Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Vraag en Antwoord

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vraag en Antwoord

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Nog eens: Onkerkelijkheid.
Naar aanleiding van wat ik voor enige weken schreef over: Onkerkelijkheid, kreeg ik enige brieven. Deze correspondenten meenden dat ik enkele redenen, waarom velen onkerkelijk leven, vergeten had.
Inderdaad heb ik niet alle zijden van de onkerkelijkheid onder de ogen gezien. En dat was ook heel begrijpelijk. Immers het ging over een bepaalde groep onkerkelijke mensen n.l. over hen, die de gemeenschap met de kerk verwaarlozen, omdat zij door misvatting en een zekere over geestelijkheid de betekenis van de kerk en de genademiddelen niet zien.
Ik zou dit de onkerkelijken willen noemen, die niet meer de betekenis van de gemeenschap met de kerk en de genademiddelen zien.
Maar er zijn ook anderen. Ik geef dat graag toe. En omreden er op drie zo heel verschillende oorzaken van onkerkelijk leven gewezen wordt in de brieven, die ik ontving, wil ik op elk van deze een kort antwoord geven.
Eerst een br. uit Z.
Deze br. stond buiten alle kerkelijk leven. Toen hij behoefte aan de kerk en de genademiddelen kreeg vond hij het moeilijk dat er een veelheid van kerken was, die alle pretenderen toch de waarheid te hebben. Is dat niet een groot struikelblok vraagt hij, voor mensen, die buiten de kerk staan. Moest er daarom in de kerken niet alles voor op alles gezet worden om toch de eenheid te vertonen naar buiten. Is die er niet dan is de verdeeldheid een grote ergernis voor velen, die onkerkelijk blijven leven?
Ik zou willen antwoorden aan deze br.: uw eigen leven is een bewijs dat deze gedeeldheid van de kerk geen blijvende belemmering kan zijn voor wie waarlijk de Heere zoekt. U hebt ook uw weg er in gevonden.
Meen niet, dat wanneer de eenheid van de ware gereformeerde kerk — want die begeren we toch — vandaag de dag in ons land werkelijkheid was, dat zij dan in de gunst van allen zou delen. Verre van dat.
Zeker, de eenheid is een eigenschap van de kerk, maar vergeten we niet, ze wordt hier meer in het geloof dan in de werkelijkheid gezien.
Wij kunnen van de gedeeldheid veel kwaad zeggen. En terecht. Maar bij dat alles blijft ze werkelijkheid. En die werkelijkheid is ook nog begrijpelijk ook, want ze hangt onlosmakelijk saam met het feit, dat de kerk onder en uit zondige, eenzijdige, kortzichtige mensen bestaat. Daarom is ze ook schuldig, omdat ze gevolg is van de zonde en een belemmering is voor de doorwerking van de kracht van het werk van Christus. En wie er zich waarlijk ernstig mee bezig houdt, ook in contacten met anderen, moet zeggen dat deze verdeeldheid moeilijk op te lossen is. Men kan wel zeggen: wij jongeren nemen dat niet meer, maar daar komt men niets verder mee. Dacht men soms dat wij ouderen een zekere wellust hadden in het kweken en in stand houden van de verdeeldheid ? Er is niemand, die wanneer hij nadenkt, vrede heeft, met de bestaande situatie.
En toch belijden wij daarom te hartelijker: ik geloof ene heilige algemene christelijke kerk. Die is er altijd geweest en die is er vandaag nog.
Die eenheid is vrucht van Christus' werk en gebed. Wie door Gods Geest geleid worden en de Heere Christus in onverderfelijkheid liefhebben door een waarachtig geloof, zijn één en ze kunnen elkaar ook verstaan, al begrijpen ze elkaar niet in alles.
Inderdaad het is een kwaad dat deze eenheid niet meer kan openbaar komen. Maar dwaas is wie wil, dat eerst de kerk in deze wereld in volkomen eenheid zal te zien zijn, eer hij zich bij haar zou willen voegen. Hij propageert dan een soort kerk van hen die niet tot de kerk behoren en intussen ontgaan hem vele zegeningen, die de Heere juist door het kerkelijk meeleven wil schenken.
