoorlijke kennis van het gereformeerde kerkrecht verwerve. Dat wij hier geen nieuwe dingen verkondigen, maar ons volkomen in de lijn onzer vaderen bewegen, moge blijken uit hetgeen Jacobus Koelman zegt in zijn altoos zeer lezenswaardig boek Het ambt en de pligten der ouderlingen en diakenen, voor de eerste maal in 1694 uitgegeven. Koelman schrijft o.a. (uitgave A. Roskam, Rotterdam), blz. 105 v.: „In de eerste plaats; daar zijn ettelijke dingen, die zij (n.l. de ouderlingen, H.) moeten trachten te weten; en die zal ik brengen tot acht hoofdstukken, namelijk 1. Welke de Kerke-ordening zij, dewelke de Kerkeraden, Classen en Synoden in hunnen handel en regering hebben te volgen. 2. Welke de oorsprong kracht en verbindtenis zijn, welke die gemaakte ordinantiën en Canones hebben, en hoe verscheiden van natuur dezelve zijn enz. 3. Welke de Formulieren van eenigheid zijn. 4. Van wie en op hoedanige wijze die Formulieren moeten onderschreven en vastgehouden worden. 5. Welke de natuur van eenen Kerkeraad zij, en het goddelijk regt van deszelfs regering, wat hun werk moet zijn, en op welk eene wijze, en door wien alles moet uitgevoerd worden. 6. Wat eene Classis zij, en het goddelijk regt van hare regering, haar werk en haar -wijze van doen, en de uitvoerders van hetzelve. 7. Wat een Synode zij, en welk goddelijk regt zij hebbe, als mede haar werk en wijze van handelen. 8. Wat eene Nationale Synode zij, en haar werk en wijze, en in het bijzonder, hoedanig onze laatste Dordrechtsche Synode is geweest, hare handelingen, besluiten en na-handelingen enz. De beschouwende kennis van alle deze dingen zal zeer nuttig zijn, gelijk zij noodig is, om alle gelegenheden het regeer-ouderlingschap verstandig en vaardig uit te voeren." Een en ander wordt dan breeder door Koelman uitgewerkt. Als Koelman over den treurigen toestand van de kerk in zijn tijd handelt en belangrijke wenken geeft tot verbetering in het werk, door hem onder den schuilnaam Christophilus Eubulus uitgegeven. De Pointen Van Nodige Reformatie, 1678, dan zegt hij, blz. 54 v.: „182. De Ouderlingen, hoewel zij ook decisive (beslissende) stemmen hebben, in Kerkelijke zaken, en Kerkenraaden, en Classen en Synoden, bekommeren zich meest alle niet, hoe zij zich veel bequaem zullen maken, om haer dienst wel uit te voeren, door vlijtig de Schriftuur en goede boeken te leesen, en malkander te onderrichten en op te wekken.
183. De Ouderlingen spreeken weynig met de Leeraers over de rechte uytvoering van haer ampt; hoe wel zij wel weeten, en elk kan ondervinden, dat zij van de Kerkelijke Regeering en de gronden van dien geen kennis hebben."
We hopen, dat bovenstaande voldoende is om onze broeders ouderlingen aan te sporen zich vlijtig toe te leggen op de bestudeering van ons gereformeerde kerkrecht.
Apeldoorn
J. Hovius

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 maart 1952

De Wekker | 4 Pagina's

Toelichting op de Kerkorde (CII)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 maart 1952

De Wekker | 4 Pagina's