Wie de kerk in haar eenheid wil zien, zal moeten beginnen zich hier toch reeds bij de kerk te voegen, zonder kerkist te zijn. Hij zal de eisen van Christus voor het leven der kerk niet buiten maar in de kerk zoeken te beleven. Dit vordert een persoonlijk verantwoorde keuze gelijk ook mijn correspondent zelf gedaan heeft.
Een andere br. uit Z.m. zond mij een breed schrijven, waarin hij meent dat ik schromelijk tekort geschoten ben in het aanwijzen van de oorzaken van de onkerkelijkheid, omdat ik niet vermeld heb dat velen onkerkelijk leven omdat het leven van de kerkleden zo schrikkelijk tegenvalt. Hij meent dunkt mij dat ik voor de gebreken van de kerkleden geen oog heb, tenminste hij wijdt er nogal breed over uit.
Ik zou haast zeggen: Br. ik wilde wel dat ik er niet zoveel van wist.
Christen te heten en niet te zijn is het droeve beeld dat velen heden vertonen. Maar is dat een reden om de kerk te schuwen?
Ja, inderdaad het is verschrikkelijk dat zoveel naamchristenen een smaad zijn van hun belijdenis. Zij zijn een belemmering voor velen. Er zijn veel flinke wereldse mensen, die in het leven eerlijker, rechtschapener en vlotter zijn dan vele christenen. En zulke christenen zijn een belemmering voor de voortgang van het evangelie. Zij hebben waarachtige bekering hard en hard nodig al menen zij misschien heel wat te zijn.
Maar is daarom de kerk te mijden? Heeft.de kerk ooit de pretentie gevoerd dat zij uit mensen bestond, waar niets aan mankeerde? Als wij Zondags naar de kerk gaan steken wij dan de borst vooruit en zeggen we tegen onze buren en die ons passeren: „wij zijn beter dan gij allemaal!" Dwaas wie het meent.
Neen, wij zeggen: wij zijn net als gij in ons zelf, maar wij kennen behoefte aan het Woord des Heeren dat ons van zonde en genade, van oordeel en vergeving, van bekering en verlossing spreekt. Wie op het leven van de christenen blijft kijken zal heel moeilijk Christus kunnen vinden.
Wie de zondaarsplaats aan de voeten des Heeren begeert, zal met zondaren in de kerk willen zitten en leven, ook al haat hij de zonde bij zichzelf en anderen met een volkomen haat.
Eindelijk een br. uit P. Hij vindt dat ik maar erg „automatisch en liefdeloos een lesje ten beste gegeven heb" over onkerkelijkheid. Hij is zelf onkerkelijk omdat hij ervaringen opgedaan heeft inzake kerkelijke tucht waarvan hij nog „misselijk" wordt als hij ze zich voor de aandacht haalt.
Hij meent dan ook dat hij en zijns gelijken recht hebben op een beetje meer liefde en begrijpen dan ik in mijn schrijven aan de dag gelegd heb.
Uiteraard kan ik over zijn persoonlijke aangelegenheid niet oordelen. Ik begeer dat ook niet. Maar ik meen toch, hoeveel begrip ik overigens ook aan de dag wil leggen — dat de toepassing die deze br. maakt niet juist is.
Er zijn toch zeker wegen om dergelijke zaken ter tafel te leggen bij de meerdere vergaderingen. Mag men zich, eenvoudig omdat een tuchtzaak niet naar genoegen behandeld en opgelost is, waarbij mogelijk de schuld aan de zijde van de ambtsdragers ligt, maar blijvend onttrekken aan de kerk, het kerkelijk opzicht, de sacramenten, de dienst des Woords enz.?
Niemand die dat in het licht van Schrift en Belijdenis zal kunnen handhaven. De weg, die ons persoonlijk de rechte schijnt is het daarom nog niet. Wie zichzelf in zijn onkerkelijke wandel rechtvaardigt, omdat hij meent dat anderen te veroordelen zijn, wordt daarom nog niet door de Heere gerechtvaardigd.
Onkerkelijkheid, om welke reden ook, kan nooit de juiste weg zijn, hoeveel begrijpelijks er ook voor een dergelijke houding wordt aangevoerd.
Er is altijd een weg, die uitnemender is.
W. Kremer.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 september 1952

De Wekker | 4 Pagina's

Vraag en Antwoord

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 september 1952

De Wekker | 4 Pagina's